besprekingen Parry, R.B. C.R. Perkins, World Mapping Today. London: Butterworth, 1987. 583 pp. met 200 indexkaarten; register van uitgevers en een verklärende woor- denlijst. ISBN 0-408-02850-5. Prijs f380,~. Het hoofddeel van dit boek is de be- schrijving, per land, van het voor dat land verkrijgbare kaartmateriaal. Daaraan is tevens toegevoegd een be- schrijving van de organisatie en de struktuur van de plaatselijke karte- ringsaktiviteiten, de voortgang van de topografische kartering, van het op- nemen van de hulpbronnen, een be- schrijving van nieuwe karteringspro- gramma's en van de technische ontwikkeling. Dit soort boeken is al eerder gepubli- ceerd in het Engelse taalgebied, waar men blijkbaar onvoldoende toegang heeft tot de losbladige, steeds door aanvulbladen bijgehouden katalogi van het voormalige Reise- und Ver kehrverlag te Stuttgart, thans Geo- center te München: Lock's Modern Maps and Atlases (1969), Lynch's International Maps and Atlases in Print (1976) en Alexander's Guide to Atlases zijn daar voorbeelden van. Hieronder zal worden nagegaan wat Parry en Perkins meer bieden dan Lynch, Lock, Alexander en de Geo- katolog. Afgezien van de steeds bijgehouden Geokatolog is de hierboven aange- haalde literatuur inmiddels sterk ver- ouderd. Het is 12 jaar geleden dat de meest recente, Lynch's 2e druk, ver- scheen en er is inmiddels een boel veranderd! Geo-informatiesystemen hebben inmiddels op vele plaatsen in gang gevonden en kaartinformatie wordt ook steeds meer in digitale vorm verkocht. De door Parry en Perkins gepresen- teerde gegevens hebben betrekking op in de periode 1984-1986 beschikbare en verkrijgbare kaarten. Het gaat om materiaal dat een algemene kaartver- zameling aan zou willen schaffen: bladen uit topografische, geologische en andere op hulpbronnen betrekking hebbende kaartseries (zo worden voor Nederland bijvoorbeeld de topografi sche, hoogte-, geologische, bodem-, geomorfologische, en waterstaats- kaarten genoemd), milieu-, bestuurlij- ke, sociaal-economische kaarten en stadsplans evenals statistische (cen- sus) atlassen. Er zijn niet veel atlas sen opgenomen, want die verdienen volgens de samenstellers eigenlijk een aparte benadering. Wel worden na tionale atlassen en daarmee vergelijk- bare edities opgenomen. Er is even- min sprake van buitenaardse, zee-, en luchtvaartnavigatiekaarten (behalve de icao- wereldkaarten) noch van facsimilekaarten. Wel is er informatie over het al of niet beschikbaar zijn van digitale kaartinformatie en worden de instan- ties waar deze betrokken kan worden genoemd. Met deze uitgangspunten hebben de samenstellers een verstan dige formule gekozen: voor het doel- publiek (algemene kaartverzamelin- gen) is hier sprake van een zeer zinnige selektie. Als bronnen zijn natuurlijk de eerder genoemde andere naslagwerken ge- bruikt, maar vooral recente katalogi van kartografische diensten en andere officiele karteringsinstellingen. De samenstellers hebben de informatie verder up to date gebracht aan de hand van enquetes, waarop al in eer- ste instantie een hoge respons kwam, die nog verder is verbeterd door aan- vullende kontakten. Een side-benefit daarvan was een aktualisering van het adressenbestand. Er is sprake van een vaste volgorde per land; achtereenvolgens worden behandeld: 1. de 'principal mapping agencies', de belangrijkste karteringsdiensten dus (die het Skelet vormen van verdere beschrijving), hun Strategie en Produkten; 2. de belangrijkste verwijzingen naar aanvullende literatuur; 3. adreslijsten van de belangrijkste uitgevers van kaarten; 4. een selektieve katalogus van ver krijgbare recente kaarten; 5. de relevante indexbladen. Vöör de eigenlijke landenbeschrijvin- gen zijn in de eerste 55 pagina's in leidende hoofdstukken opgenomen van de hand van: A. Parry - Current State of mapping B. Parry - Main groups of carto- graphic material C. Perkins - Methods of obtaining maps D. Farrell - Practical problems of se- lecting the right maps E. Monmonier - Impact of Remote Sensing on production F. Blakemore Rybaczik - Digital cartography in 1980ies G. Bickmore - Why have map libra- ries been so slow in becoming consumer outlets for digital maps? De eerste drie hoofdstukken zijn zeer nuttig. Farrell brengt in het Vierde hoofdstuk een subjektieve indeling van kaarten in information maps, maps for travel navigation, thema- tic maps, advocacy maps (maps made to demonstrate, convince) en geeft kwaliteitskriteria die je voor elk van deze kategorieen aan zou moeten leg- gen. Monmonier's tekst over Remote Sensing is te technisch en past niet in dit overzicht, dat in de eerste plaats is gericht op kaartbeheerders, en dat ze moet helpen hun klanten met be trekking tot RS-beelden te adviseren. In het hoofdstuk Digital Mapping worden we doodgegooid met steilen acronymen van internationale organi- saties. Wat heeft het voorstel in de Verenigde Staten een nationaal gis- centrum op te richten voor relevantie voor de gemiddelde kaartbeheerder? Bickmore heeft aangegeven wat de konsequenties van de digitale ontwik keling voor kaartbeheerders zijn. Hij KT 1989.XV.1 69

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1989 | | pagina 71