van een gis, kennen nog maar weinig
Problemen met de variaties in hard-
en Software, datastrukturen enzo-
voort, maar ze ontdekken nu het be
lang van de kwaliteit van gegevens,
de toegankelijkheid en uitwisselbaar-
heid (Rainio, Finland), management
van grote bestanden (Morrison, VS)
en de gebruikersvriendelijkheid. An
dere trends zijn niet echt te melden
of het moet de enorme verspreiding
van gis zelf zijn.
Remote sensing
Het overzicht van de moderne ont-
wikkelingen op remote-sensing-gebied
werd gepresenteerd door Konecny
(Duitsland). Hij maakte duidelijk,
dat omstreeks de eeuwwisseling onge-
veer 50 satellieten voor aardobserva-
ties rond de aarde zullen cirkelen.
Ondanks dit grote aantal satellieten
en de veelheid aan informatie,
konstateert hij een terughoudendheid
om de satellietbeelden te gebruiken
bij de produktie van (topografische)
kaarten. Voor onderzoek daarentegen
wordt ruim gebruik gemaakt van de
geboden mogelijkheden. Als een mo-
gelijke oorzaak meldt Konecny de
moeilijkheid om de waarde van de
beeiden in de praktijk te bepalen.
Denegre (Frankrijk) vult aan dat ook
het kostenbesparende effekt niet ge-
makkelijk meetbaar is, alhoewel hij
het publiek voorrekent dat er een
besparing van 30% bij geologische
kaarten en van 20% bij kleinschalige
topografische kaarten bereikt kan
worden (bij gebruik van
spor-beelden).
Munier (Frankrijk) maakt echter ook
duidelijke kanttekeningen bij deze be-
weringen. Het gebruik van satelliet
beelden zonder meer is namelijk niet
voldoende. Om inhoudelijk aan de
eisen tegemoet te komen is een gede-
gen Studie van het te karteren terrein
in het veld onontbeerlijk. Een sug-
gestie zijnerzijds is om de specifika-
ties voor topografische kaarten op-
nieuw te bekijken en ze zodanig aan
te passen dat satellietgegevens beter
gebruikt kunnen worden.
Andere papers gingen nader in op de
gebruiksmogelijkheden van remote-
sensing-gegevens voor geologische
karteringen, voor onderzoek naar na-
tuurlijke hulpbrönnen en voor het in
kaart brengen van landgebruik in ru-
rale gebieden.
Over het algemeen gaven de lezingen
meer een beeld van een geleidelijke
Na afloop van de sessies lezingen is er volop gelegenheid om van gedachten te
wisse/en.
ontwikkeling in het vakgebied remote
sensing dan van wetenschappelijke of
technische doörbraken.
Thematische kartografie
Ook hier liepen de onderwerpen van
de lezingen nogal uiteen. Een inde-
ling van het gepresenteerde in drie
kategorieen is mogelijk. Enerzijds
waren er lezingen, die de stand van
zaken in een land of instelling weer-
gaven. Daaronder viel de lezing van
Tolgensbakk, die een rijk geil-
lustreerd overzicht gaf van onder
meer de produktie van geologische en
geomorfologische kaarten aan het
Geografisch Instituut van de Univer-
siteit van Oslo. Ook de Spaanse, de
Zwitserse en een van de Russische
bijdragen vielen in deze kategorie.
Anderzijds waren er twee sprekers
met een andere aanpak. Donnefort
stuit bij haar pogingen om tot een
andere kartering van bepaalde feno-
menen te komen, op de barriere van
de administratieve grens en zij pleit
voor een andere aanpak rond het be-
grip 'critical mass'. Daarvoor had
Arzhanov de aanwezigen geschetst
dat naar zijn mening kartografie een
'forum of reflection' is. De kartogra
fie probeert een veelheid van onder
werpen in ruimte en tijd in beeld te
brengen. Wij moeten er ons van be-
wust worden dat we te maken hebben
met het oog als visueel kanaal en dat
de kartografische taal een natuurlijke
taal is. Naast het aanpassen van onze
kaarten aan de specifieke eisen van
het oog, moeten we ook werken aan
het kartografisch 'opvoeden' van de
kaartgebruikers.
Daarna werd het terrein van kaarten
voor visueel gehandicapten bestreken.
Wiedel vertelde over het projekt om
Washington DC tot de meest toegan-
kelijke hoofdstad van de wereld te
maken. Voor dit projekt (ter gelegen
heid van de 'Bicentennial') werden
niet alleen kaarten gemaakt. Ook
foto's met hoog kontrast vormden
onderdeel van een integrale aanpak
om blinden en slechtzienden iets van
de stad te laten 'zien'. De reliefkaar-
ten waren voorzien van een opdruk
voor zienden in kleuren, die bij di
verse vormen van kleurenblindheid
nog te onderscheiden zijn. AI eerder
was in de Verenigde Staten gebleken,
dat er meer gebruikers zijn voor de
relatief eenvoudige reliefkaarten dan
alleen visueel gehandicapten. Als ove
rige gebruikers werden ouderen en
geestelijk gehandicapten genoemd.
Bij het ontwerpen van kaarten moet
volgens Wiedel rekening gehouden
worden met deze bredere doelgroep.
Birö en Tatham schetsten de ontwik-
kelingen in respektievelijk Hongarije
en Groot-Brittannie. Birö vertelde dat
het Kartografisch Instituut van het
Hongaarse Volksleger sinds 1983
kaarten (en andere Produkten) voor
visueel gehandicapten maakt. Tatham
zette nog eens uiteen waarom karto-
grafen de plicht hebben kaarten voor
blinden te ontwerpen: een kaart
opent als het wäre de ogen voor de
KT 1989.XV.3
29