De Scanner kan dus gebruikt worden om een 'digitale kopie' van een kaart te maken. Deze kopie wordt op- geslagen als een rasterbestand en kan vervolgens op het beeldscherm worden afgebeeld, eventueel gewijzigd en afgedrukt, en bovendien kan het als basis dienen om er een vektorbestand mee op te bouwen. Enquetes Voor dit onderzoek zijn drie enquetes gehouden. Deze zijn verspreid via de nationale kontaktpersonen van de OEEPE. Eerste enquete De eerste enquete is in het eerste kwartaal van 1988 ge houden bij 36 Europese kaartproducenten. Aan hen is gevraagd in welke mate zij geautomatiseerde methoden en Systemen gebruiken, welke zij in de nabije toekomst gaan gebruiken, en welke Problemen gekonstateerd zijn. Uit de resultaten bleek dat bijna alle responden- ten vektorbestanden maakten van hun gegevens en er extra kodes aan toevoegden. Ruim 90% van de respon- denten past handmatige digitaliseermethoden toe voor het maken van vektorbestanden. Slechts 70% van de respondenten past ook volledig geautomatiseerde digi taliseermethoden toe. Met name de 15 nationale topo- grafische diensten zijn hiermee het verst gevorderd. Vermoedelijk zal het gebruik van geautomatiseerde di gitaliseermethoden ook bij de andere kaartproducenten toenemen zodra de kosten lager worden. Tweede enquete Op basis van de antwoorden op de eerste enquete is de tweede, meer toegespitste, vragenlijst opgesteld en in mei 1988 verzonden. Uit de nieuwe antwoorden bleek dat Scanners nog wei nig worden toegepast voor het verwerken van komplexe grootschalige kaarten, zoals leidingenkaarten. In be- drijven waar Scanners wel regelmatig werden toegepast, gebeurde dat voornamelijk voor het scannen van deel- films (bijvoorbeeld met hoogtelijnen) en voor het scan nen van speciaal voorbewerkte dokumenten (bijvoor beeld een kaart waarin vooraf alle overbodige lijnen en Symbolen waren weggelakt). Over het algemeen waren de respondenten van mening, dat het toepassen van Scanners nuttig is. Zij ondervon- den echter Problemen met betrekking tot het scannen en verwerken van tekst, het optimaal insteilen van de Scanner (mede door onduidelijke handleidingen) en de grote hoeveelheid tijd die nodig was om de gegevens te verwerken. Hoewel we uitdrukkelijk vroegen naar 'tips en trucs' lieten de respondenten zieh vrijwel niet uit over de fijne kneepjes van het vak. Een respondent deed de suggestie om van het kaartorigineel eerst een kontrastrijke kopie te maken en die vervolgens te scan nen. Een ander had ervaren dat de Software voor het automatisch vektoriseren siechte resultaten gaf op alle plaatsen waar lijnen elkaar onder een scherpe hoek snijden. Om onnodig korrektiewerk te voorkomen, Tabel 1. Omschrijving van de 17 in het onderzoek gescande testdokumenten. Fragmenten 1 2 (zie figuur 2): Nauwkeurigheids-testbeeld, met lijnen van verschillende dikte en diverse komplexe figuren. Fragment 1 werd op maatvast transparant materiaal geleverd, fragment 2 op fotopapier. Fragmenten 3 4: Een fotogrammetrische plot als potloodtekening op door- schijnend tekenpapier. Fragment 3 bevat potloodlijnen van siechte kwaliteit, fragment 4 is relatief beter. Fragment 5 (grootschalige topografische kaarten fragment 6 (grootschalige leidingenkaart): Deze voorbeelden zijn afkomstig uit het omvangrijke archief van de IJsselmij (Openbaar Nutsbedrijf, Enschede). Het zijn diazokopieen, met zwarte lijnen op een doorschijnende ach- tergrond. De tekeningen zijn zeer gedetailleerd, bevatten handgeschreven tekst en sjabloonletters, en tekst en Symbolen staan soms ook over elkaar heen getekend. Fragment 7 (zie figuur 3): Een eenvoudig kaartje van Nederland, met smalle lijnen, on- derbroken lijnen en geografische Symbolen. Fragment 8: Een pagina met verschillende soorten kaartschrift van de Zwitserse Topografische Dienst. Fragment 9 (zie figuur 4): Een zwart-wit fragment van de Zwitserse topografische kaart 1:25.000. Deze kaart bevat veel gewone details zoals wegen, bebouwing en namen, plus de tekening van rotsvormen en een overdaad aan kontouren; kortom de meest 'priegelige' kaart die we konden vinden. Fragment 10 (zie figuur 5): Een pagina met verschillende vlakvullingen, zoals diverse grijswaarden, arceringen en fantasiepatronen. Fragmenten 11 12 (zie figuur 6): Een deelfilm met uitsluitend hoogtelijnen, die zeer dicht naast elkaar liggen en soms onderbroken getekend zijn. Frag ment 11 is een positief, fragment 12 een negatief. Fragment 13: Een potloodtekening met een reliefschaduwering in alle grijs- nuances. Fragmenten 14 15: Een luchtfoto. Fragment 14 op transparant materiaal, frag ment 15 op wit papier. Fragment 16: Een fragment van de Zwitserse topografische kaart 1:100.000. Zeer gedetailleerde, gekleurde offsetdruk. Fragment 17: Een fragment van een gekleurde geologische kaart in off setdruk. zorgde hij er voor dat in het origineel alle 'moeilijke plekken' vooraf waren weggelakt. 38 KT 1989.XV. 4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1989 | | pagina 40