kenmerken van het terrein noodzakelijk. Dit houdt in dat bijvoorbeeld een radarbeeld online vergeleken ('ge- matched') moet worden met een digitaal model van de terreinstoffering. Hiervoor is een gigantische rekenkapa- citeit nodig die (nog) niet beschikbaar is. Een eenvoudi- ger plaatsbepalingsmethode is het Global Positioning System (GPS), een systeem waarbij de positie bepaald wordt met behulp van satellieten. Voorwaarde voor het gebruik van GPS is dat de Signalen van voldoende sa tellieten kontinu beschikbaar moeten zijn. C3I C3I Staat voor Command, Control, Communications and Intelligence. De gegevens die nodig zijn voor kom- mandovoering zijn deels vooraf bekend (het terrein bij voorbeeld), deels voorspelbaar (het weer) en verder af- hankelijk van last-minute informatie. Vanuit ons vakgebied bezien gaat het voor wat betreft de geo- gerelateerde gegevens om een uiterst komplex geogra- fisch informatiesysteem waarbij de dimensie tijd een overheersende rol speelt. Binnen dit uitgestrekte toepas- singsveld kunnen een aantal deelgebieden worden on- derscheiden. Kommunikatie Voor de positionering van zenders en ontvangers moet informatie beschikbaar zijn over de karakteristieken van de Signalen die de ontvanger bereiken. De terrein- hoogte en de Stoffering van het terrein zijn, naast de ei- genschappen van de uitgezonden Signalen en de weers- gesteldheid, bepalende faktoren. De DTED- en DFAD-bestanden zijn geschikt voor deze toepassing en worden ook als zodanig (door de PTT, een civiele toe passing!) gebruikt. Terreinvisualisatie Topografische kaarten geven driedimensionele informa tie die als een orthogonale projektie wordt gepresen- teerd. De weergave van de derde dimensie is gebonden aan de beperkingen van deze wijze van afbeelden on- danks het meesterschap dat in de presentatie van geac- cidenteerdheid middels schaduweringstechnieken bereikt is. Computersimulatie geeft de mogelijkheid een gebied vanuit een willekeurige standplaats te aanschouwen. De kombinatie van een gescand kaartbeeld met een digitaal hoogtemodel maakt een betere kaartinterpretatie mo- gelijk. Terreinanalyse Bepaalde terreingegevens die van militair belang zijn, zijn nu als overdruk of overlay op topografische kaar ten vastgelegd. De Wegen- en bruggenkaart bijvoor beeld, bevat karakteristieken die voor het vervoer van belang zijn. De Terreinbegaanbaarheidskaart geeft in formatie over de verplaatsingsmogelijkheden buiten de wegen. Deze gegevens, een digitale kaart, meteogege- vens en operationele gegevens kunnen in een GIS- systeem te zamen worden gebracht. De koppeling van een digitaal hoogtemodel en terreingegevens in vektorie- le vorm aan dit systeem maken het mogelijk uiteenlo- pende analyses uit te voeren. Te denken is aan logistieke toepassingen, plaatsing van sensoren en geschutsopstel- lingen, en analyse van risiko's. Simulatie en training Citaat uit NRC Handelsblad van 23 mei 1990: "Bij oe- feningen zal meer gebruik worden gemaakt van Compu ters en Simulatoren om het milieu te sparen en overlast voor burgers te beperken". Het belang van simulatie zal steeds groter worden. Met name ook voor Neder- land wanneer de oefenmogelijkheden in het buitenland afnemen. FEL-TNO heeft voor de landmacht een twee- tal simulatiespelen ontwikkeld voor kommando- oefeningen. KIBOWI, onlangs officieel overgedragen aan de Landmacht, is bedoeld voor kommandovoering op hoger niveau. De geografie maakt slechts een klein deel uit van het systeem. Het terrein wordt weergegeven als een matrix met een resolutie van 1 x 1 km2. De terreinmatrix is afgeleid uit het DFAD-gegevensbestand. Het nieuwste projekt, dat nog in ontwikkeling is, is de taktische trainer INTACT, die oefeningen tot op voer- tuigniveau mogelijk maakt. INTACT is de Nederlandse versie van het in de BRD ontwikkelde INSIM. INTACT maakt gebruik van een terreinmatrix met een resolutie van 6,25 X 6,25 meter. Van elk terreinelement zijn ka rakteristieken opgeslagen (soort topgrafie, hoogte, hel- ling). Een topografisch bestand dat realistische terrein gegevens voor deze resolutie kan geven ontbreekt. Het huidige proefgebied is opgebouwd uit DFAD-gegevens aangevuld met gegevens afkomstig van de kaartserie 1:10.000, zoals bomenrijen en steile hellingen. Een simulatie die de werkelijkheid zo dicht mogelijk benadert, vereist gedetailleerde geografische gegevens waarbij met name in een land als Nederland hoogtebe- palende dementen zoals bossen, bomenrijen en gebou- wen van belang zijn. Een ideale Simulator moet de deelnemer het gevoel geven op het beeldscherm het ter rein aan zieh voorbij te zien trekken alsof hij zelf door het terrein manoevreert. Toekomstperspektief Het aantal mogelijkheden van DGI is in theorie zeer groot. De praktijk zal moeten uitmaken of fantasieen inderdaad het Stadium van de werkelijkheid bereiken. De gebruiker zal vertrouwen moeten hebben in de black box die hij gepresenteerd krijgt. Dit steh hoge eisen aan de inhoud van de black box: de Software en de gege vens. De geografische gegevens zijn vrij statisch van aard maar door de automatische koppeling met andere gegevens in een GIS-omgeving zal de roep om recent- heid toenemen. Het ziet er naar uit dat de herzienings- cyclus van de topografische bestanden bekort zal moe ten worden. Wellicht gebeurt dat in een zodanige vorm dat bepaalde topografie, zoals obstakels en wegen, fre- quenter herzien zullen worden dan andere. Lees verder op p. 81. 76 KT 1990.XVI.3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1990 | | pagina 80