50
ren, maar dit is een zeer tijdrovend werk. Het gebeurt
dan ook uiterst spaarzaam. Ter gelegenheid van ten-
toonstellingen en publikaties zijn in de afgelopen jaren
enkele kaarten bestudeerd en weer in hun archivalische
kontext teruggebracht. Plannen om deze taak grootscheeps
aan te pakken zijn bij gebrek aan mankracht voorlopig
niet te realiseren. Mochten de wel bestaande automatise-
ringsplannen echter worden uitgevoerd, dan biedt de tech-
niek wellicht nieuwe mogelijkheden om succesvol te
zoeken naar samenhangen tussen kaarten en andere ar-
chiefbescheiden.
Conservering en restauratie
Het feit dat de kaart- of atlasbeheerder beter geoutilleerd
is voor het bewaren van kaarten dan de kollega archiefbe
heerder, is een van de redenen waarom archiefkaarten
veelal aan de kaart- of atlasbeheerder worden toever-
trouwd. Het spreekt overigens vanzelf dat de conservering
van archiefkaarten weinig afwijkt van die van niet-
archiefkaarten. Wel zal men onder de archiefkaarten ver-
houdingsgewijs veel perkamenten kaarten aantreffen, die
nogal specifieke opbergingseisen stellen. De grote massa
kaarten uit de negentiende- en twintigste-eeuwse archie-
ven kunnen de kaartbeheerder problemen opleveren. Vaak
zijn ze gemaakt op inferieur papier of zijn het moeilijk te
hanteren calques. Door het grote aantal is het onmogelijk
om elk blad een passende materiele verzorging te geven;
opzetten op karton van alle bladen bijvoorbeeld is
volstrekt uitgesloten. Raadpieging door middel van bij
voorbeeld microfilm, beeldplaat of woRM-disc lijkt de
aangewezen weg om het tijdrovende en schadelijke tevoor-
schijn halen en weer opbergen van de originelen te
beperken12.
In geval van noodzakelijke restauratie van archiefkaarten
zal de kaartbeheerder, behalve met de restaurator, ook
met de archivaris moeten overleggen.
Deze gedeelde verantwoordelijkheid moet gezien worden
als een kenmerk van het beheer van archiefkaarten. De
eindverantwoordelijkheid zal altijd berusten bij de ar
chivaris.
Noten
1 Het begrip archief wordt in twee betekenissen gebruikt: ten
eerste het archief als instelling en ten tweede het archief als
een samenhangend geheel van dokumenten. Het zal duidelijk
zijn dat we archieven in de tweede betekenis vooral zullen
aantreffen in de instellingen die we archief noemen, de ar-
chiefdiensten. Er worden echter ook wel archieven, inclusief
archiefkaarten, beheerd in bibliotheken en musea.
2 Lexicon van Nederlandse Archieflermen. 's-Gravenhage
1983.
3 Marijke Donkersloot-de Vrij, Topograflsche kaarten van Ne-
derland vöör 1750. Handgetekende en gedrukte kaarten, aan-
wezig in de Nederlandse rijksarchieven. Groningen, 1981.
4 Naast kaarten bevatten deze bestanden ook technische teke-
ningen. In wezen geldt alles wat hier over kaartbeheer wordt
gezegd, ook voor het beheer van deze tekeningen.
5 Een loketkas was een kast, ingedeeld in vakken, waarin do
kumenten onderwerpsgewijs werden bewaard.
6 Een lias is een bundel aan een koord geregen dokumenten.
Dit is een oude methode om dokumenten per onderwerp te
bewaren.
7 Omdat de vertegenwoordigers der stemhebbende Steden in de
Staten van Holland moesten meespreken over zaken van ge-
westelijke, lands- en wereldpolitiek, kwamen deze zaken ook
in de stedelijke bestuursorganen, zoals de vroedschap van
Rotterdam, ter sprake.
8 Deze inventaris is gepubliceerd in H.F. van Riel, Pierre An-
celin, Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde XL, 1924.
9 Algemeen geldt Ancelin als degene die aan het eind van de
zeventiende eeuw als eerste dieptelijnen op rivierkaarten toe-
paste. Zie C. Koeman, Geschiedenis van de kartografie van
Nederland. Zes eeuwen land- en zeekaarten en stadsplatte-
gronden. Alphen aan den Rijn, 1983, p. 171. Deze kaarten
bevinden zieh in het Gemeente-archief van Rotterdam.
10 B. van 't Hoff, Regels voor het beschrijven van kaarten in
archieven. Ned. Archievenblad LVII, 1952-'53, p. 58-68;
F.E.Ch. Hoste en K. Zandvliet, Het beschrijven en ordenen
van kaarten in het archief. Ned. Archievenblad LXXXII,
1978, p. 16-24; Marjanne Kok, Beschrijving en ordening van
kaarten in het archief. In: J. Smits en G. Staal, red. Titelbe-
schrijving voor kartografische documenten. Doorn, 1983.
11 Regels voor de titelbeschrijving. 8, Beschrijvingsregels voor
kartografische documenten. 's-Gravenhage, 1982.
12 Vernietiging van archiefstukken is niet zonder meer toe-
gestaan. De vraag of archiefkaarten na microverftlming even-
tueel mögen worden vernietigd, is nog steeds niet
beantwoord. Zowel de noodzaak tot zuinigheid met depot-
ruimte als de vaak betere houdbaarheid van microfilm in ver-
gelijking met de dragers van tal van kaarten, zijn goede re
denen om vervanging van nader te omschrijven kategorieen
van kaarten door microfilm in principe toe te staan.