door een doktoraalskriptie van Bosma (bosma, 1983).
Bosma stelt hierin een opzet voor om de kwaliteit van
wegenkaarten te onderzoeken. Hij onderscheidt de vol-
gende aspekten die beoordeeld moeten worden:
1. de relevante kaartinhoud;
2. de optische leesbaarheid van het kaartbeeld;
3. de semantische leesbaarheid van het kaartbeeld;
4. de nauwkeurigheid van de kaartinhoud;
5. de aktualiteit van de kaartinhoud;
6. de toegankelijkheid van de kaartinhoud;
7. de hanteerbaarheid van de kaarten;
8. de duurzaamheid van de kaarten.
In tegenstelling tot bovenstaande opzet is de leesbaar
heid van de kaarten niet opgesplitst in semantische en
optische leesbaarheid (zie hieronder). De overige aspek
ten zijn onveranderd overgenomen. Met andere woor-
den de kaarten zijn voor zeven aspekten apart beoor
deeld. Hierbij is de leesbaarheid beoordeeld door het
meten van het presteren van proefpersonen bij een aan-
tal kaartleestaken op de diverse kaarten. Bij de overige
aspekten heeft de meting een meer inventariserend ka-
rakter gehad.
Wanneer de beoordelingen op de diverse aspekten zijn
verkregen dienen deze te worden gekombineerd tot een
eindoordeel. Hiertoe zijn aan de verschillende beoorde
lingen verschillende wegingsfaktoren toegekend zodanig
dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
'inhoud' heeft de grootste invloed op de eindscore;
'aktualiteit' en 'nauwkeurigheid' hebben even grote
invloed op de eindscore;
'leesbaarheid' heeft een wegingsfaktor die ligt tussen
'inhoud' enerzijds en 'aktualiteit' en 'nauwkeurig
heid' anderzijds;
'toegankelijkheid' en 'hanteerbaarheid' hebben even
grote invloed op de eindscore, die minder is dan de
invloed van de 'aktualiteit' en de 'nauwkeurigheid';
'duurzaamheid' heeft de minste invloed op de score;
'leesbaarheid' en 'inhoud' teilen samen even zwaar
als de andere faktoren tezamen.
Omdat dit in bepaalde gevallen tot onaanvaardbare re-
sultaten kon leiden zijn naast de wegingsfaktoren de
volgende voorwaarden toegepast:
een kaart die qua inhoud siecht of matig scoort kan
nooit een hogere beoordeling dan siecht resp. matig
krijgen;
een kaart die op een van de faktoren 'aktualiteit',
'leesbaarheid' of 'nauwkeurigheid' siecht scoort kan
nooit een hogere beoordeling dan 'matig' krijgen.
Een aantal van genoemde aspekten is niet absoluut te
beoordelen. Met name de hoeveelheid relevante kaartin
houd, de leesbaarheid en de nauwkeurigheid zijn af-
hankelijk van het kaartgebruik. Het is daarom nodig
alvorens de gebruikte methodieken te beschrijven hier
eerst enige aandacht aan te besteden.
Het is in dit kader niet mogelijk om de gevolgde me-
thoden voor elk aspekt te behandelen. Daarom wordt
volstaan met een beschrijving van de beoordeling van
de relevante kaartinhoud en van de leesbaarheid. Een
beschrijving van de beoordeling van de kaartinhoud
wordt gegeven omdat hierin de invloed van het kaartge
bruik zeer sterk naar voren komt. De beoordeling van
de leesbaarheid wordt beschreven omdat de gevolgde
methode een aanzet kan zijn voor het ontwikkelen van
objektieve kriteria voor het ontwerpen van wegenkaar
ten. Hierop wordt in de afsluitende paragraaf Konklusie
nader ingegaan.
Kaartgebruik en schaal
Bij het beoordelen van de kwaliteit van wegenkaarten
zal men zieh eerst moeten verdiepen in de vraag hoe
het tamelijk vage begrip 'kwaliteit' in dit geval kan
worden geoperationaliseerd. Het ligt daarbij voor de
hand om na te gaan wat een gebruiker van een wegen-
kaart verwacht. Hierbij is uitgegaan van een ideaal ge-
bruik, dat wil zeggen dat het gebruik overeenkomt met
de mogelijkheden die de betreffende (soort) kaart biedt.
Hoewel meerdere indelingen naar kaartsoort te beden
ken zijn, zal een indeling in groot- en kleinschalige
kaarten het meest relevant zijn voor verschillen in funk-
tie en gebruik. Zo zullen kleinschalige kaarten voorna-
melijk gebruikt worden voor het plannen van de route
naar en terug van de vakantiebestemming en het vinden
van deze routes tijdens de reis. Grootschalige kaarten
daarentegen zullen voornamelijk gebruikt worden om
hiermee de omgeving te verkennen nadat men de va
kantiebestemming heeft bereikt.
Uitgaande van het schaalniveau van de kaart kunnen
bepaalde aannames geformuleerd worden over het ge
bruik van de kaart. Op basis hiervan kunnen ten aan-
zien van de in de vorige paragraaf genoemde, van het
gebruik afhankelijke, aspekten een aantal eisen worden
opgesteld waaraan kaarten idealiter zouden moeten vol-
doen. De mate in hoeverre een bepaalde kaart aan deze
eisen voldoet is een maat voor de bruikbaarheid, en
daarmee voor de kwaliteit.
De kaarten die betrokken waren in het onderzoek va-
rieerden in schaal van 1:125.000 tot 1:2.000.000. Op ba
sis van geschiktheid voor bovengeschetst gebruik van
beide kaartkategorieen en van de verdeling van de scha
len van de kaarten in het onderzoek is bepaald dat
kaarten met een schaal van 1:350.000 en groter be-
schouwd worden als grootschalige kaarten (hierna regi
onale (wegen)kaarten te noemen). Kaarten met een
schaal die kleiner is dan 1:350.000 worden als klein-
schalig beschouwd (hierna nationale (wegen)kaarten te
noemen).
Hoeveelheid relevante kaartgegevens
Uit bovenstaand verhaal is af te leiden dat nationale
kaarten voornamelijk gebruikt zullen worden om infor-
matie te verkrijgen over grote doorgaande routes. Hier
bij speien faktoren als 'de kortste' of 'de snelste' route
een belangrijke rol. Andere overwegingen ten aanzien
van de routekeuze dienen echter ook met behulp van de
nationale kaarten gemaakt te kunnen worden. Men kan
van de gelegenheid gebruik willen maken om onderweg
KT 1991.XVII.2
25