meetgegevens toelaat, voor konstruktie van de kaarten
geschikt is en alle gewenste in- en uitvoerfaciliteiten
heeft. Het wordt ermee mogelijk 'kaarten op maat' te
vervaardigen. Overgang op het Gradis-systeem vereiste
wel aanpassing van de kadastrale en leidingenplans, van
de matenplannen, en van de landmeetkundige,
topografische en kartografische methoden, en dat
vereiste op zijn beurt een voortdurende bereidheid tot
aanpassing en extra opleidingen.
In Flevoland is het verzelfstandigingsproces in 1971
ingezet; met de gemeenten Dronten en Lelystad in 1980,
waarna Zeewolde en Almere volgden in 1984. Toch
betekende dit niet het zieh terugtrekken van de ALW
zoals in de Noordoostpolder, integendeel. In 1985 is
onder leiding van de ALW een geautomatiseerd
kadastraal vastgoedinformatiesysteem voor geheel
Flevoland opgezet, met koppeling van administratieve
gegevens en grafische informatie. Vanaf 1986 wordt het
maandelijks geaktualiseerd; de gemeenten in Flevoland
beschikken over terminals waarop ze deze bestanden
kunnen oproepen. Hierbij is koppeling mogelijk van
Figuur 3. Interaktief grafisch Werkstation in bedrijf.
eigendomsgegevens en gebruiksgegevens enerzijds en
grafische gegevens anderzijds. De selektiemogelijkhe-
den zijn sterk in ontwikkeling en interessant voor
gemeenten, waterschappen en de provincie. Met deze
moderne verwerkings- en bijhoudingsmethoden is de
basis gelegd voor een volledig geautomatiseerd beheer
in de toekomst. Een digitaal kaartenbestand is er nu van
het gehele landelijke gebied van Flevoland. Van de
stedelijke gebieden Lelystad, Almere, Zeewolde en
Dronten is het in ontwikkeling.
Bijzondere kartografische stijl
De visualisering van onderdelen uit marketing,
promotie en voorlichtingsplannen van de RIJP, zoals
gedrukte media, audio-visuele middelen en ontwerp van
semi-permanente en permanente exposities (zoals in de
informatiecentra), worden kartografisch (en grafisch!)
begeleid door de sektie Kartografie van de ALW. We
hebben hierboven gezien dat onder andere de behoefte
aan dit soort werk de stoot heeft gegeven tot zijn
oprichting. Dat expositiewerk is spektakulair omdat
men meer elektronische kaarten, ingebouwd in panelen,
vervaardigt ten behoeve van vraag- en antwoordspel-
letjes, maar vooral ook omdat het het gezicht heeft
bepaald van de reguliere kaartuitgaven: vormgeving en
kleurgebruik daarvan zijn afgeleid van de voorlichtings-
kaarten. De kaart van de monumenten die bij dit
nummer gevoegd is, geeft hiervan al een idee, maar het
is goed ook nog eens te kijken naar de bijlagen bij KT
1982-1, 1985-1 en 1985-4, zoals de recreatie- en
koolzaadfolders van Flevoland, en de kaart van
Almere-Buitenruimte.
Het eigen karakter van de RlJP-kaarten bestaat uit de
specifieke kleurstellingen het gedetailleerde lijnenwerk.
De kleuren geven een meer 'positieve' waardering voor
het gebied dan de topografische kaart doet, doordat het
gehele grondgebied met kleur bedekt is, inklusief het
bouwland. Dat heeft wel extra eisen gesteld aan het
klassifikatiewerk. Variaties in bruin geven het bouwland
weer, en omdat het grootste deel van de polders door
bouwland wordt ingenomen zijn de kaarten voorname-
lijk in bruine pasteltinten uitgevoerd, omlijst door grijs
gedrukte kontouren. Daaroverheen zijn de wegen in
frisse, goed kontrasterende kleuren gedrukt. Lila en
paars voor de industriegebieden en stadsdelen met een
centrumfunktie verlevendigen het kaartbeeld verder.
De kaarten worden bovendien gekenmerkt door de
voorkeur voor vlaksymbolen boven puntsymbolen; de
differentiatie die bijvoorbeeld de topografische kaart
geeft door middel van een arcering of raster, geven de
RlJP-kaarten door middel van kleursignaturen; losse
Symbolen vindt men slechts in de vorm van als het wäre
boven de kaart zwevende cellen.
De reguliere kaarten van de sektie Kartografie betreffen
de kaartserie 1 lO.OOOenl 100.000. De eerste is
rechtstreeks afgeleid van de meetgegevens en wordt
onder andere verkleind naar 1 25.000 (gemeentekaar-
ten, zie figuur 4) en 1 50.000, en de kaart van het
IJsselmeergebied 1 100.000, die als basis dient voor
verkleining naar 1 200.000 en 1 500.000. Van de
1 10.000 heeft men ook net suksesvolle experimenten
afgesloten om het lijnenbeeld te laten scannen (bij
Reprocart) ten behoeve van een kleurenuitgave.
Hiermee zal men in Staat zijn elke willekeurige uitsnede
van het kaartwerk 1 10.000 dat een gebied van 4300
knr in het centrum van Nederland beslaat, met behulp
van een Werkstation op afstand, op basis van een in
Lelystad vervaardigd redaktiemodel, grafisch af te
werken ten behoeve van uitgave in kleur. De serie is
ontstaan uit de behoefte aan goede ondergronden, in
verband met het feit dat de nationale kaartseries de
nieuwe ontwikkelingen in de polder niet konden
bijhouden.
Met of zonder kleur, een kleinschalige basiskaart
1 10.000 bestaat van geen andere provincie! In KT
1985-1 wordt beschreven hoe deze kaart wordt
gegeneraliseerd uit opgeschoonde grootschalige digitale
basisbestanden zodanig dat hij verder verkleind kan
worden tot de schaal 1 50.000. Veel nieuw beschikbare
KT 1987. XIII.2
43