Ontwerp en produktie van een gedrukt kleurenschema voor gebruik met de Apple Macintosh II A. Brown en P.W.M. Schokker De grafische ontwerpprogramma's, die nu beschikbaar zijn op microcomputers, geven de gebruiker veel keuze- mogelijkheden ten aanzien van kleur. Voor een grafisch ontwerper is dit een ideale situatie. De kartograaf ech ter, wil zijn kleuren vaak op een gestruktureerde wijze kiezpn, gebaseerd op de variabelen tint, verzadiging en helderheid. Een probleem bij het gebruik van de huidige grafische ontwerpsoftware is, dat deze de kartograaf geen moge- lijkheid biedt om tot een 'gestruktureerde' kleurkeuze te komen. Een ander probleem doet zieh voor wanneer de kaart, geprodueeerd met de hiervoor genoemde Software, niet alleen bekeken wordt op het beeldscherm, maar ook gedrukt wordt. De relatie tussen de op het beeldscherm gekozen kleur en de uiteindelijk gedrukte kleur is komplex. Deze twee Problemen kunnen worden opgelost door: eerst uit het ruime kleurenpalet de meest geschikte kleuren voor gebruik in kaarten te kiezen; vervolgens te bekijken hoe deze kleuren gereprodu- ceerd kunnen worden met een microcomputer- systeem; tenslotte een kleurenschema te ontwerpen, dat de bruikbare kleuren laat zien. Kleurselektie Onder ideale omstandigheden kan een mens enkele miljoenen kleuren onderscheiden (munsell book of color, 1976). Als kleuren gereprodueeerd worden via offset-druk, met percentagerasters voor de drukkleuren geel, magenta en eyaan, is het kleurengamma aanzien- lijk minder. Met deze produktiewijze zou het aantal kleuren een miljoen kunnen zijn, aannemende dat het mogelijk is tintrasters te produceren met een interval van 1%. Het kleurverschil tussen aangrenzende kleuren is dan echter zo klein, dat deze niet meer van elkaar te onderscheiden zijn en dus niet in een kaart gebruikt kunnen worden. In de praktijk zal men dus moeten volstaan met veel minder dan een miljoen kleuren. Het probleem is dan te herleiden tot de volgende vraag: Hoe kan voor de kartograaf een geredueeerde reeks van kleuren met voldoende kleurverschil worden gekozen? Het ciELAB-kleurensysteem, voor reflekterende kleuren, en het ciELUV-kleurensysteem, voor additieve kleuren, worden wereldwijd erkend als uniforme kleurenrang- schikkingen, geschikt om te dienen als basis voor kleurkeuze (Robertson o'callaghan, 1986). De laat- ste jaren zijn er verschillende onderzoeken gedaan naar het gebruik van de ciELUv-rangschikking voor kleurse lektie bij kaarten op beeldschermen (zie bijvoorbeeld ROBERTSON O'CALLAGHAN, 1986 en TRIGG GILL, 1988). Het Munsell-kleurensysteem (figuur 1) is een an dere veel geaeeepteerde standaardkleurenrangschikking, alhoewel deze rangschikking niet zo analytisch is in zijn weergave als de beide ciE-systemen. Het Munsell- systeem is ontworpen om variaties in helderheid (grijs- waarde) en verzadiging (chroma) te geven voor 100 ver schillende tinten. Daar het waargenomen verschil tus sen aangrenzende tinten verdwijnt in de richting van de centrale assen, is de kleurenrangschikking niet uniform in alle richtingen. Selektie van kleuren voor weergave op een beeldscherm (bijvoorbeeld de berekening van gelijke intervallen bij kleurenreeksen) is een interaktief proces met direkt zichtbare resultaten. Hierbij is het gebruik van de ciELUV-kleurenrangschikking zeer geschikt. De op deze manier gekozen kleuren zullen echter niet hetzelfde zijn wanneer ze gedrukt worden met de offset-druktechniek (ROBERTSON O'CALLAGHAN, 1986). Voor gedrukte kaarten is het gebruikelijke alternatief de kleuren te kiezen vanaf een gedrukt kleurenschema. Door gebruik te maken van kommercieel verkrijgbare tintrasters is het mogelijk om kleurenschema's te ver- vaardigen met percentage-intervallen van 5%. Omdat dit echter zou leiden tot een erg grote kleurenkaart, is het meer gebruikelijk om minder dan tien rasterpercen- tages te hanteren (brown, 1982). Zo'n kleurenschema laat geen uniforme kleurenrang schikking zien. Ook kunnen sommige wenselijke kleu renreeksen, zoals variatie in helderheid en verzadiging bij gelijkblijvende tint, niet of niet perfekt gerealiseerd worden. Redenen hiervoor zijn onzuiverheden in de drukinkten en het beperkt aantal ratio's tussen de rasterpercentages. Wanneer bijvoorbeeld rasterinterval- len van 10% zijn gekozen, wordt de ratio 3:1 slechts bereikt in drie kombinaties (90%:30%, 60%:20%, 30%:10°7o). Door gebruik te maken van Adobe Illustrator88-software, met de mogelijkheid om rasterpercentage-intervallen van 1% te produceren, is het probleem van de beperkingen met betrekking tot rasterratio's verdwenen. Ook kunnen de onzuiverheden in de drukinkt gekorrigeerd worden door een juiste keuze van rasterpercentages. Het is daardoor in princi- KT 1989.XV.3 40

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1989 | | pagina 42