derden. Willems was aktief op elk van deze deelgebie- den, hoewel hoofdzakelijk op dat van de schoolatlassen en wel achtereenvolgens bij de drie volgende firma's: De Brug-Djambatan N.V. te Amsterdam (1955-1967), N.V. Falkplan/Cartografisch Instituut Bootsma te Den Haag (1967-1975) en Wolters-Noordhoff b.v. te Gronin gen (1975-1990). Het aantal produkties waarbij hij, vaak als hoofdredakteur, bij deze firma's was betrok- ken was talrijk en bestempelt hem tot de meest produk- tieve atlasredakteur van ons land, een eenzaam rekord. Het is echter merkwaardig, zo niet betreurenswaardig, dat het denkwerk van Willems in deze produkties veelal niet door naamsvermelding wordt gehonoreerd. Hij blijft dikwijls in de anonimiteit of verkeert bij vermel- ding van het atlaskollektief dat aan een bepaalde uitga- ve meewerkte op de achtergrond. Het is niet in de laat- ste plaats de bedoeling van dit artikel de aandacht op zijn werk te vestigen. De Brug-Djambatan Het begin bij De Brug-Djambatan was veelbelovend. Het bedrijf, opgericht in 1949, werd geleid door H.M. van Randwijk, oud-verzetsstrijder en oud- hoofdredakteur van Vrij Nederland, een man met boei- ende ideeen. Hij legde zieh voornamelijk toe op de pro- duktie van schoolatlassen voor de voormalige koloniale landen längs de KLM-lijn naar Jakarta. Het benodigde bronnenmateriaal werd verzameld en aangeleverd door relaties uit de betrokken landen hetgeen veel voorberei- ding en voortdurende nazorg vereiste. In de bloeitijd opereerde Djambatan aan de Prinsengracht te Amster dam met een redaktiegroep van liefst vier geo- kartografen, waarvan Willems sedert 1955 deel uit- maakte. Achtereenvolgens werkte hij hier met veel ge- noegen aan atlassen voor verschillende onderwijsni- veaus van Burma, Maleisie, Ceylon (het huidige Sri Lanka) en Irak en als logische sluitstukken, op basis van het verzamelde materiaal, aan de Atlas of the Arab World and the Middle East en aan de Atlas of South- East Asia, evenzovele originele produkties. Het was ook aan het brein van Van Randwijk dat het Drs G.E Willems heeft de dummy van het Kartografisch Vak- woordenboek in ontvangst genomen van drs ES. Bos (links) en drs P.W. Geudeke (midden). (Foto: A.J. Kers) denkbeeld ontsproot om in samenweking met het Geo graphisches Institut Ed. Holzel te Wenen, naar het voorbeeld van reeds bestaande Duitse, Franse en Engel se co-produkties, ook voor Nederland een uitgave van de Oostenrijkse Mittelschulatlas te vevaardigen. Deze Nederlandse co-produktie waaraan Willems meewerkte zag onder de titel De Atlas van Nederland en de Wereld in 1959 bij J.M. Meulenhoff te Amsterdam het licht; in hetzelfde jaar waarin de aloude Bosatlas in de 40e druk de eerste schreden op het päd der modernisering zette. Van deze Meulenhoffatlas, die in belangrijke mate bij- droeg tot verlevendiging van de wat verstarde diskussie over schoolkartografie, verscheen in 1962 nog een twee- de druk en een derde in 1967. Falkplan/Cartografisch Instituut Bootsma Na de dood van Van Randwijk werden de aktiva van Djambatan, inklusief Willems en de Meulenhoffatlas, in 1967 overgenomen door de N.V. Falkplan/Cartogra fisch Instituut Bootsma (CIB) te Den Haag. Inspelend op de hervorming van het onderwijs bij de Mammoet- wet in 1968 verscheen de Meulenhoffatlas nog in het zelfde jaar opnieuw onder de titel Atlas voor de Mam- moet met een tweede druk in 1969 en bijdrukken in 1970 en 1972. "Een atlas met een lachwekkende titel", zo schreef Romein destijds, "maar wel van een interna- tionaal niveau en geredigeerd door een van de aardigste en intelligentste atlasredakteuren van Nederland". Behalve aan de Meulenhoffatlas werkte Willems tijdens zijn Falkplanperiode als hoofd van de wetenschappelij- ke redaktie aan diverse projeken, waaronder de herzie- ning van de zogenaamde Ganaco-schoolatlas voor In- donesie, thematische wandkaarten en nieuwskaarten, terwijl hij regelmatig adviseerde t.b.v. de lange serie stadsplattegronden die het bedrijf in die jaren sa- menstelde. Ook hier werd Willems naar waarde geschat. Martinus de Smit, j arenlang het kartografisch geweten van Falkplan/CIB, prijst hem als een rationeel den kend, kundig medewerker met grote belangstelling voor het kartografisch handwerk, hetgeen hem vooral de waardering van de tekenaars bezorgde. Men zag hem dan ook ongaarne vertrekken. Wolters-Noordhoff Met de overgang naar Wolters-Noordhoff breekt Wil lems' laatste en langdurigste periode van kartografische aktiviteit aan. Aangenomen mag worden dat hij in het aan atlastraditie rijke milieu van de nieuwe werkgever optimale voorwaarden voor verdere ontplooiing vond. De soliede bedrijfsvoering van WN Atlasprodukties bood hiertoe tal van mogelijkheden, resulterend in de produktie van liefst 25 atlassen in 15 jaar. Allereerst valt uit deze periode zijn werk te vermelden aan beide Bosatlassen - misschien wel de verwezenlij- king van een jeugddroom - de Grote en de Kleine Bos; van elk verzorgde hij twee drukken, die hij door toe- voeging van aktuele thematische kaarten verder moder- niseerde en vervolmaakte. Op basis van beide atlassen werden vervolgens, in samenwerking met deskundigen uit de betreffende landen, co-produkties voor Belgie, 16 KT 1990.XVI.4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1990 | | pagina 18