Het is een beschrijvende taal. Dat wil zeggen dat, in plaats van een programmeur die aangeeft hoe in een serie stappen de Computer het probleem moet oplos- sen, bij Prolog de oplossing al uit een beschrijving van het probleem bestaat. Deze beschrijving bestaat uit een drietal komponenten: namen en strukturen van de in het probleem betrok- ken Objekten; namen van relaties die er tussen de Objekten bestaan; feiten en regels die deze relaties beschrijven. Bijvoorbeeld gegeven de feiten: - er bestaat een verbinding tussen de Grote Markt en de Heerestraat - er bestaat een verbinding tussen de Heerestraat en het Zuiderdiep en de regel: - er is een route tussen X en Y als er een verbinding bestaat tussen X en Z en een verbinding tussen Z en Y dan kan Prolog deduceren dat - er een route is tussen de Grote Markt en het Zui derdiep. Tijdens de uitvoering van een programma kunnen met behulp van deze deduktieve methode alle mogelijke oplossingen van een probleem worden gevonden. Hiervoor gebruikt Prolog het zogenaamde 'back- tracking' mechanisme. Dat houdt in dat, wanneer een oplossing is gevonden, het programma opnieuw gaat bekijken of andere mogelijke variabele waarden tot nieuwe oplossingen zullen leiden. Verder gaat Prolog op een simpele en efficiente wijze om met rekursieve strukturen. Gegevensbestand Voor de opbouw van het bestand van het centrum van Groningen is gebruik gemaakt van een kaart van de binnenstad van Groningen, op de schaal 1:5000 ver- vaardigd door de kartografen van de Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen. Bij het opbouwen van het gegevensbestand wordt uitge- gaan van hoekpunten en verbindingen tussen de hoek- punten. Indien een straat een andere straat kruist of raakt wordt dit snijpunt als hoekpunt aangemerkt. Als twee hoekpunten met elkaar verbonden zijn vormt deze verbinding (een deel van) een straat. Met behulp van een digitizer zijn van de hoekpunten de X- en Y-koördinaten bepaald. Aan deze hoekpunten wordt een wijknummer gekoppeld, waarna ze in de volgende vorm in het bestand worden opgenomen: (1,291,73,1) 1 hoekpunt 291 X-koördinaat 73 Y-koördinaat 1 wijknummer Vervolgens worden de hoekpunten die met elkaar zijn verbonden, samen met de bijbehorende waarden en an dere gegevens, op de volgende manier in het bestand gezet: (48,49,"Hoofdstraat" ,130,6) 48 hoekpunt 49 hoekpunt Hoofdstraat straatnaam 130 afstand in meters 6 wijknummer Aan het bovenstaande kunnen een groot aantal, op dit moment nog niet gespecificeerde, variabelen worden toegevoegd, zoals postkodes, huisnummers, wegenklas- sifikatie, reistijd enzovoort. Naast hoekpunten, die op de straathoeken gepositioneerd zijn, worden Objekten op bijna dezelfde wijze in het bestand opgenomen. De route-zoekmethode Centraal staan hoekpunten en de verbindingen tussen deze hoekpunten. Het zoeken van een route tussen een Start- en een bestemmingsobjekt gaat in hoofdlijnen als volgt. Vanuit een Startobjekt worden in het gegevensbestand de hoekpunten gezocht die direkt met het Startobjekt verbonden zijn. Van ieder afzonderlijk hoekpunt wor den respektievelijk de afgelegde afstand vanuit het star- tobjekt en een schatting van de af te leggen afstand tot aan het bestemmingsobjekt bepaald. Deze schatting wordt bepaald door hemelsbreed de afstand van het betreffende hoekpunt tot aan het bestemmingspunt te berekenen. Deze schatting is altijd lager dan de werke- lijke afstand (via de verbindingen) tussen die twee pun- ten. Vervolgens worden deze twee waarden opgeteld en vergeleken met de uitkomsten van de andere paden (niet komplete route's). Alle paden worden onthouden, waarbij telkens het päd met de laagste uitkomst wordt uitgebreid. Dit zoekproces herhaalt zieh totdat het bestemmingsobjekt is bereikt. Toepassingsvelden Het bovenbeschreven Route-Zoeksysteem is globaal van karakter. Naar aanleiding van het geven van de- monstraties van het systeem aan een aantal instanties, zoals de centrale meldkamer van het ambulancevervoer, de brandweer, VW, alle te Groningen, is gebleken dat er grote belangstelling bestaat voor een verdere ontwik- keling van het systeem, rekening houdend met de speci- fieke wensen of eisen van de gebruiker. Uit de gesprek- ken die hieruit voortvloeiden kwam naar voren dat een drietal hieronder besproken toepassingsvelden voor 32 KT 1989.XV.1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1989 | | pagina 34