Vrouwen in de wereld, een internatio
nale atlas (ISBN 90 5071 0050), pro
beert een beeld te schetsen van de
ruimtelijke spreiding van zeer verschil-
lende aspekten van het vrouw-zijn. De
auteurs konstateren in hun inleiding
dat vrouwen veel gemeenschappelijks
hebben (zorg voor kinderen, huishou-
ding, contraceptie), maar signaleren
ook grote ruimtelijke verschillen die
niet zonder meer samenhangen met de
verdeling 'ontwikkelde' en 'onderont-
wikkelde' landen.
Het is echter niet het (enige) doel van
deze atlas om statistische gegevens bij
elkaar te brengen en uit te beeiden. De
maaksters hebben ook een feministi
sche doelstelling; ze willen aantonen
dat ondanks alle vrouwenstrijd vrou
wen overal slechter af zijn dan mannen
en dat hun dagelijks leven onevenredig
zwaar is.
Met name in de teksten van de atlas
wordt het accent erg gelegd op al het
negatieve dat het leven van vrouwen in
de hele wereld kenmerkt. Of het - op
zieh terechte - streven om vrouwen
behulpzaam te zijn in hun strijd en om
beleidsmakers meer vertrouwelijk te
stemmen wordt bereikt door deze toch
wat klaaglijke toonzetting is voor mij
de vraag.
De atlas bevat 40 onderwerpen,
samengevat in de hoofdgroepen
Huwelijk, Moederschap, Werk,
Bronnen, Welzijn, Macht en Verande-
ring. Per onderwerp is meestal een
wereldkaart opgenomen en 3 4
diagrammen, waarop verschillende
kwalitatieve en kwantitatieve gegevens
worden verbeeld. Zowel naast het
beeldmateriaal als achterin de atlas
wordt toelichting gegeven en aanvul-
lende informatie uit de bronnen.
Visueel is de atlas aanzienlijk vrolijker
dan tekstueel en kartografisch kan het
produkt bepaald niet eenzijdig
genoemd worden.
Integendeel, je krijgt de indruk dat
iedere wijze van grafische weergave
die bij ontwerpster Tilly Northedge
bekend was, ook gebruikt moest
worden en dat alle tinten en kleuren
moesten vöörkomen.
De atlas is hierdoor levendig en afwis-
selend, maar naar mijn smaak wat te
rommelig geworden. Als kaartlezer
wen je niet aan de kaarten, omdat
systematiek in het gebruik van kleuren
en tinten lijkt te ontbreken. Bij de
diagrammen is het streven naar een
verrassende vorm soms ten koste van
de leesbaarheid gegaan. Het experi-
menteren met kleuren en vormen
heeft echter öök hele mooie en duide-
lijke illustraties opgeleverd, en zorgt
voor de kartograaf voor voldoende
ideeen.
Een moeilijk boekje om een samenvat-
tend oordeel over te geven: intrige-
rend, deprimerend, ergerniswekkend,
verrassend, aktiverend? Maar: alle
mannen die het op mijn bureau zagen
liggen pakten het op, bladerden erin
en begonnen een gesprek of diskussie
over vrouwen (diskriminatie/emanci-
patie). Als de atlas overal datzelfde
effekt heeft, is het hoe dan ook een
goed produkt.
W. Hoogendoorn
Grote Topografische Atlas van Neder-
land 1:50.000. 4 delen. Groningen:
Wolters-NoordhoffAtlasprodukties,
1987. 30,7 x 22,5 cm. ISBN
9001 96178 9. Prijs f 59,- per deel,
f 200,- voor de 4 delen.
Twee grote kartografische instellingen
in ons land: de Topografische Dienst
en Wolters-Noordhoff Atlasproduk
ties, hebben in onderlinge samenwer-
king het hier besproken werk tot stand
gebracht. De eigenlijke kartografische
inhoud, dat wil zeggen het aandeel van
de Topografische Dienst, is de
bestaande topografische kaart
1:50.000, maar nu verdeeld in kwart-
bladen met het formaat 26x40 cm, die
twee tegenover elkaar liggende bladzij-
den van de atlas vullen; de vormgeving
van het boekwerk, de registers en het
uitgeverswerk zijn het aandeel van
Wolters-Noordhoff Atlasprodukties.
De vier delen, respektievelijk West-,
Noord-, Oost- en Zuid-Nederland, elk
met ruim 100 kaartbladzijden (in feite
varierend van 103 tot 127) hebben een
ruime overlap; enkele streken (Tieler-
waard, Land van Maas en Waal)
komen zelfs in drie delen voor, zoals
blijkt uit de fraaie bladwijzers op de
schutbladen (enkele uitbouwen en
inzetten van buiten een blad vallende
stukken, zoals Westerschouwen en
Rottumeroog, zijn hierop niet aange-
geven). De kwartbladen hebben zelf
aan boven- of onderzijde ook een
overlap als ze van eenzelfde halfblad
afkomstig zijn.
Het is een groot genot deze hele
rijkdom aan kaarten al bladerende aan
ons oog te laten voorbijtrekken, blad
na blad, telkens weer een ander deel
van het land; de hele verscheidenheid
aan Nederlandse landschappen ver
schont hier voor ons in de vorm van de
kleurrijke 1:50.000-kaart. Het valt te
verwachten dat veel liefhebbers van
het landschap en kaartliefhebbers dit
prachtige werk binnen hun bereik
willen hebben om ook binnenskamers
op kartografische manier van de
landschappen te kunnen genieten.
De beknopte en heldere inleiding over
de geschiedenis en het maken van
topografische kaarten van de hand van
drs P.W. Geudeke, direkteur van de
Topografische Dienst, en verlucht met
een aantal foto's en kaartfragmenten,
komt voor in elk van de vier delen, die
immers afzonderlijk verkrijgbaar zijn.
Op de binnenkanten van de band is de
legenda afgedrukt, waarvoor men de
nieuwste versie heeft gekozen. Daar-
door is deze niet geheel in overeen-
stemming met oudere atlasbladen. Zo
lijkt het bijvoorbeeld of Rotterdam
geen 'hoogbouw' heeft en Alkmaar
wel; het legendateken is namelijk later
ingevoerd; en zo staan sommige
oudere bladen vol zwarte huis-symbo-
len die op aansluitende nieuwe bladen
ontbreken. Voor de gebruikers zullen
deze kleine diskrepanties geen
bezwaar opleveren. Dat bij de groene
boskleur (althans in de door mij
geziene exemplaren) wel eens iets
misdruk optreedt, zal in de praktijk
evenmin een bezwaar zijn.
Elk kwartblad (dat wil zeggen dubbele
bladzijde) is voorzien van een eigen
kader met vermelding van de coördina-
ten, de plaatsen waar wegen naar toe
gaan en de nummers van de aanslui
tende atlasbladen. Niet vermeld is het
oorspronkelijke bladnummer en het
jaartal; voor dit laatste wordt men via
de bladwijzer op het schutblad naar
een bladwijzer in de inleidende tekst
verwezen.
Daar elk atlasblad een deel is van een
bestaand topografisch halfblad
1:50.000 komen er in de atlas kaarten
voor uit heel verschillende jaren; de
oudste zijn van 1972. Nu treft het wel
ongelukkig dat juist de bladen waar
Zuid-Flevoland op voorkomt tot de
alleroudste behoren (1974): het hele
gebied, waar nu al Steden liggen, is nog
wit met een paar stippellijntjes (enige
dagbladen hebben hierover in hun
besprekingen dan ook zeer kritische
opmerkingen gemaakt). Men kan zieh
afvragen waarom de Topografische
Dienst in gevallen als deze geen snel
vervaardigde nooduitgave heeft
KT 1987. XIII.2
57