I«
1
worpen is voor de verwerking van kaarten, kunnen de
reeds bestaande Scanners daarvoor wel worden ge-
bruikt.
Hoe kan een Scanner worden toegepast bij het
maken van kaarten?
Als een kaart eenmaal is gescand, is het mogelijk om
er met een printer direkt weer een afdruk op papier
van te maken. Dit is echter uiteraard niet meer dan een
omslachtige manier om een kopietje te maken.
Maar als een kaart eenmaal gescand is, wordt het ook
mogelijk om hem in de Computer bij te werken en te
veranderen. Toevoegen en weghalen van bijvoorbeeld
lijnen gebeurt dan op het beeldscherm en als de bijge-
werkte kaart daarna wordt afgedrukt ziet hij er steeds
'als nieuw' uit. Omdafc de niet veranderde elementen
kunnen worden behou'den, begint het in dat geval de
moeite te Ionen.
Het is echter toch vrij veel werk om wijzigingen netjes
aan te brengen in een rasterbestand. In veel gevallen is
het daarom efficienter om de gescande kaart eerst te
vektoriseren en daarna de wijzigingen aan te brengen
in het vektorbestand. Het verschil tussen een raster
bestand en een vektorbestand werd beschreven in een
artikel van Bosma in Kartografisch Tijdschrift
1989.XV.11.
Een vektorbestand heeft de volgende voordelen boven
een rasterbestand:
eenvoudig aanbrengen van wijzigingen;
minder computergeheugen wordt in beslag
genomen;
'feature-coding': het is mogelijk om veel informatie
over kenmerken in de vektorbestanden te bewaren.
In een informatiesysteem kan een lijn bijvoorbeeld
gekenmerkt worden als zijnde een waterleiding, aan-
gelegd in 1973, met een diameter van 10 cm.
Er zijn drie manieren om op basis van een bestaande
kaart een vektorbestand op te bouwen (zie figuur 1).
De eerste mogelijkheid is om de originele papieren
kaart op een digitaliseertafeltje te plakken en met de
Cursor over te trekken. Er ontstaat dan rechtstreeks een
vektorbestand.
Het is ook mogelijk om de originele kaart te scannen,
maar hij wordt dan wel in de Computer opgeslagen als
een rasterbestand. Dit rasterbestand kan op twee ma
nieren worden omgezet in een vektorbestand. Allereerst
kan het rasterbestand automatisch door speciale Soft
ware worden gevektoriseerd. Het weinige handwerk is
hiervan het voordeel. Het nadeel is echter dat het resul-
taat een Spaghetti van betekenisloze vektorlijnen is.
Omdat Software voor het automatisch vektoriseren
steeds beter en goedkoper wordt, zal daar in de volgen
de fase van het onderzoek nader aandacht aan worden
besteed.
Een andere mogelijkheid om van een gescande kaart
een vektorbestand af te leiden is om het rasterbestand
op het beeldscherm zichtbaar te maken en het dan
handmatig over te trekken door middel van bewegingen
van een Cursor op het beeldscherm. Dit levert veel meer
handwerk op, maar het voordeel is - net als bij het ge-
bruik van een digitaliseertafel - dat de tekenaar direkt
al bij het overtrekken de gewenste lijnen kan selekteren
en van een kode voorzien. Bij körnend voordeel is dat
de samenhang tussen de vektorlijnen en het volledige
rasterbestand goed zichtbaar is.
In de praktijk komen nu ook mengvormen van raster
bestand en vektorbestand voor. Een grootschalige topo-
grafische kaart kan bijvoorbeeld worden gescand en ge-
woon als rasterbestand op het beeldscherm afgebeeld.
Daaroverheen kunnen dan op het beeldscherm de nieu-
we gegevens voor bijvoorbeeld de waterleidingen wor
den getekend en deze kunnen dan worden opgeslagen
als een vektorenbestand. Op deze manier is het niet no-
dig om ook de hele topografie te vektoriseren.
document
bijwerken
V
scannen
15 -c
~o
S
E
J L
E
op het beeldscherm
bewerken
V
op het beeldscherm
overtrekken
op het beeldscherm
bewerken
Figuur 1. Opbouwen van een vektorbestand op basis van een
originele kaart.
KT 1989.X V.4
37
originele
kaart
aangepaste
kaart
_QJ
CD
CD
t/5 CD
CD
O)
raste r
bestand
C
_C CD
3
35 c
O <D
03
aangepast
rasterbestand
vectorbestand
aangepast
vectorbestand