Peuquet, D.J. D.F. Marble (edi- tors), Introductory readings in Geo graphie Information Systems. Lon don: Taylor Francis, 1990. 3 71 pp. ISBN 0-85066-856-3. Prijs $36,-. Wat is een geografisch informatie- systeem? Waarom staan deze Syste men zo in de belangstelling? Wat kun je er allemaal mee doen? Welk systeem is het meest geschikt voor mijn omgeving? Hoe pas ik GIS toe op mijn problemen in de organisatie waar ik werk? Vragen als hierboven zullen wel eens bij u opgekomen zijn. Het hier besproken boek helpt bij het beantwoorden van veel van dergelijke vragen. Het boek is bedoeld als lesmateriaal bij een kursus GIS of voor die men- sen die al werkzaam zijn in de GIS- wereld en de ontwikkelingen in dit veld in het oog willen houden. Het bestaat uit een samenbundeling van al eerder, voornamelijk in de jaren tachtig versehenen artikelen. Juist omdat als bron verschillende vaktijd- schriften zijn gebruikt, die waar- schijnlijk niet voor een ieder even goed toegankelijk zijn biedt een der gelijke bundeling uitkomst. Een der- gelijk koneept is voor de uitgever Taylor Francis niet nieuw (zie KT 1990.XVI.3, pp. 98). En afgezien van de prijs is het prima verzorgde boek ook voor de docent in het hoger on- derwijs, die niet zelf het lesmateriaal schrijft, maar de laatste tijd veel besproken 'readers' samenstelt door het kopieren van artikelen, een alter- natief. Het boek is opgebouwd uit vijf de- len. De editors hebben elk van deze delen voorzien van kommentaar om de lezer in Staat te stellen de bij een deel behorende artikelen ook daad- werkelijk als een geintegreerd deel te kunnen beschouwen. De kommenta- ren worden, evenals de artikelen ver- gezeld van een literatuurlijst die ver- wijzingen geeft naar andere relevante literatuur. Deel I behandelt een aan- tal algemene eigenschappen van GIS, deel II bespreekt een aantal GIS- systemen, deel III gaat in op de op- zet en het vullen van de GIS- database, deel IV bespreekt voorna melijk gegevensstrukturen, terwijl deel V tenslotte het ontwerp en de keuze van een geschikt GIS-pakket bespreekt. Het zal de meeste lezers bekend zijn dat geografische informatiesystemen zoals deze nu bestaan, het gevolg zijn van een integratieproces van de diseiplines die werkzaam zijn met ruimtelijke gegevens. De indruk die men van het boek krijgt zal daarom zeker bei'nvloed worden door de dis- cipline waarin men zelf werkzaam is. Een aantal artikelen is afkomstig uit kartografische tijdschriften en be- handelen onderwerpen waarvan de (computer)kartograaf direkt zou zeg- gen 'dit is kartografie'. Deze invals- hoek werd eind 1990 nog eens ver- woord in het proefschrift van A. Koussoulakou (Delftse Universi taire Pers, 1990, pp. 2): 'Actually most of the concepts and the princi- ples (i.e. the theoretical basis) behind GISs are those which were already being used by computer-assisted car- tography during the last deca- desNiet iedereen zal, en hoeft, het eens te zijn met een dergelijk standpunt, want vanuit andere disei plines zullen ongetwijfeld opmerkin- gen met een zelfde strekking te ma- ken zijn. Dit is van belang bij het lezen van de artikelen in deel I van het boek waar verschillende auteurs omschrijven wat een GIS nu eigen- lijk is. Deel I begint met een overzicht van GIS waarbij een definitie wordt ge- geven en relaties met andere diseipli nes worden toegelicht. Dit wordt ge- volgd door een historisch overzicht van de ontwikkeling van GIS vanaf de jaren zestig. Ook in deel I een klassifikatie van de in veel GIS- pakketten voorkomende software- komponenten. Het deel eindigt met een artikel over de verschillen en overeenkomsten tussen GIS, CAD en DBMS. In deel II staan de praktische toe- passingen alsook enkele gangbare pakketten centraal. Er volgt onder andere een beschrijving van het Maryland Geographie Information System (MAGI). Dit systeem repre- senteert een klassiek grid- georienteerd GIS uit de beginjaren van de geografische informatiesyste men. Als vektor-tegenhanger komt werelds meest verbreide en meer re- cente GIS-pakket Arc/Info aan de orde. In de Verenigde Staten zijn de kollega's van het CBS, het Bureau of the Census, ook druk bij GIS- ontwikkelingen betrokken. Hier kö rnen met name de topologische gege vensstrukturen DIME en TIGER aan de orde. Deze zijn en worden ge bruikt bij de verwerking van volkstellingsgegevens. De rest van deel II behandelt een aantal toepas- singen. Zo gaat een artikel in op het gebruik van GIS bij het vinden van de meest geschikte lokatie voor be- paalde aktiviteiten. Ook wordt er in Nova Scotia, Canada, met behulp van een GIS naar goud gezocht. Op het gebied van de milieuproblema- tiek wordt GIS ingezet bij het om- gaan met gevaarlijke Stoffen. Het gaat hierbij om produktie, opslag, transport en afvalstorting. Tot slot van deel II een verhaal over de toe- passing van een kennissysteem bij het milieumanagement. Voordat een GIS operationeel is zal het gevuld moeten worden met gege vens. Dit blijkt een groot probleem te zijn. Veel informatie is al voor- handen via bestaand kaartmateriaal en moet worden omgezet in een digi tale vorm, en wel zodanig dat het bruikbaar is in een database. Hierbij speien ook kwaliteitsaspekten een rol. Hoe oud is de te digitaliseren kaart en wie heeft hem gemaakt? Deel III gaat op deze problematiek in. Zo komt in een eerste artikel de omvang van dit konversieprobleem aan de orde. Een tweetal artikelen bespreekt de problemen die bij het digitaliseren naar voren komen. Ook bevat deel III een overzicht van de moeilijkheden die men kan tegen ko men wanneer men probeert reeds di- gitaal beschikbare gegevens in een GIS in te voeren. Zijn alle gegevens eenmaal digitaal voor een GIS beschikbaar, dan wordt de bruikbaarheid van deze ge gevens bij het beantwoorden van al lerlei vragen tijdens ruimtelijke ana- lyses bepaald door de struktuur waarin de gegevens zijn opgeslagen. Deel IV begint met een haast klas siek artikel van een van de editors, waarin een duidelijk overzicht gege- ven wordt van ruimtelijke gege vensstrukturen. In een ander artikel in dit deel komt de problematiek van 'historische' gegevens in de GIS- database aan de orde. De meest ka- rakteristieke GIS-operatie is mis- schien wel de overlay-operatie, waar bij twee of meer kaartlagen over elkaar heen gelegd worden en waar men afhankelijk van de vraagstelling informatie over de verkregen door- snede van de bestanden krijgt. In een tweetal artikelen worden enkele geometrische aspekten van dit KT 1991.XVII.1 57

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1991 | | pagina 59