hun treinen aansloten op de treinen van een andere maatschappijZe hielden nauwelijks rekening met de belangen van de doorgaande reiziger, niet qua dienstre- geling en in heel wat Steden ook niet qua situering van hun Station. In Utrecht konden de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij en de Maatschappij ter Exploitatie van Staatsspoorwegen het niet eens worden over het exploiteren van een Station in deze stad, iets wat de laatstgenoemde maatschappij wel gelukt was met de Nederlandsche Centraal Spoorwegmaatschappij en de Nederlandsche Rijn Spoorwegmaatschappij. De HIJSM koos voor haar lijn uit Hilversum voor het bouwen van een eigen Station aan de oostkant van de stad, het Maliebaanstation, het tegenwoordige spoorwegmuseum (figuur 8). Het kind van de rekening was de reiziger die Figuur 8. Spoorlijnen in de stad Utrecht van Hilversum bijvoorbeeld naar Rotterdam wilde reizen: hij moest uitstappen in Utrecht-Biltstraat of Utrecht-Maliebaan en zieh vervolgens te voet of met de paardetram in ongeveer een half uur naar Utrecht SS/NRS begeven. Bekende buitenlandse voorbeelden zijn Londen en Parijs, waar iedere maatschappij zijn eigen Station wilde, zodat de doorgaande treinreiziger zieh tot op heden met de metro of de bus van het ene naar het andere Station moet begeven. In Berlijn waar de spoorwegen hoofdzakelijk in handen waren van de Pruisische Staatsspoorwegen werden wel doorgaande verbindingen aangelegd. Partikulier winstbejag gaf soms ook aanleiding tot het afwijken van de meest logische route. In het westen van de vs kregen de spoorwegmaatschappijen aan weerszij- den van de aangelegde spoorlijn een strook land die ze konden doorverkopen aan immigranten uit Europa. Spoorlijnen werden dan ook in veel gevallen met zoveel mogelijk bochten aangelegd, omdat men dan meer grond van de regering kon opeisen. Bekend is het voorbeeld van de Union Pacific Railroad: ten westen van het uitgangspunt Omaha moest voor de spoorlijn naar de Stille Oceaan een vlakte worden doorkruist. Een traject van 37 km was door de ingenieurs uitgezet. De directie besloot echter tot de aanleg van een 14 km langer en bochtiger trace. 40 Jaar later werd dit trace verlaten en vervangen door het kortere. Het aangrenzende land was toen echter al lang met veel winst aan de settlers verkocht. Grondeigendomsverhoudingen Onteigeningsprocedures konden ook in de vorige eeuw, toen de meeste spoorlijnen in ons land werden aange legd, langdurige juridische kwesties veroorzaken. Om de gang van zaken te bespoedigen koos men niet zelden trace's die zo min mogelijk moeilijkheden konden opleveren. Zo legde men bij voorkeur spoorlijnen aan längs bestaande wegen of kanalen zodat onnodige doorsnij dingen van percelen konden worden voorko- men. Men spreekt in deze gevallen van 'bundeling', een verschijnsel dat ook waar te nemen is in het samenkomen van verschillende spoorlijnen voor een rivierovergang. Voorbeelden van bundeling zijn de spoorlijn Middel burg-Vlissingen met het gelijktijdig aangelegde Kanaal door Walcheren en de lijn Santpoort-IJmuiden längs het N oordzeekanaal Eigenaren van grote landgoederen zaten nogal eens achter de verschuiving van trace's die hun bezit dreigden te doorsnijden. Zo werden bijvoorbeeld diverse landgoederen längs de lijn Arnhem-Zutphen, het landgoed Hulshorst op de Veluwe en het Liesbosch bij Breda gespaard. Ook het verkavelingspatroon van boerenland had zijn invloed op de tracering. Het mooiste voorbeeld in ons land is zonder twijfel Staphorst (figuur 9). Dat de spoorlijn Zwolle-Mepel zo'n vreemde boog maakt is grotendeels het gevolg van het verkavelingspatroon van de Staphorster Es: zeer smalle, zeer lange kavels in zuidoost-noordwestelijke richting. Doorsnij ding van de talloze kavels zou evenzovele onteigeningsprocedures en schadevergoedingen hebben betekend, zodat men koos voor een trace dat evenwijdig aan de kavelrichting Figuur 9. De spoorlijn Zwolle-Meppel en de Staphorster Esch. Fragment Topografische kaart 1 50.000, blad 21 Oost Zwolle, verkend 1952. KT 1987. XIII.2 HIJSM Vechtbrug .ßiltstraat Buurtstation Jeremiebrug Lunetten NRS SS HIJSM NCS UTM Station Halte noord Groenekan Blauwkapel Blauwkapel-Oost Maliebaan 28

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1987 | | pagina 30