M vt
Figuur 3. Detail van de Noorse topografische kaart
1 50. 000 met Noorse en Samische (in dünne letters)
naamvormen.
in Finland is alles op de kaart Zweeds, ook de soort-
namen, legenda en randinformatie. Dat is mogelijk
mede veroorzaakt door de vroeger dominante positie
van de Zweedse taal in Finland.
In de DDR bestaat de officiöle verplichting namen in
het Sorbische taalgebied (in de Lausitz) ook in de
Sorbische versie weer te geven op kaarten op schalen
1 50. 000. Of dat ook gebeurt kon voor de topo
grafische kaarten niet worden gekontroleerd, omdat
deze kaarten geheim zijn. In Oostenrijk is men ver-
plicht de Sloveense namen in het betreffende minder-
heidsgebied op de kaart weer te geven. Door een
soort administratieve vertragingsaktie is dat tot nu
toe niet geöffektueerd.
In Italiö zijn drie minderheden onderzocht: de frans-
talige, duitstalige en Sloveense. Voor de eerste heeft
men de onder Mussolini veritaliaanste namen weer in
de Franse versies terugveranderd, voor de twee
laatste niet, al lijkt het er op dat men op de kaarten
van Zuid-Tirol in de toekomst de namen zowel in de
Duitse als Italiaanse versie zal aantreffen, nu Zuid-
Tirol op kultureel gebied zelfbestuur kent. De bevol-
king op het platteland van dit gebied is nog voor 90%
duits talig.
In Spanje tenslotte trok men zieh in de periode van
Franco weinig aan van de niet-kastiliaanse talen, en
werden de namen in de betreffende gebieden verkasti-
liaanst. De Katalaanse namen worden sedert 1969
weer op de oorspronkelijke manier op de topografische
kaart weergegeven. Ook ander kaartmateriaal zoals
schoolatlassen en toeristenkaarten worden weer op
de Katalaanse manier beschrift (zie ook figuur 4). Voor
Spaans Baskenland bestaan nu ook tweetalige kaart -
werken.
Ratoös
Jr jk o Empofda
Figuur 4. Detail van een Catalaanse schoolatlas,
met in die taal weergegeven namen.
Vergelijking van de procedures ten
opzichte van minderheidstoponiemen
Er is getracht om uit al deze individuele gevallen
algemene konklusies te trekken. Er blijken vier ver-
schillende groepen faktoren van invloed te zijn op de
weergave op de kaart van minderheidsnamen: de
aard van de dienstvoorschriften betreffende de topo-
niemen bij de opname, het tijdstip waarop de minder-
heidssituatie ontstond, de aard van het woongebied
van de minderheden en tenslotte kartografische fak
toren zoals de reeds genoemde invloed van de schaal,
en het gebruik van afkortingen of lettersymbolen op
de kaart.
De dienstvoorschriften bepalen zieh meestal tot de
opmerkingen dat de officiöle naamversies op de kaart
dienen te worden opgenomen. Een naam uit de min-
derheidstaal zal alleen officieel zijn wanneer ön deze
taal officieel erkend is, ön de schrijfwijze van de
namen in hun minderheidstaalversie officieel is vast-
gelegd.
Er zijn in Europa een aantal perioden te onderschei-
den waarin men verschillend op plaatsnamen uit an
dere talen reageerde. Het tijdstip waarop de minder-
heidssituatie (door de grenswi jziging) ontstond heeft
daarom invloed op de weergave van de namen van die
gebieden op de kaart. V66r de stroming van de Ro-
mantiek en het opkomend nationalisme werden de be-
staande namen gewoon overgenomen, zoals te zien is
op de 18e eeuwse Franse kaarten van de nieuwe
Franse bezittingen in Viaanderen en de Elzas. In de
periode na 1860 gaven grenswij zigingen aanleiding tot
een rigoreuze aanpassing van de namen in de nieuwe
gebieden aan de eigen taal (zie figuur 5). Voorbeelden
daarvan zijn Nice, dat rond 1860 aan Frankrijk kwam,
Sleeswijk-Holstein dat in 1864 Duits werd, Eupen-
Malmddy dat in 1919 Belgisch werd, de nieuwe
22
KT 1986. XII. 4