trouwbaarheidsonderzoek uit te voeren. Hiertoe wordt
van te voren een betrouwbaarheidsniveau gekozen dat
men aan de hand van een steekproef zal kunnen staven
dan wel verwerpen. Om een 90% nauwkeurigheid te
kunnen halen dienen een groot aantal punten in het
terrein gekontroleerd te worden. Omdat het resultaat
een indeling in klassen is moet men per klasse de
nauwkeurigheid gaan bepalen. Hiertoe zijn 25 punten
per klasse willekeurig geselekteerd (250 in totaal) door
gebruik te maken van een zelf gedefinieerd grid over de
kaart (met koördinaten tussen 0 en 100). AI deze loka-
ties zijn bezocht in het terrein. Het resultaat van een
dergelijke operatie kan weergegeven worden in een ma-
trix waarbij een kruisvergelijking gemaakt wordt tussen
wat weergegeven is in het klassifikatieresultaat en de
werkelijke toestand in het veld ten tijde van de opna-
me. Uit dit onderzoek bleek dat de 90% nauwkeurig
heid tenminste voor alle klassen gehaald werd, terwijl
deze bij een enkele klasse zelfs hoger bleek.
Redaktionele aspekten en kaartproduktie
Lay-out
Het formaat van de poster is 70 x 100 cm, en dat leidt
tot keuze voor een overdwarse weergave: opgehangen
op ooghoogte is dan het hele vlak makkelijk te over-
zien, zonder dat men zieh voorover behoeft te buigen.
Deze keuze leidt tot een ruimte naast de hoofdkaart
(de bodembedekkingsklassifikatie van het gebied),
waarin plaats is voor hetzij vier beeiden op een kwart
van de hoofdkaart, hetzij kombinaties daarvan. Om de
mogelijkheden van de interpretatie van het rivierenge-
bied te benadrukken is voor dit laatste gekozen. De
plaats van deze drie beeiden op de rechterhelft ten op-
zichte van elkaar is bepaald door hun relatieve lokatie
op het linkerbeeld en het feit dat beeld C een andere
schaal heeft dan de andere drie en daar dus verder van
af Staat.
Om de ligging van het gebied aan te geven is een loka-
tiediagram opgenomen dat tevens het door de gebruik-
te beeiden bedekte gebied aangeeft. De lokatie van de
uitsnede is te klein om verder onder te verdelen, en
daarom is deze rode rechthoek uitvergroot om de lig
ging van de beeiden op de rechterhelft aan te geven.
De reden voor selektie van een uitsnede volgens de in
deling van de topografische kaart 1:50.000 is hierboven
reeds aangegeven. Deze uitsnede is verder toegankelijk
gemaakt door het aangeven van de ticks van het natio
nale koördinatensysteem en van de geografische
koördinaten van de hoekpunten. Ten behoeve van het
overzicht zijn echter niet alle koördinaatwaarden met
cijfers aangegeven; dezelfde procedure is ook bij de an
dere beeiden gevolgd. Het feit dat beeld C een andere
schaal heeft dan de andere drie is door middel van het
opnemen van de schaalbalk nog benadrukt.
Voor een meer globale beschouwing, en om de verwij-
zingen in de beschrijving van de landschappelijke as
pekten te vergemakkelijken is naast de riviernamen een
beperkt aantal Streek- en plaatsnamen opgenomen, die
door verschil in spatiering zijn gekarakteriseerd. Deze
namen zijn in een afwijkende kleur (zwart) gedrukt,
evenals het aan de topografische kaart ontleende lij-
nenbeeld. Dit laatste is over het bodembedekkingsbeeld
afgedrukt om te helpen bij de interpretatie (op grond
daarvan zal bijvoorbeeld de kleur rood bij wegen niet
als bebouwing worden geduid) en de orientatie (omdat
bijvoorbeeld de perceelsstruktuur hierdoor deels wordt
aangegeven).
Kleurkeuze
Zoals bekend hebben de kleuren van satellietbeelden
geen relatie met de kleuren in het terrein, maar geven
door middel van grijswaardeverschillen de ontvangen
stralingsintensiteiten weer. De kleurkoderingen die aan
deze stralingsintensiteiten op de poster zijn toegekend
zijn daarom, met uitzondering van de ondergrond op
de beeiden B, C en D, subjektief. Gekozen is voor
kleuren die hetzij aansloten op het kleurgebruik bij de
topografische kaart hetzij op bestaande kleurenasso-
ciaties5:
Tabel 3. Kleurkeuze.
Binnen deze globale omschrijving van de kleuren is
geexperimenteerd en nagegaan in hoeverre een plezierig
ogende kombinatie te vormen was, waarbij tenslotte is
gekozen voor de kleuren als in de legenda van kaart A
op de poster.
Op de kaart van de stedelijke bebouwing (B) is het the-
ma door middel van een kleur gedifferentieerd van de
zwart-witte ondergrond. De kleur is dezelfde als die in
de hoofdkaart wordt gebruikt. Omdat het om dünne
lijnen gaat is voor de situatie uit 1976 gekozen voor
een lichte tint met een overstralingseffekt: geel. De
kombinatie leidt tot een oranje-achtig beeld voor in
1976 bebouwd gebied versus een rood beeld voor de se-
dertdien bebouwde oppervlakken.
Op kaart D is een omgekeerde benadering gekozen: het
blauw uit de hoofdkaart is hier niet als uitgangspunt
gekozen voor de huidige situatie maar voor de aan de
topografische kaart ontleende situatie van 1976. Het
daarmee kontrasterende beeld van 1986 - de nieuwe
ontgrondingen - zijn naar voren gehaald met een kleur
die nog met water te associeren is (blauwgroen), maar
toch voldoende van het andere beeld verschilt. Beide
tinten zijn weer goed zichtbaar tegen de achtergrond
van een deel van het Thematic Mapper-beeld.
In kaart C zijn de volgende kleuren gekozen: blauw
voor het waterwingebied (associatie met water); geel
voor de mais (associatie met maiskolven), lichtgroen
voor goed en donkergroen voor siecht ontwaterde na-
22
KT 1989.XV.1
kleurkeuze gebaseerd op kleuren
bebouwing
rood
uit de topografische kaart
onbebouvd.
wit
water
blauw
weiland
lichtgroen
bos
donkergroen
hei de
paars
kleurkeuze gebaseerd op bestaan
mais
geel
de kleurenassociaties
overig akkerland
bruin
boomgaarden
groen