D Calendario Atlante de Agostini 1987. Novara: Istituto Geografico de Agosti ni1987. Formaat 7,5 x 15 cm. Sedert jaar en dag verschijnt met grote regelmaat in de maand januari, soms zelfs in de eerste week, de Calendario Atlante de Agostini. Zoals de naam reeds aanduidt is de Calendario een produkt van de Italiaanse uitgeverij Agostini te Novara, opgericht in 1903 en bekend om haar veelzijdige karto- grafische en geografische publikaties: kaartseries, encyclopedische werken en atlassen. Onder deze laatste ressor- teert de Grande Atlante Geografico een van de Italiaanse succesnummers op kartografisch gebied waarvan de Nuovo Atlante Geografico Metodico, te vergelijken met de Grote Bosatlas, is afgeleid. De Calendario behoort tot de katego- rie statistische handboeken in zakfor- maat die met name voor journalisten, politici, nieuwskommentatoren en niet te vergeten atlasredakteuren van betekenis is, hoewel toegegeven moet worden dat zij minder op de kartografi- sche behoefte is gericht dan bijvoor- beeld The Geographica! Digest (sedert 1986 The New Geographical Digest) van George Philip Son Ltd, London of het Europa Yearbook, Europa Publications, London. Hoewel de Calendario dit jaar voor de 83ste maal verschijnt en zij in het Italiaans is geschreven, lijkt het de moeite waard haar weer eens onder de aandacht van Nederlandse kartografen te brengen. Het boekwerkje bestaat uit een tekstgedeelte van 784 bladzij- den aangevuld met een mini-wereldat- las bevattende 47, uiteraard kleinscha- lige doch goed leesbare kaarten in kleur met bijbehorend register met circa 14.000 namen, een respektabel aantal. Dertien van deze kaarten, waaronder zes thematische hebben betrekking op Italie (grootste schaal 1 3 miljoen). Het tekstgedeelte omvat 1. een overzicht van gangbare tijdreke- ningen (Gregoriaanse, Joodse, Mohammedaanse, Koptische en Iraanse kalenders); 2. een hoofdstuk De Aarde in het algemeen (46 blz.) met gegevens over oceanen, zeeen, eilanden, rivieren en meren, over tijdzones, maten en gewichten, met produktiecijfers van de belangrijkste voortbrengselen van land- en mijnbouw, met bevolkingscij- fers (onder andere van miljoenenste- den) en met een nuttig overzicht van de grote internationale organisaties zoals VN, FAO, UNCTAD, EEG, COMECON, OASenz.); 3. een economisch-statistisch overzicht van Italie (48 blz.); 4. een soortgelijk overzicht, maar dan veel minder uitvoerig van circa 150 landen ter wereld verdeeld over 565 bladzijden waarvan onder meer aan Nederland 5 pagina's, aan de Sovjet Unie 17, het Verenigd Koninkrijk 13, de Verenigde Staten 14 en China 8 bladzijden zijn gewijd; 5. een chronologisch overzicht van de belangrijkste politieke gebeurtenissen in het afgelopen jaar in 122 landen (96 bladzijden). Hoewel onze 12e provincie Flevoland ontbreekt houdt men na een aantal steekproeven de indruk over dat de Calendario met veel zorg wordt samen- gesteld waarbij de aktualiteit hoog wordt gehouden. Dat het boekwerkje in de eerste plaats voor nationaal gebruik is bestemd blijkt uit het bijkans ongeremd gebruik van exonymen. In het tekstgedeelte worden nog wel de lokale namen toegevoegd doch op de kaarten heersen de exonymen opper- machtig: Nimega, Norimberga, Stoc- carda, Parigi, Monaco München) enz. Zelfs in de voormalige Duitse gebieden in Polen wordt aan exony men voor de vroegere Duitse namen vastgehouden: Stettin, Danzica, Breslavia ofschoon hier met toevoe- ging van Wroclaw. Op dit gebied loopt de Calendario dus achter. Overigens verdient de 83-jarige alle respekt. F. J. Ormeling sr Marc Hameleers en Peter van der Krogt (red.) Polder-, waterschaps- en rivier- kartograFie. Bewerkte lezingen gehou den op de jaarlijkse studiedag van de Werkgroep voor de Geschiedenis van de Kartografie, op 26 Oktober 1985 te Leiden. Utrecht, 1986, 88pp., ill. Onder bovenstaande titel werden verzameld: een Woord Vooraf, een Ten Geleide en vijf artikelen, die te zamen een overzicht geven van de geschiedenis van de waterschaps- en rivierkartografie.' Althans, dat schrijven de redakteuren in het Ten Geleide. Evenwel, noch van de water- schapskartografie, noch van de rivier kartografie wordt een overzicht gebo- den. De redaktie mag dan wel de lezing van dr. G. P. van de Ven met de wijdse titel De kartering van de hoofdrivieren voor 1850 aankondigen als een overzicht van de rivierkartografie, in feite wordt er niet veel meer uit de doeken gedaan dan de reden waarom we Rivierkaar- ten in het archief van het Hoogheem- raadschap van Rijnland (zo luidt de ondertitel) mögen verwachten. Die is gelegen in Rijnlands belang bij het rivierbeheer, hetgeen duidelijk blijkt uit de bespreking van achtereenvol- gens: de Noorder Lekdijk, de rivier- beddingen, de bovenrivieren en de overlaten. Op p. 14 lezen we dat de Rivierkaart van 1833 (naar ik hoop heb ik niet ten onrechte het bijschrift van afb. 8 gekombineerd met de tekst) 'de eerste aanzet (is) geweest voor een regelmatig rivierbeheer in de tweede helft van de achttiende eeuw Moeten we hier voor 'achttiende' negentiende lezen? Er staan wel meer type(?) fouten in de bundel. Dan nog begrijp ik niet hoe we 'een eerste aanzet' moeten rijmen met bijvoor- KT 1987. XIII.2 55

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1987 | | pagina 73