vae de redaktie
Het mooiste kamerstuk
Kartografisch gezien zet het zesde lustrumjaar van de nvk
goed in: op 17 maart jongstleden werd de Vierde Nota
over de Ruimtelijke Ordening uitgebracht, met een zo bij-
zondere kartografische vormgeving dat kan worden ge-
sproken van 'het mooiste kamerstuk' ooit aan de
kamerleden aangeboden. En het is niet alleen de kamer
die verwend is door het VROM-ministerie: daarnaast zijn
alle Nederlanders vanaf april 1988 in Staat kennis te ne-
men van de kartografische dokumenten op basis waarvan
het in de Vierde Nota verwoorde beleid is uitgestippeld.
Dat kan door middel van het presentatiesysteem ria
(Ruimtelijke Informatie door Automatisering), dat naast
tabellen en grafieken meer dan 5.000 kaarten op een PC-
beeldscherm zichtbaar kan maken, en het eerste systeem
van deze omvang is dat ter ondersteuning van een rege-
ringsnota is ontwikkeld. Vanaf 1 april Staat het opgesteld
op 100 verschillende plaatsen in Nederland (Kamers van
Koophandel, grote gemeenten en provinciehuizen). Met
ria kan men de voor het ruimtelijk beleid relevante ont-
wikkelingen gedurende de laatste dertig jaar zichtbaar
maken, en worden tevens prognoses voor de körnende
dertig jaar in beeld gebracht.
Maar nu die Vierde Nota. Waarom is die voor ons zo bij-
zonder? Niet vanwege de diagrammen die erin staan, die
meer van een stylistische dwangbuis dan van enige funk-
tionaliteit getuigen, en behalve hun associatie met olieva-
ten onvoldoende randinformatie bevatten. Ook niet
vanwege de pentekeningen die met hun kryptische bij-
schriften eerder verwarren dan verhelderen. De Vierde
Nota is een juweel vanwege het funktionele gebruik van
kaarten, waarmee de behandelde materie doorzichtig
wordt gemaakt en inzichtelijk. In wisselwerking met de
kaarten wordt de stof knap opgebouwd: een aantal facet-
kaarten wordt geintegreerd tot een kaart van de ruimtelij
ke hoofdstruktuur, die het uitgangspunt vormt voor de
manier waarop we ons land verder willen ontwikkelen.
Voor die ontwikkeling wil men een aantal sporen volgen
die elk ook kartografisch worden uitgewerkt: versterken
van stedelijke knooppunten, de ontwikkeling van perifere
gebieden, stimulering van de stedenring centraal Neder
land, internationalisering van de westelijke Randstad met
haar stedelijke allure, het meer benadrukken van het am-
fibische karakter van Nederland (waterland), en het be-
houd en vernieuwing van het landelijke gebied. AI die
geplande ontwikkelingen zijn met hun eigen Symbolen in
facetkaarten gevisualiseerd. Ze worden in kombinatie ge-
presenteerd in de kaart Ruimtelijk Ontwikke-
lingsperspectief.
De Nota wordt kartografisch besloten met een kombinatie
van uitgangspunten (Ruimtelijke Hoofdstructuur) en ge
plande veranderingen (Ruimtelijk Ontwikkelingsperspec-
tief) in de Integratiekaart Vierde Nota. Die is zö
vormgegeven dat alle Symbolen erin in de samenstellende
kaarten zijn terug te vinden. Met deze kartografische ro
de draad is de nota - los van de inhoud van de plannen -
een bijzonder duidelijk stuk geworden. De nota bewijst
dat men bij het VROM-ministerie in Staat is kaarten toe te
passen waar ze nodig zijn. De afdeling Grafische Beeld-
vorming van vrom heeft, samen met de planners, laten
zien wat een geweidig belangrijke funktie de kartografie
kan hebben bij het voorbereiden en verklaren van ons
ruimtelijk handelen. De andere ministeries kunnen daar
jaloers op zijn!
5