l $:\a
i 4
kunnen nu, beter dan voorheen, bij
een bedrijf of dienst een praktisch
afstudeeronderwerp oppakken om de
eindskripties op te baseren. Ten-
minste een van de twee verplichte af-
studeeronderwerpen moet de geo-
informatica of remote sensing be
treffen.
Toekomst
Het begrip geo-informatica houdt
meer in dan het manipuleren en be-
heren van databases die gerelateerd
zijn aan de aarde. Het impliceert
ook kennis van die aarde zelf. Dit is
een onvoorstelbaar breed terrein.
Het omvat zowel maatschappelijke,
sociale en ekonomische aspekten als
geofysische aspekten. Het kan niet
anders of er moet een selektie van
onderwerpen gemaakt worden. Voor
een deel wordt dit voorzien in onder
werpen als recht, vastgoedinforma-
tie, landinrichting, geografie, plano-
logie. Er wordt ruimte gezocht om
dit in de toekomst aan te vullen met
beheer en milieukunde en logistiek
van vervoer en verkeer.
Hieruit blijkt dat de geoinformaticus
geen specialist is op de toepassings-
gebieden van het GIS-gebruik. Er
wordt verondersteld dat de kennis op
de toepassing verworven wordt in de
praktijk en met behulp van in- of
externe bijscholing.
In de basisopleiding wordt gedacht
aan overschakeling naar Unix en
Oracle om een betere aansluiting te
verkrijgen bij die praktijk.
Naast deze toekomstplannen staan
de ontwikkelingen in het studiepro-
gramma geo-informatica niet stil. Er
wordt kontinu gewerkt aan verbete-
ringen en uitbreiding.
Slot
In de praktijk blijkt dat de karto-
graaf soms gezien wordt als de gra
fisch vormgever, de plaatjesmaker,
die zorgt voor de mooie kleuren en
evenwichtige layout van het eindpro-
dukt. Hoewel dit laatste nog steeds
de verdiende aandacht krijgt, blijkt
uit het bovenstaande dat het vak
zieh verder heeft ontwikkeld in de
richting van het informatie-
management. Een ontwikkeling die
de nieuwe naam verdient.
R.T. de Wijs
KT 1991.XVII.1
MacKarto (31 mei 1990)
Lezers van dit tijdschrift hebben al
eerder gemerkt, dat de laatste paar
jaar de Apple Macintosh Computer
zieh stormenderhand een plaats
heeft verworven in de kartografie.
Met het toenemen van het aantal en-
thousiaste gebruikers ontstond lang-
zamerhand steeds meer de behoefte
tot het kunnen uitwisselen van erva-
ringen en informatie om nog meer
voordeel te halen uit het brede skala
van gebruiksvriendelijke mogelijkhe-
den van de Macintosh en bijbeho-
rende grafische Software. Om aan
deze behoefte tegemoet te komen or-
ganiseerden ITC, RIVM en RPD een
studiedag in het DISH Hotel Scher-
merhorn Hall in Enschede, onder
het motto: De Macintosh als karto-
grafisch medium.
Op de studiedag waren er lezingen,
postersessies en demonstraties. Bij
de demonstraties konden de bezoe-
kers een aantal programma's op de
Macintosh zien werken: Hypercard
(voor het Nationale Atlas Informatie
Systeem en in relatie met Hyper
Are), Supercard (ten behoeve van
edukatieve Software voor de geogra
fie), MapGrafix, MapMaker, SPSS,
MicroStation en GIST II. Tevens
konden enkele videofilms worden be-
keken en een CD-ROM toepassing
(Ecodisc). Het Kartografisch Labora
torium van het Geografisch Instituut
in Utrecht, de Meetkundige Dienst
van Rijkswaterstaat, CartoStudio en
Geografiek presenteerden posters
over de produktie van kaarten met
de Macintosh.
Tijdens het ochtendprogramma de-
den buitenlandse Macintosh pioniers
verslag van hun ervaringen. Jona
than Raper van het Apple Mapping
Centre van Birkbeck College in Lon
don gaf een uitstekend algemeen
overzicht van de mogelijkheden van
de Macintosh op het gebied van de
presentatie van ruimtelijke informa
tie. Een volledige vertaling van zijn
paper zal worden opgenomen in het
Kartografisch Tijdschrift. Software-
ontwikkelaar Klaus Reichenbach en
kartografe Susanne Schmidt van het
Kartographiebüro Susanne Schmidt
in Karlsruhe gingen in op de relatie
tussen geografische dataverwerking
en -presentatie. Vanzelfsprekend kon
den zij het daarbij niet laten om re-
klame te maken voor hun nieuwe
thematisch kartografische prc.6ram-
ma voor de Macintosh, Cart/o/
graphix. De werking van deze veel-
belovende, want kartografisch ver-
antwoorde, maar helaas nog teveel
duitstalige, Software werd op de stu
diedag ook uitgebreid gede-
monstreerd.
In het middagprogramma kwamen
drie Nederlandse deskundigen aan
het woord. Een veel gehoord punt
van kritiek op de Macintosh is de
siechte uitwisselbaarheid met andere
Systemen. Marijn Bosma (Payens Re-
prografie, Nijmegen) gaf echter aan
dat er de laatste jaren een snelle ver-
betering van de situatie met betrek-
king tot de grafische uitwisselings-
formaten is opgetreden. De
paginabeschrijvingstaal PostScript
speelt daarbij een belangrijke rol,
zoals ook bleek uit de posterpresen-
tatie van Michel van Elk en Jan
Hendrik Geels.
Klaus Reichenbach demonstreert zijn softwarepakket Cart/o/graphix.
11