de zuidelijke Maasvalleiwand tot Seraing (bij Lifege), alwaar het Bois de la Neuville ligt, zijn eveneens duidelijke voorbeelden. - De contouren van het ZoniSnwoud, Hallerbos en het Meerdaalbos, respektievelijk ten zuiden van Brüssel en Leuven, zijn zeer net afgetekend, net als de klei nere vlekjes verder westwaarts in het Vlaamse heu- velland van Midden-BelgiS (omgeving van Ronse en Ieper) of in de Vlaamse Vlakte van Laag-BelgiS. Wie herkent niet de kleine historisch beruchte bos- sen van Houthulst (zie 12 km ten westen van Roese- lare op de kaart) en Wijnendale (even ver noordelijk ervan, met zijn 4 donkerblauwe pixels). - De Nederlands-Duitse grens valt plaatselijk perfekt samen met de westgrens van het Brachter- en Bruggener Busch tussen Roermond en MUnchen- gladbach. - Noord-Brabanders herkennen meteen ook het bos- gebied rond Valkenswaard, het Slingerbos 20 km ten westen van Eindhoven en de Chaamse bossen tussen Tilburg en de Belgische grens, richting Antwerpen. - Het bosrijk gebied van Bergen op Zoom loopt zuid- oostwaarts Over de Belgische grens en buigt boog- vormig af längs het Kapelle Bos tot voorbij Bras- schaat. Dit is het naaldbos van de Antwerpse Kem pen. Ook de oostrand van het Kempisch plateau kent deze naaldhoutbedekking. - Vlaams-Brabant bezit twee duidelijk herkenbare bos vlekjes tussen Brüssel en Mechelen: het Konink- lijk Domein net boven de letter e van Brüssel en het Domein van Hofstade op 5 km in vogelvlueht ten zuiden van Mechelen. Soms zijn de blauwe stroken of vlekken een menging van groenzones rond water. Enkele aanduidingen maken dit duidelijk: - De Maasvallei vanaf Andenne over Luik en Maas tricht längs Roermond en Venlo tot de kaartrand met een zeer duidelijke band ten westen van deze laatste stad. Deze vertegenwoordigt het natte meandergebied en het bos bij Helden. - Voigt men de Rüpel stroomopwaarts en verder de Nete noordoostwaarts tot bij Lommel, dan herkent men direkt het drassige gebied waarin onder andere het Zilvermeer ligt, niet onbekend voor de Kempe naren. - Ook de 'groene' Dijlevallei ten zuiden van Leuven springt in het oog door zijn paternoster van aaneen- geregen licht- tot donkerblauwe vlekjes. Lage ATI-waarden In tegenstelling tot de vorige topografische elementen hebben we thans veel meer te maken met zones die over het algemeen overdag makkelijker opwarmen en 's nachts vlugger en sterker afkoelen. Ze komen overeen met meestal meer uitgestrekte landbouwzones, waarvan de braakliggende akkergebieden het meest donker van kleur zijn. De westelijke rode vlek -tussen Scheide en Noordzee- met een toenemende intensiteit naar het zuiden toe wijst op het uitgestrekte nazomerse oogstgebied van Artois en West-Viaanderen. Heel even zijn er licht- getinte vlekken zichtbaar van beboste heuveltoppen het industriegebied van Lille-Tourcoing en de natte waterscheidingsgebieden ten noorden van Douai en Cambrai. Naar het oosten toe vormt de leemstreek (Tournai - Ath) weerom een donkerrode gordel met uitlopers enerzijds noordoostwaarts voorbij Mechelen tot de groentestreek rond Heist-op-den-Berg en anderzijds onder de Dijlevallei door, richting Tienen. Verder oostwaarts - richting Tongeren - wordt ze steeds lichter van tint en gaat zelfs over naar blauw. Hier is wellicht nog een overwicht aan suikerbietvelden, die de snelle temperatuurveranderingen van de bodem tegengaan. De Condroz en vooral de Famenne laten veel geoogste en/of braakakkers vermoeden. Dit is evenzeer het ge- val voor het weliswaar sterker gevlekte gebied van de Centrale Ardennen, dat over het noordelijk akkerge- bied van het Groot-Hertogdom Luxemburg loopt en ten zuidoosten van de Höge Venen, die zelf meer blauw zijn op de kaart. Het uitgestrekte landbouwgebied tussen Aachen en Münchengladbach wordt ook duidelijk op de kaart weergegeven. In Nederland is het rood-gevlekte landbouwgebied tus sen Eindhoven en de Duitse grens eveneens goed zicht baar, zoals ook de zone ten noorden van Bergen op Zoom en Roosendaal. De lichter getinte eilandgebieden van Zottegem (Streek tussen Aalst/Gent/Ronse) en van Sint-Nilaas/Beveren zijn niet onmiddellijk te duiden. Matige A. T. I. -waarden De lichte kleuren zijn veelal overgangsvormen van akkergebieden naar boomrijke of waterrijke zones. Ook identificeren stedelijke agglomeraties en/of in- dustriegebieden zieh op die manier. Kijken we maar naar de Steden Brüssel, Antwerpen, Gent, Brügge en Maastricht. Andere Steden treden weer minder duide lijk op de voorgrond. Dit komt wel treffend naar voren op een fotobeeld van een dag- of nachtopname afzon- derlijk, waar bedoelde gebieden dan echt als 'warmte- eilanden' gezien kunnen worden, met zowel relatief hogere dag- als nachttemperaturen. Zelden zijn de industriegebieden in deze kaart duide lijk zichtbaar. Dit is wel het geval wanneer ze gekom- bineerd met waterstroken voorkomen, zoals de ka- naalzone Gent-Terneuzen of de havenkomplexen van Antwerpen. Eiders identificeren ze zieh door het kon- trast met omliggende bosgebieden (bijvoorbeeld La Louvifere - Möns) of akkerland (bijvoorbeeld Lifege - Seraing). In elk geval kan men op de Schijnbare Iner- tiekaart voor dergelijke industriezones geen 66nduidi- ge kleurtint reserveren. Deze kaartanalyse vormt een eenvoudig voorbeeld van satellietkaartstudie en een illustratie van satelliet- themakartografie. De huidige verfijningstechnieken op het vlak van resolutie (pixelgrootte), bandgrootte (in het elektro-magnetische spectrum) en automatische beeldverwerking zullen de analyse- en toepassings- mogelijkheden nog in sterke mate doen toenemen. Vervolg op blz. 48 46 KT 1986 XII. 4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1986 | | pagina 56