verdeeld zijn in 18 niveaus, waar-
bij dezelfde niveaus in meerdere
hoofdgroepen kunnen voorkomen.
Het belangrijkste van een keuze is
- ongeacht niveau en schaal - in
een zo hoog mogelijke hoofdgroep
terecht te komen. Dit betekent niet
altijd dat men meer zal verdienen
dan in een lagere hoofdgroep, maar
dat men meer mogelijkheden heeft
om carriöre te maken, daar het
moeilijk zal worden van hoofdgroep
te veranderen. Hoewel de benaming
niets zegt over de inhoud en de
daarvoor benodigde kennis dient
zij echter wel zodanig gekozen te
worden dat zij geen devaluerende
invloed op de indeling zal hebben.
Daarom wordt gepleit om de term
'kaartbeheerder' (hoewel deze net
ingeburgerd is) te vervangen door
een andere, bijv. 'specialist kar-
tografische informatie' of iets
dergelijks. Volgens Van Heijst
komen kaartbeheerders voorname-
lijk in aanmerking voor de funkties
IVc en IVd, en wanneer zij 'weten-
schappelijk' werkzaam zijn in bij-
voorbeeld Universitätsbibliotheken
voor Vb. Men zal de funktiereek-
sen voor Archief en voor Biblio-
theek- en Dokumentatiewezen met
elkaar dienen te vergelijken. Bij
het invullen van de funktie dient
tevens benadrukt te worden ten
behoeve van wie er werk wordt
verricht en welke relaties er zijn
met andere afdelingen of diensten.
Als laatste hield dhr. J. P. Heere-
ma (Voormalig Hoofd van de Afde-
ling Kartografie van Stiboka) een
inleiding. In de meeste kaartpro-
ducerende instellingen heeft de
kaartbeheerder een zelfstandige
funktie binnen de afdeling kartogra
fie, naast die van de bibliotheek,
De kaartbeheerder heeft de vol-
gende taken:
1. kartografische begeleiding bij
gebruik van kaarten en foto's;
2. beheer en conservering van kol-
lektie(s);
3. overdracht van kennis;
4. op peil houden respectievelijk
uitbreiden van eigen kennis.
De kaartbeheerder dient, gevraagd
of ongevraagd, de voorwaarden te
scheppen voor een goed onderzoek.
Investeringen ten behoeve van de
kollektie en outillage zullen door
de kaartbeheerder meestal voorge-
steld dienen te worden, in plaats
van dat dit van bovenaf gedirigeerd
wordt. De naam 'kaartbeheerder'
dient veranderd te worden in 'kar-
tografisch bibliothekaris' of iets
dergelijks.
(Noot van de verslaggeverPunt 4
van Heerema's typering is uiter-
mate belangrijk. Gezien het inter-
disciplinaire karakter van het
kaartbeheer wat betreft inhoud en
vorm zijn er voor de kaartbeheer
der geen standaard-informatie-
pakketten (zoals cursussen, lezin-
gencycli, essays enz.besehik-
baar, mede omdat de relevante in-
formatiebehoefte van kollektie tot
kollektie verschilt. De kaart
beheerder dient dus zelf te evalue-
ren welke informatie voor hem/
haar van belang is en waar hij/zij
deze dient te vergaren. De aldus
opgedane kennis (welke een soort
continuing education inhoudt) valt
moeilijk voor personeelsfunktio-
narissen te meten en te waarderen.
In de diskussie die daarop volgde
werd duidelijk dat zeer precies
onderscheid gemaakt dient te wor
den tussen taakomschrijving
(persoonsgebonden) en funktie-
omschrijving (funktiegebonden)
en dat er zeer veel aandacht be-
steed dient te worden aan (primaire)
scholing en bijscholing.
Jan Smits
ZOMERKURSUS KAARTREPRO-
DUKTIE 1986
Wegens het grote succes van de
Zomerkursus Kaartreproduktie,
die in 1985 op het Laboratorium
voor Geodesie van de TH Delft
werd gehouden, en het grote aan-
tal aanvragen voor deelname werd
van 16 - 19 September 1986 opnieuw
een soortgelijke Zomerkursus ge-
organiseerd door de Werkgroep
Kartografische Reproduktie van de
NVK. Als lokatie was ditmaal ge
kozen voor het ITC in Enschede,
alwaar 20 deelnemers (5 groepen
van 4) zieh bezig Melden met de
belangrijkste onderdelen van de
kaartreproduktiepraktijk tot en
met de vervaardiging van een kleur-
proef.
Door het grote enthousiasme van
de deelnemers, de prima geoutil-
leerde afdeling kartografie op het
ITC en de goede begeleiding kon
na afloop gesproken worden van
een zeer geslaagde kursus. De
begeleiders waren er, ondanks de
geringe hoeveelheid tijd die er voor
de volledige produktie van een kaart
beschikbaar was (slechts 4 dagen),
zelfs in geslaagd om nog enige
kreatieve ruimte te bieden. Het
bestuur van de NVK vervulde zijn
offfieiöle plicht middels de opening
van de kursus door de heer P. W.
Geudeke, terwijl de heer G. Staal
na afloop de certificaten uitreikte.
Het gezelschap deelnemers kan
rüstig gemengd genoemd worden:
er waren onder meer vertegen-
woordigers van de gemeenten Den
Helder, Enschede en Arnhem, van
de NS te Utrecht en ook was er een
bekend professor uit Leuven
(Belgiö).
Deelnemers aan de Zomerkursus Kaartreproduktie aan het werk.
6
KT 1986 XII. 4