OPRICHTING GEBRUKERSGROEP
SALADIN
In juni 1986 is de Gebruikersgroep
Saladin opgericht. Saladin is een
ruimtelijk geörihnteerd informatie-
systeem gebaseerd op Segmenten,
ontwikkeid door het Pianologisch
Studiecentrum van TNO. Het
Saladin-pakket funktioneert in een
PC-omgeving. In de gebruikers
groep worden ervaringen uitgewis-
seld, nieuwe ontwikkelingen ge-
koördineerd en gei'nitiöerd en ge-
zamenlijk afgeleide toepassingen
ontwikkeid.
Op dit moment nemen aan de ge
bruikersgroep deel:
- Gemeentewerken Rotterdam,
afdeling Landmeten en Kartogra-
fie
- Dienst Ruimtelijke Ordening
Amsterdam, afdeling CSG
- ITC-Enschede, Urban Survey
Department
- TNO-Delft, Pianologisch Studie
centrum
Voor inlichtingen kunt u zieh wen
den tot de sekretaris van de Ge
bruikersgroep Saladin, W. C.
Bloom, Gemeentewerken Rotter
dam, afd. Landmeten en Kartogra-
fie, Postbus 6633, 3002 AP Rot
terdam, tel. 010 - 4894401.
AFSCHEID PROF. HEINEMElJER
Prof. Dr. W. F. Heinemeijer,
hoogleraar in de Sociale Geogra-
fie aan de Universiteit van Amster
dam, zal op vrijdag 27 maart 1987
officieel afscheid nemen. Wij ver-
zoeken allen die gedurende de af-
gelopen tientallen jaren door onder-
wijs, onderzoek en bestuurlijke
aktiviteiten met Heinemeijer kon-
takt hebben gehad en over dit af
scheid informatie willen ontvangen,
dit kenbaar te maken aan: Instituut
voor Sociale Geografie Universiteit
van Amsterdam, t. a. v. P. Mug,
Jodenbreestraat 23, 1011 NH Am
sterdam, tel. 020 - 5254065 (of
5254316).
MARITIEM MUSEUM 'PRINS
HENDRIK'
18 december 1978 was de laatste
dag dat het voormalige Maritiem
Museum 'Prins Hendrik' aan het
Burgemeester s'Jacobplein in
Rotterdam bezocht kon worden.
Vanaf 7 november 1986 kan het
publiek eindelijk opnieuw kennis
nemen van de kollektie en voor
het eerst van het komplex met
haven, kade en museumvloot, van
de reeks wisseltentoonstellingen
die er staan, het informatie-
systeem, kortom van de geheel
nieuwe opzet van het museum.
Gehuisvest in een nieuw gebouw
van de architekt W. G. Quist, en
gelegen in het centrum van de
stad biedt het museum een totaal
andere aanblik.
Het museum kent in zijn huidige
vorm een aantal aspekten die voor
vers chiliende doelgroepen inte
ressant kunnen zijn;
- een verzameling met zowel
(kunst)historische, technische en
aktuele Objekten;
- een kleine vaste presentatie,
vier grote en twee kleine wissel
tentoonstellingen;
- een verzamelbeleid dat bijvoor-
beeld gericht is op scheepsarcheo-
logie, industrieel-archeologische
Objekten en echte schepen;
- een architektonisch-museaal
opvallend gebouw;
- een uitgebreide kring van rela-
ties in het bedrijfsleven.
Tot en met 24 mei 1987 is de
tentoonstelling 'De wereld vol-
gens Blae|u', pronkstukken van
de 17e eeuwse kartografie, te
bezichtigen. Inlichtingen: Mari
tiem Museum 'Prins Hendrik',
Leuvehaven 1, 3011 EA Rotter
dam, tel. 010 - 4132680.
BCS BRIGHTON 1986
Het 23e jaarlijkse technische
Symposium, dat door de British
Cartographic Society werd ge-
organiseerd in het weekeinde van
19-21 September 1986, was voor
de schrijvers van dit verslag een
van de meest stimulerende, ge-
dachtenprikkelende en daardoor
succesvolle kartografische bij—
eenkomsten van de afgelopen ja
ren. Of we dat weekend in
Brighton nu toevallig erg ontvan-
kelijk waren voor nieuwe ideebn
en gezichtspunten, of dat meer
konkrete faktoren verantwoorde-
lijk waren voor het succes, valt
moeilijk aan te geven. Feit is
wel dat het Symposium in alle
opzichten uitstekend georgani-
seerd was en dat alle omstandig-
heden aanwezig waren voor een
zinvolle kommunikatie met veel
deelnemers (er waren er meer
dan 300) met uiteenlopende achter-
gronden. Hoewel door sommigen ge-
vreesd werd voor een zekere mat-
heid op een weekend Symposium
direct na afloop van Auto Carto
London, waaraan velen ook al had-
den deelgenomen, bleek het tegen-
deel waar. Het leek juist wel of
men blij was om weer eens echt
onder kartografen te zijn. Daar-
mee is zeker niet gezegd of bedoeld
dat men de buik vol had van com-
puterkartografen en automatisering.
Integendeel, dit onderwerp stond
ook in Brighton voorop. Daarbij
was het voor ons bijzonder opval
lend dat de integratie tussen com-
puterkartografie en de meer tradi-
tionele kartografie onmiskenbare
vorderingen heeft gemaakt in
Groot-Brittanniö. Vele van huis
uit traditionele kartografen zien de
computerkartografie niet meer als
een vaag en mystiek gebeuren. Zij
proberen zieh een goed beeld te
vormen van de ontwikkelingen,
zien er niet tegen op om kritische
vragen te stellen, maar staan ook
volledig open voor de nieuwe moge-
lijkheden die worden geboden.
Tijdens de openbare bijeenkomsten,
maar ook bij meer informele gele-
genheden ontsponnen zieh daarom
vele interessante diskussies,
waaraan het deelnemen meer dan
de moeite waard was.
Het lezingenprogramma gaf tot
deze diskussie vele zinvolle aan-
zetten. Het feit dat niet alle lezin-
gen inhoudelijk iets nieuws brach
ten, doet daar niets aan af.
De aftredende voorzitter van de
BCS, I. Kember, beet samen met
een collega van de Hydrografische
Dienst in Taunton de spits af door
het publiek getuige te laten zijn van
een diskussie tussen een kaartge-
bruiker die weet wat hij wil (een
stuurman/navigator) en een marien
kartograaf die niet aan alle wensen
tegemoet kan komen. En hoewel
het programma voor de rest van
de vrijdagavond eigenlijk voorzien
had in wat meer ontspannende so
ciale aktiviteiten aan de bar, wa
ren een aantal kartografen meteen
al niet meer te stuiten. David
Scott, een Student die bezig is aan
zijn promotie-onderzoek en graag
met anderen van gedachten wilde
wisselen over experimentele on-
derzoeksmethoden, had samen met
zijn Supervisors C. Board en R. M.
Taylor het initiatief genomen om,
buiten het officiSle programma om,
een 'Workshop' te organiseren voor
8
KT 1986 XII. 4