schikking over de kaarten van de kontinenten van Wil
lem Jansz. Blaeu, die een veel gedetailleerder beeld ge-
ven dan een globe kan doen.
Dezelfde toepassing van de globes zien we ook in het
onderwijs in de zeevaart. De globe wordt gebruikt om
de eerste beginselen bij te brengen van de geografie en
om de verschillende navigatietechnieken te verklaren.
Geheel in tegenspraak met de Propaganda van de glo-
bemakers dat de zeeman met de aardglobe zijn koers
uit kon zetten, blijkt de hemelglobe voor de zeeman be-
langrijker te zijn. Met een hemelglobe kon de zeeman
de sterrenhemel met zijn sterren en specifieke bewegin-
gen leren kennen, een kennis die noodzakelijk was om
zieh 's nachts te kunnen orienteren. 'Den genen die de
Navigatie ende Groote Zeevaert met Fondament en be-
scheyden kennisse wil leeren, die moet vooreerst onder-
soecken wel te leeren verstaen de gestaltenisse ende ghe-
daente des sichtbare Hemels, ende Aerdkloots Ende
om den Leerlingh dit in te scherpen en wel te doen be-
grypen soo sullen wy die tot klaerder verstant met de
Hemelsche en Aerdsche Globen verghelijeken; op wel-
cke Globen sichtbaer vertoont werden die dingen, die in
't Hemel teecken (hoewel onsienlijk gesteh werden te
zijn; Opdat alsoo, 't geen wy met onse oogen op de
Globe zien, te beter by inbeeldinghe verstaen mochte
worden'. Alleen om die reden zien we in verschillende
leerboeken voor de navigatie hoofdstukken over het ge-
bruik van de globe opgenomen. De Rotterdamse
schoolmeester Jan van den Brauck voegde zelfs de Seg
menten van een hemelglobetje toe aan zijn leerboek In-
struetie der Zee- Vaert. De kennis van het gebruik van
de globe is echter niet strikt noodzakelijk. 'Het ge-
bruyck der Hemelsche en Aerdtsche Globen, als zijnde
't eerste fondament 't welck een goet Stuerman be-
hoorde te weten; nochtans moet verstaen worden dat
om een Stuerman dit alles te weten ick het niet seer
noodigh achte, niettemin sal het dienen tot openinghe,
om het volgende licht te verstaen' schreef de zeevaart -
kundige leermeester Abraham de Graaf in zijn Groote
Zee-Vaert ofte de Konst der Stuer-Luyden uit 1657.
Ook bij De Graaf is niet de aardglobe van het grootste
belang, maar de hemelglobe. De toelichting bij de
aardglobe gaat niet verder dan een overzicht van de ver
schillende zonale indelingen en de meridianen en paral-
lellen. Een verklaring van de op de globe getekende
loxodromen is in dit hoofdstuk bij De Graaf niet te
vinden. De aardglobe dient voor een stuurman om de
Iigging van de verschillende landen te leren kennen. Si
mon Pietersz. gaf daarom de raad aan 'alle ghy die
geerne voor kloecke en verstandige Stuerluyden wilt
geacht wesen, studeert neerstich op de Globen, leert
haer gebruyck'.
Het belang voor de zeevaart hadden de globes dus niet
door hun praktische toepasbaarheid bij de navigatie op
zee, maar door hun edukatieve mogelijkheden bij de
opleiding van zeelieden. Ze hadden meer nut in de
stuurmansscholen dan aan boord van schepen. Het
meegeven van globes aan de schepen van de VOC vindt
zijn oorzaak in de personen van diegenen die aanvanke-
lijk deze schepen van hun wetenschappelijke en karto-
grafische uitrusting voorzagen, met name Petrus Plan-
cius. Het onderwijskundig gebruik van globes was
echter niet beperkt tot de stuurmansscholen. We zagen
het al in het citaat van Constantijn Huygens dat globes
gebruikt werden voor onderwijs in de allereerste begin
selen van de geografie en de astronomie.
Onderwijsinstellingen op elk terrein zijn daarom ook
voor de Amsterdamse producenten een belangrijke
groep afnemers van globes.
Maar dan is ook het aantal onderwijsinstellingen niet
groot genoeg om de produktie van - naar alle waar-
schijnlijkheid - duizenden globes in de zeventiende
eeuw te verklaren.
Zoals gezegd is er een verschil tussen de antwoorden op
de vragen hoe globes gebruikt en waarvoor ze gemaakt
werden.
Het merendeel van de globes diende namelijk als sta-
tussymbool in de bibliotheken en salons van rijke patri-
ciers. Een partikulier die een globepaar bezat, gaf daar-
mee te kennen dat hij universele belangstelling had. Hij
identifieeerde zieh met de geleerden, maar, wat voor de
Nederlanders vooral van belang was, ook met zeevaar-
ders. Mijns inziens moet de belangrijkste groep afne
mers van globes gevormd zijn door deze partikulieren:
kooplieden en burgers, rijk geworden door de handel en
investeringen. Bij hen fungeerde de globe als een status-
symbool (dat ook nog dekoratief is) op de kantoren of
in hun woningen.
Deze mensen maakte het in het geheel niet uit of een
globe tot op het laatste moment is bijgewerkt of niet:
hen ging het om het uiterlijk van de globe. Een signifi
kante verklaring daarover is in 1675 gedaan door Jacob
de Zetter, boekhouder van de weduwe van Joan Blaeu.
Hij verklaarde dat geruime tijd eerder in de winkel van
Blaeu een zekere Bartholomeus Abbas gekomen was
om globes te kopen. Abbas had al een atlas en vond
dat daarbij een globe wel zou staan. De globes die De
Zetter hem liet zien waren echter te klein om 'nevens
den atlas wanneer die met de stedeboecken op den an
deren gestapelt was te staen'. Abbas wilde de globes
daarom op een hogere voet laten zetten.
De waarde, die men aan de globe en atlas hechtte blijkt
uit deze verklaring. De enige reden om ze te kopen was
dat een Stapel 'atlas' met globes ernaast zo mooi Staat.
En dat zijn nu de mensen waarvoor globes vooral ge
maakt werden.
Noten
In februari 1989 promoveerde de auteur op het proefschrift
Globi Neerlandici, dat in 1991 in het Engels uitgegeven wordt.
Het handelt over Nederlandse globes in alle opzichten, dus
niet alleen uit bibliografisch oogpunt beschouwd.
De noten 1 t/m 5 vindt u op blz. 36.
KT 1990.XVI.4
23