i j
Nl 4XY 2(X Y) metX= aantal kolommenen
Y aantal rijen;
P2 aantal paren cellen (horizontaal en vertikaal)
waarvan 1 cel in eenheid i en 1 cel in eenheid j
ligt, waarbij de afstand tussen de middelpunten
van de cellen 2 cellengten is;
N2 totaal aantal paren cellen waarvan de afstand
tussen de middelpunten van de cellen 2 cel
lengten is;
N2 4XY —4 (Y+ Y) met X aantal kolommen en
Y aantal rijen).
De totale fout (Ft) die optreedt bij eenheid i, is:
Fj X Fy (i vast) (2)
De fout bij verrasteren (F) voor het hele kaartblad is
vervolgens berekend uit:
k
Fi (3)
i 1
waarin: k aantal kaarteenheden.
Goodchild heeft de parameters in (1) aangepast. Na
aanpassing luidt deze formule:
Fij 0,60 x Pl/N1 - 0,11 x P2/N2 (4)
De berekening van de fout verloopt verder volgens de
formules (2) en (3).
Literatuur
Burrough, P. A. (1986), Principles of geographical Information
Systems for land resources assessment. Oxford University Press.
Goodchild, M. F. (1980), Fractals and the accuracy of
geographical measures. Math. Geol., nr. 12, p. 85-98.
Marsman, B. A„ J. J. de Gruijter (1986), Quality ofsoilmaps.
A comparison ofsurvey methods in a sandy area. Soil Survey
PapersNo. 15, Wageningen.
Muller, J. C. (1977), Map gridding and cartographic errors: a
recurrent argument. The Canadian Geographer 14 nr 2
p. 152-167.
Stein, M. A. M. (1986), Een onderzoek naar de kwantitatieve
verwerking van landschapsecologische gegevens ten behoeve van
het LKN-projekt. Geografisch Instituut, Rijksuniversiteit
Utrecht.
Switzer, P. (1975), Estimation of the accuracy of qualitative
maps. In: Davis J. C. and M. J. McCullagh (eds), Display and
analysis of spatial data, New York: Wiley.
Veelenturf, P. W. M., K. J. Canters en A. A. de Veer (1985),
Landschapsecologische kartering van Nederland: nieuwe
perspectieven. Landschap 2, nr. 3, p. 169-182.
KT 1987. XIII.2
39