van Haack's verhaal in het kort
weergegeven.
In de loop der jaren legde de kom-
missie haar resultaten vast in een in-
drukwekkende rij publikaties. Be
gonnen werd in 1963 met de uitgave
van de Instruktion für die Schreib
weise geographischer Namen in kar
tographischen Erzeugnissen der
DDReen basisdokument dat de
grondbeginselen bevat voor de om-
zetting van vreemde namen in het
Duits en dat uitgaat van het vreed-
zaam naast elkaar voortbestaan van
staten met verschallende sociaal-
ekonomische Systemen met inachtne-
ming van elkaars nationale identiteit
en territoriale integriteit. Deze in-
struktie werd voortdurend geaktuali-
seerd en gepreciseerd op basis van de
resoluties van V.N.-konferenties over
geografische namen en van de dis-
kussies tijdens de zittingen van de
UNGEGN. In 1989 beleefde deze
publikatie haar tiende druk. Een be-
langrijk bestanddeel van dit doku-
ment vormde steeds de lijst van lan-
dennamen waarin zowel de officiele
als de populaire, alledaagse vormen
zijn opgenomen in het Duits en in
de respektievelijke landstalen. Toege-
voegd zijn vervolgens de bijbehoren-
de adjektieven, de benaming van de
Staatsbürgers, de officiele landstaal
of -talen en de namen der hoofd-
steden.
Op basis van deze 'Instruktion' wer
den vervolgens voorschriften samen-
gesteld voor de schrijfwijze van geo
grafische namen in landen buiten
Duitsland. De rij werd in 1979 ge-
opend met richtlijnen voor Bulgaar-
se namen, met inachtneming van de
V.N.-resolutie van 1977 waarbij het
officiele Bulgaarse konversiesysteem
voor internationaal gebruik werd
aangenomen. In een snel tempo
volgden daarop richtlijnen voor niet
minder dan 29 Europese landen, in-
klusief de 7 mini-staatjes, en vervol
gens voor China, Cuba, Mongolie en
Turkije. Verschiliende van deze uitga-
ven, onder andere die voor Neder-
landse namen, beleefden reeds een
tweede druk.
Voor de uniforme schrijfwijze van
de geografische Objekten in de DDR
zelf geeft de Allgemeine Richtlinie
für die Schreibweise geographischer
Namen der DDR, uitsluitsel. Ook
dit geschrift, dat in 1989 een vierde
druk beleefde, is opgebouwd op ba
sis van de aanbevelingen van de V.N.
Het bevat onder meer naamlijsten
van de administratieve eenheden der
DDR (Bezirke en Kreise), verduide-
lijkt door toevoeging van een kaart,
en van fysisch-geografische Objekten.
De laatste onder vermelding van
hoogten van bergen en andere ter-
reinverheffingen, vastgesteld in over
leg met de centra van de topografi-
sche kaartproduktie des lands te
Dresden, Erfurt en Schwerin.
Een novum vormt ongetwijfeld de
door de kommissie ontworpen over-
zichtskaart der DDR 1:750.000 waar-
op de namen van natuurlijke geogra
fische regio's (landschappen,
gebergten, heuvelruggen enzovoort)
zijn ingetekend, waarbij in het bij-
zonder aandacht is besteed aan de
uitgestrektheid en begrenzing van
deze verschijnselen, punten waarover
in het algemeen, en bepaald niet al-
leen in de DDR, dikwijls verschil
van mening bestaat.
Vervolgens heeft de kommissie zieh
beziggehouden met de standaardise-
ring van de namen van de aan de
DDR grenzende kustwateren van de
Oostzee, inklusief diepten en ondiep-
ten, eilanden, kapen en schiereilan-
den, bestemd voor de kaartschalen
1:100.000 en 1:200.000.
Tenslotte heeft de kommissie zieh ge-
worpen op de exonymenproblema-
tiek. Als traditionele, van het plaat-
selijk nationale gebruik afwijkende
namen, vormen exonymen een hin-
dernis voor de internationale kom-
munikatie en het is begrijpelijk dat
de V.N. er op aandringen het ge
bruik daarvan te beperken. Zieh op
het standpunt stellend dat de geogra
fische namen steeds de politiek-
geografische realiteit op juiste wijze
dienen te weerspiegelen (in politiek
opzicht kwam dit de DDR ook het
beste uit!), hebben dr Haack c.s. dit
advies opgevolgd. Na zorgvuldige af-
bakening van het begrip exonym
werden twee lijsten samengesteld en
wel van exonymen voor fysisch-
geografische verschijnselen (geberg
ten, landschappen, zeeen, meren,
woestijnen enz.) en exonymen voor
door menselijk ingrijpen geschapen
Objekten (staten, Steden enz.). De
eerste lijst werd in 1986 uitgegeven
onder de titel Verzeichnis der Exony-
me und anderer geographischer Na
men in deutscher Sprache für karto
graphische Erzeugnisse der DDR,
terwijl de tweede een vaste plaats
heeft gevonden in de bovengenoem-
de 'Instruktion'.
Kennisname van het gehele oeuvre
van de DDR-kommissie kan slechts
resulteren in woorden van lof voor
dr Haack en zijn staf. Het lijkt on-
mogelijk een ander Europees land te
vinden waar men zieh in de afgelo-
pen decennia met dezelfde toewij-
ding en met vergelijkbare resultaten
met de problematiek van de geogra
fische namen heeft beziggehouden.
Het zal overigens interessant zijn te
ervaren welke DDR-instrukties en
-richtlijnen straks door het verenigde
Duitsland zullen worden over-
genomen.
F.J. Ormeling sr
Autochtone geografische namen in
Canada
Atlaskartografen dienen rekening te
houden met de toenemende be-
langstelling voor autochtone aard-
rijkskundige namen in Canada, een
trend die zieh ook in Australie heeft
geopenbaard (zie KT 1988.XIV.1, pp.
12-13).
In zekere zin beantwoordt deze be-
langstelling aan het groeiend zelfbe-
wustzijn van Indianen en Eskimo's
die zieh niet langer bereid tonen zieh
voetstoots naar alle besluiten van de
autoriteiten te schikken. Onlangs
bleek dit in de provincie Manitoba
toen Indiaanse interventie de be-
krachtiging van de zogenaamde
Meech Lake overeenkomst verstoor-
de, die had moeten voorzien in een
bijzondere grondwettelijke positie
van de franstalige minderheid in het
land, een Status waarop de Indianen
evenveel aanspraak menen te kunnen
maken. Ook de feile Protesten van
de Mohawkindianen in volle oor-
logsbeschildering tegen de uitbrei-
ding van een golfbaan op hun do
mein bij Montreal liggen nog vers in
de herinnering (juli 1990).
Over de maatregelen getroffen in de
verschallende provincies ter bevorde-
ring van de inheemse namen, geven
voordrachten en papers gepresen-
teerd door Canadese toponymisten
t.g.v. UNGEGN-bijeenkomsten uit
sluitsel. In de franstalige, tevens
grootste provincie des lands, Quebec
(1,5 miljoen km2, 6,6 miljoen inwo-
ners), waar negen Indiaanse talen en
een Eskimotaal worden gesproken,
wordt aangenomen dat in het recente
10
KT 1990.XVI.4