Drs G.F Willems vraagt aan A. Bus (rechts) hoe het kado
moet worden uitgepakt.
(Foto: A.J. Kers)
Frankrijk en Denemarken vervaardigd, waardoor de
Bosfamilie internationale allure verkreeg en aan Status
won. Voorts werd het kaartmateriaal uit de Grote Bos,
al dan niet aangevuld met tekst en fotomateriaal, ge-
bruikt voor de samenstelling van atlassen voor de alge-
mene markt, gezinsatlassen en dergelijke voor eigen ri-
siko of in opdracht van derden, zoals banken en andere
instellingen.
Een bijzondere plaats neemt de Bosatlas van de We-
reldgeschiedenis (1983) in, met een Belgische co-
produktie, in zekere zin een antwoord op Hettema's
Historische Atlas (21e druk, 1977), een boeiend stuk
werk met originele bewegingskaarten zoals van de
vluchtwegen van Joodse minderheden in de Middel-
eeuwen en de verbreiding van de Beeldenstorm (1566),
van het kommunisme in China enzovoort. Tenslotte was
Willems betrokken bij de konceptontwikkeling inklusief
registersamenstelling van de Topografische Atlas
1:50.000 van Nederland in vier delen en van de serie
Grote Provincie Atlassen 1:25.000, resultaat van een
nuttige samenwerking tussen de Topografische Dienst te
Emmen en Wolters-Noordhoff.
Ook bij zijn laatste werkgever scoorde Willems als be
scheiden, aangenaam kollega en all-round vakman
hoog. Was er dan niets op hem aan te merken? Ja, mis-
schien toch wel. Drs J. Russchen, zijn opvolger met wie
hij jaren samenwerkte, typeert hem als volgt: "Willems
steh hoge eisen aan zichzelf, maar ook aan zijn mede-
werkers. Hij gaat steeds uiterst zorgvuldig te werk met
grote aandacht voor details zonder daarbij de grote lij-
nen van een projekt uit het oog te verliezen. Elk kaart-
gegeven wordt door hem na ampele overwegingen op de
enige juiste plaats neergezet en het is voor Willems
steeds een bron van verbazing, ja van ergernis, dat de
Schepper niet iedere kartograaf met dezelfde eigen-
schappen heeft uitgerust".
NVK-aktiviteiten
Buiten de kaartproduktie heeft Willems zieh verdienste-
lijk gemaakt in het kartografische verenigingsleven. Hij
diende jarenlang, als bestuurslid van de Kartografische
Sectie KNAG, later NVK, waarvan zes jaar als sekreta-
ris. Hij organiseerde studiedagen of was daarbij be-
hulpzaam, hield voordrachten en publiceerde af en toe
in het tijdschrift. Samen met zijn medebestuurders drs
E.S. Bos en A. Ras heeft hij zieh ingespannen voor de
verzelfstandiging van het Nederlandse kartografendom.
Gedrieen stelden zij in 1973 de diskussienota op die dit
proces inleidde. Twee jaar later werden de banden met
het Koninklijk Aardrijkskundig Genootschap verbro-
ken, een historische gebeurtenis.
Van 1966-1973 maakte Willems vervolgens deel uit van
de werkgroep Terminologie die de Nederlandse bijdrage
verzorgde voor het Multilingual Dictionary of Technical
Terms in Cartography, kortweg bekend als het MD, een
ICA-produktie die in 1973 het licht zag. Tijdens de
voorbereiding van een tweede herziene uitgave van het
MD rijpte bij de NVK de gedachte tot samenstelling
van een kartografisch woordenboek in het Nederlands.
Aan de verwezenlijking van dit plan, dat voorziet in het
definieren van circa 1500 termen, wordt sedert enige ja
ren door een geherstruktureerde werkgroep Terminolo
gie onder leiding van Willems gewerkt. De voorlopige
resultaten van deze arbeid werden in de jaren 1985-1987
in afleveringen als katernen van het Kartografisch Tijd
schrift onder de NVK-leden vespreid. Terwijl de tweede
uitgave van het internationale MD nog steeds op zieh
laat wachten nadert de definitieve uitgave van de Ne
derlandse variant in boekvorm haar voltooiing.
Slot
Men vraagt zieh af op welke wijze Willems nu de be-
faamde eervolle rust zal gaan genieten. Natuurlijk moet
eerst het Kartografisch Woordenboek voltooid en zijn
boekenkast opgeruimd worden. Verder reiken de plan
nen nog niet. Wel schijnt vast te staan dat er na een le-
ven met kaarten geen aktieve kartografiebeoefening
meer van hem te verwachten is. Dus geen Kartografisch
Adviesbureau G.F. Willems b.v., geen standaardwerk
over atlaskartografie (wie zou het beter kunnen?), geen
stadsatlas van Groningen en geen memoires. Vissen in
Ierland vormt op het ogenblik het meest aantrekkelijke
perspektief. Mocht het zover komen dan wensen wij
Willems goed viswater. Turend naar zijn dobber zal hij
dan kunnen terugdenken aan een geslaagde loopbaan,
waarin hij zowel de Nederlandse kartografie als het le-
gioen der atlasgebruikers in binnen- en buitenland aan
zieh verplichtte.
KT 1990.XVI.4
17