Kartografie en de kommunikatietheorie F.J. Holsmuller Heeft u het wel eens in een woordenboek opgezocht? Ik bedoel, heeft u wel eens gekeken wat er onder 'kartografie' in een Dikke van Dale of een ander na- slagwerk vermeld staat? Als voorbeeld: in de autori- taire Oxford English Dietionary staat slechts: 'The drawing of maps' (het tekenen van kaarten).Niets meer en niets minder. Dit mag door kartografen mi- nimaal als onvoldoende worden opgevat, voor een zeer groot publiek betekent kartografie echter waar- schijnlijk niet veel meer dan deze omschrijving. Hebben kartografen echter een zo veel beter begrip van wat de kartografie meer is dan het praktisch ver- vaardigen van kaarten alleen? Ik heb het idee dat veel mensen die kartografie als een vak beoefenen er niet voldoende bij stilstaan dat de kartografie in de afgelopen 25 jaar tot een volwassen wetenschap met eigen theoriebn, modellen en onderzoeksmethoden is uitgegroeid. De kartografische wetenschap is met z'n 25 jaar erg jong, vergeleken met menig andere wetenschap. Toch is er in die körte periode al sprake geweest van enke- le stromingen in de theorievorming; na de eerste kommunikatietheoriebn zijn de analytische en nu de kognitieve theoriebn in belang toegenomen. Aangezien echter het merendeel van de publikaties over deze theoretische onderwerpen in het niet-Nederlandse taalgebied zijn versehenen en de inhoud van dergelij- ke artikelen vaak ondoorzichtig is, heeft slechts een beperkte groep hier kennis van kunnen nemen. Dit artikel probeert daar verandering in te brengen door een overzicht te geven van de belangrijkste theoriegn en door de basisbegrippen die in de meeste van die artikelen steeds weer opduiken te verduidelijken. Een uitgebreide literatuurlijst kan gebruikt worden om dieper op deze interessante doch moeilijke materie in te gaan. De kaart als kommunikatiemiddel "The map is()simply a model of a theory of the real world strueture" (De kaart is eenvoudigweg een mo del van een theorie van de struktuur van de werkelijk- heid) schreef Harvey (1969) doelende op de voornaam- ste funktie van een kaart. Op zijn meest zwart-wit gezien bevestigde deze uitspraak de tot dan toe over- heersende gedachte dat de kartografie niets meer was dan een hulpmiddel voor wetenschappen die de wereld trachten te beschrijven. Zij werd vooral gebruikt om deze wetenschappen met behulp van kaarten in theo- riebn te ondersteunen. Met zo'n wetenschap werd vooral geografie bedoeld, maar ook geologie of geo- fysica kwamen in aanmerking. Door dit eenzijdig ge- bruik van de kartografie werd zij geredueeerd tot een ambacht dat erop gericht was om zo duidelijk moge- lijke illustraties te produceren; van een diepere Stu die van de kaart zelf was nog geen sprake. Op het eind van de jaren zestig waren er echter enkele kartografen die geen genoegen meer namen met deze opvatting en, onafhankelijk van elkaar, het initiatief namen om met gebruikmaking van reeds bestaande theoriebn in andere wetenschappen, de unieke plaats van kaarten in het kommunikatieproces duidelijk te maken. Hierdoor hoopten zij een zelfstandige plaats voor de kartografie als wetenschap te scheppen en tevens een raamwerk voor toekomstig onderzoek te ontwikkelen. Zij slaagden in deze poging door de kar tografie binnen kommunikatietheorieSn te plaatsen die als uitgangspunt zouden kunnen dienen voor verdere Studie naar de manier waarop kartografische informa- tie naar de lezer wordt overgebracht en hoe deze in- formatie door hem/haar verwerkt wordt. Uiteindelijk (c. q. hypothetisch) zou deze Studie moeten leiden tot kaarten die voor een breder gebruikerspubliek sneller en eenvoudiger te doorgronden zouden zijn. Het k o m m u n i ka t i e m o d e 1 Iedereen zal het er over eens zijn dat de basisfunktie van een kaart informatie-overdracht is. De mate waarin deze overdracht slaagt is afhankelijk van veler- lei variabelen variSrend van het onderwerp van de kaart, en de druktechnische mogelijkheden waarmee deze tot stand gebracht kan worden, tot en met de wijze waarop de kaartlezer zijn omgeving beleeft. On- geacht of het een goed geslaagde of siechte kaart is: uiteindelijk wordt informatie via de kaartredakteur naar de kaartlezer overgebracht. SIGNAL SOURCE CHANNEL RECIPIENT SMJKE« ENCOOfll tHAWUFl PtCOOtB »ECIPHNT Figuur 1. Twee eenvoudige kommunikatiemodellen (uit: Robinson Petchenik, 1976). KT 1986 XII. 4 27

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1986 | | pagina 29