To
Nederlanden, dus inklusief het huidige Belgie. Een an
dere eis gesteld aan de bladindeling, was dat Amster
dam midden op een blad diende te liggen. Vanuit het
snijpunt van genoemde parallel en meridiaan (bij
Chaam) werd de bladindeling opgezet. Vanaf dit punt
werd in noordelijke richting 20 cm uitgezet, in zuide-
lijke richting 30 cm en in oostelijke en westelijke rich
ting 40 cm. Aldus ontstond een kaartblad met de afme-
tingen van 50 x 80 cm, overeenkomend in het terrein
met een gebied van 25 x 40 km. Op deze wijze ont
stond de bladindeling in 62 kaartbladen, waarvan er
aan de zeezijde en Staatsgrenszijde 8 als 'halve bladen'
versehenen op het formaat 40 x 50 cm (20 x 25 km).
De definitieve gedrukte bladwijzer verscheen in 1864
toen de gehele serie kompleet was (figuur 2). Daarvoor
waren tijdens de produktie al voorlopige bladwijzers
uitgegeven.
De bladen waren genummerd van 1 t/m 62 en hadden
bovendien een bladnaam, in het algemeen de naam van
de grootste plaats op het betreffende blad of een
eilandnaam.
In latere jaren versehenen ook gekleurde uitgaven. Deze
werden echter in kwartbladen vervaardigd, omdat an
ders bij het drukken pasproblemen ontstonden. Na
1865 ging men de TMK ook als halve bladen drukken,
nl. 40 x 50 cm, hetzelfde formaat dat we nu ook nog
kennen. De hele bladen werden opgedeeld in een oost-
en een westgedeelte. Dit heeft tot op heden nog verve
lende konsekwenties. De naam van het blad werd na-
melijk niet gewijzigd zodat er steeds twee bladnummers
voorkomen (m.u.v. de oorspronkelijke halve bladen) met
dezelfde plaatsnaam als bladnaam, terwijl de plaats
maar op een van de bladen is gelegen, uitzonderingen
EERTRUIDEN
als Amsterdam en 's-Gravenhage daargelaten, daar
deze door de splitsing op de kaart ook in tweeen zijn
gedeeld. Aan de oorspronkelijke eis die bepalend is ge-
weest voor de bladbegrenzingen, namelijk dat Amster
dam midden op een kaartblad diende te liggen, kon
niet meer worden voldaan.
Door de opdeling kwam het aantal kaartbladen op 110
te liggen. Van 15 kaartbladen zijn de namen in de loop
der tijd gewijzigd, met name omdat andere plaatsen op
het betreffende blad uitgroeiden tot grote Steden en de
oorspronkelijke naamgever overvleugelden.
De Chromotopographische kaart 1:25.000
De chromotopographische kaart op de schaal 1:25.000,
ook wel bekend onder de naam Bonne-bladen, ge-
noemd naar de projektie die eraan ten grondslag ligt,
heeft een bladindeling die nogal afwijkt van de huidige
kaartserie 1:25.000.
De bladindeling is afgeleid van de bladindeling van de
TMK. Als bladformaat is gekozen het formaat 25 x 40
cm, een kwart van de grootte van een TMK-blad. De
oost- en westkaders vallen samen met de TMK-kaders,
waarbij er in de breedte vier bladen binnen een groot
TMK-blad vallen; de noord- en zuid-kaders wijken
merkwaardigerwijs af van de TMK-bladen. Dit wordt
veroorzaakt door het feit dat ook hier het snijpunt van
de centrale meridiaan door de Westertoren van Amster
dam en de 51°30' parallel als uitgangspunt is genomen.
Doordat dit nulpunt niet midden op het TMK-blad
ligt, komen de noord- en zuidkaders van de Bonne-
bladen niet overeen met de noord- en zuidkaders van
de TMK-bladen (figuur 3). Qua grootte vallen er wel 16
Bonne-blaadjes (4 x 4) binnen een TMK-blad.
De nummering van de kaartbladen loopt van 1 t/m
776; er zijn echter maar 706 bladen versehenen. De ove-
KT 1990.XVI.3
ßiesootcn Dus»
Cßttrtruidenbenij JieuxTnsdonJt.
605
s-Gru uenmoer
606
Zoon op Zand
665;
Uilekojen
AlphenfXB^
Midcb
686-
Kastelr&
..«.poo
KlewMaaibrryen
6Ö7-"
aqrle
.1 (tfrsau
centrale meridiaan
Figuur 3. Ligging van de Bonne-blaadjes t.o.v. de TMK-
bladen.
KOmSUHUK »KR KKDERURBEM
Figuur 2. Bladwijzer van de TMK uit 1864.