programma een DTM kan berekenen door interpolatie
van kontouren en een DTM kan vektoriseren biedt het
een aanmerkelijke flexibiliteit in weergave.
Tenslotte is het nodig om een stil te blijven staan bij
een snel groeiende serie programma's voor oppervlakte-
kartering en modellering die gebruikt wordt in de in-
frastruktuurplanning. Er zijn verschillende program-
ma's beschikbaar waarmee het mogelijk is om
plattegronden, oppervlaktekontouren en dwarsdoorsne-
den te integreren in technische modellen. Een serie pro
gramma's van het Italiaanse Cigraph is gebaseerd op
MacAdam. MacAdam is in Staat om kontourkaarten te
interpoleren en weer te geven en om dwarsdoorsnedes
längs de as van een nieuwe weg weer te geven. Mac
Adam beschikt ook over karteringsmogelijkheden en
kan direct op opname-instrumenten worden aangeslo-
ten middels een seriele poort. Van dezelfde ontwikke-
laars zijn onder andere de programma's Profile voor
het ontwerpen van waterleidingnetwerken, en CumTerra
voor landschapsontwerp afkomstig. MacRoad is een ge-
lijksoortig programma als MacAdam, maar bevat bo-
vendien een rijsimulator voor de nieuwe weg.
Het belangrijkste voordeel van het gebruik van pro-
gramma's voor oppervlaktemodellering op de Mac bin
nen het gebied van de infrastruktuurplanning, is de
mogelijkheid om bij bestudering van een bepaald sce-
nario de hoeveelheid benodigd materiaal en de hoeveel-
heid te verplaatsen grond te laten berekenen. Vale is het
meest verfijnde instrument hiervoor. Het is geinkorpo-
reerd in een oppervlaktemodelleringsomgeving en be
schikt over een digitaliseeraansluiting. MacCIVIL is een
andere oplossing voor de Problemen in de infrastruk
tuurplanning. Het beschikt over faciliteiten om van een
willekeurige hoeveelheid, op het scherm aangewezen
punten, kontouren te interpoleren. Het is tevens in Staat
om dwarsdoorsnedes en hoeveelheden te berekenen.
V-COGO en V-Contour zijn in Staat om evenals het
bovenbesproken MacPower, oppervlaktemodellering te
integreren met geometrische koördinaten.
Er is in dit artikel geen plaats voor een bespreking van
de vele 3D-pakketten voor ontwerptoepassingen. Veel
van deze pakketten zijn afkomstig uit de architektuur.
Ze vertonen echter in sommige gevallen een zekere mate
van overlap met het gebied van kartering en kartogra-
fie. Als voorbeeld hiervoor kunnen de programma's
DesignDimensions en DesignPresentation dienen. Deze
programma's zijn in Staat om terreingegevens te impor-
teren en om gevulde 3D-modellen weer te geven, hetzij
middels een gaasstruktuur, hetzij door een volledige
realistische tekening voor presentatiedoeleinden. Weten-
schappelijke instrumenten voor weergave zoals Spyglass
kunnen eveneens beschouwd worden als van groeiend
belang voor de kartogafie. Dit laatste pakket is in Staat
om de variatie van een bepaalde grootheid in een drie-
dimensionale ruimte te visualiseren (b.v. de uitstoot van
een chemische stof uit een schoorsteen). Het is echter
nog niet in Staat om een 3D-interpolatie uit te voeren.
Mac en mainframe: samenwerking in
kartering
In veel gevallen wordt de Mac gebruikt als venster van
een krachtiger rekensysteem. Het wordt dan veelal ge
bruikt voor het op maat maken van de grafische uit-
voer. Dit wordt bewerkstelligd door de Mac als een
'grafisch compatible' eindemulator te gebruiken die via
een seriele verbinding of via een netwerk met de host,
bijvoorbeeld een VAX van Digital, is verbonden. Ter-
wijl de host op willekeurige toepassings-software kan
draaien, kan de Mac de kaarten afbeelden en de vektor-
data als PICT- of Paint-dokumenten opslaan.
Er is een hele reeks eindemulatoren met grafische kapa-
citeiten beschikbaar, waaronder TGRAF-07, VersaTerm
Pro en White Pine Mac220. Deze applikaties kunnen
een verbinding met de host tot stand brengen en vervol-
gens Tektronix compatible tekenkommando's van de
host naar de Mac laten passeren, alwaar de grafiek
wordt weergegeven met standaard QuickDraw procedu-
res (figuur 6). Zo gauw de vektorgrafiek is getekend
kunnen de vektoren als PICT of Paint worden opgesla-
gen. Hierbij zal een eventuele geokoppeling echter ver-
dwijnen. Grafiek dat voldoet aan industriestandaarden
kan worden gegenereerd met behulp van de nieuwe,
door Apple geproduceerde MacX-software. Hierdoor
funktioneert de Mac als een clientvenster voor een
UNIX-host-applikatie. MacX ondersteunt op dit mo-
ment echter nog geen knip-en-plak-bewerkingen.
eXodus 2.0 van White Pine doet dit wel, waardoor een
stap voorwaarts gezet wordt naar volledige integratie
tussen UNIX en de Mac.
Kortgeleden is er echter een nieuwe mogelijkheid ont-
wikkeld om de gebruikersvriendelijkheid van de Mac te
kombineren met de rekenkapaciteit van de als host
funktionerende GIS Arc/Info. Dit is gedaan door het
Birkbeck College en ontwikkelaars van ESRI. Het is
een HyperCard-stack, HyperArc genaamd, met een in-
gebouwde besturing van de seriele poort, die een 'wijs
aan en klik'-verbinding verzorgt naar bepaalde delen
van de Arc/Info-applikatie (in eerste instantie draaien-
de op een VAX). Er wordt hierbij gebruik gemaakt van
standaard HyperCard-knoppen en -dialoogvensters.
Wanneer de Arc/Info GIS als host wordt gebruikt, be
schikt het over een kommandoregelinterface en over
meer dan 100 kommando's. De gebruiker van het sys-
teem kan een ieder zijn die werkt met kaarten en ruim-
telijke gegevens, maar voor wie de drempel te hoog is
om zieh te bekwamen als een volleerd Arc/Info-
gebruiker en die daardoor nooit direkt van de komman
doregelinterface gebruik zou maken.
Het systeem wordt bestuurd vanuit een kommandokaart
en heeft vier hoofdtaken: tekenen van een kaart, weer-
geven van gegevens uit de database, strukturering van
kaarten vanuit digitaliseergegevens en attribuutbestan-
den, en het uitvoeren van ruimtelijke analyse zoals zo
nering en overlaybewerkingen. Binnen elk van deze
hoofdtaken zijn de mogelijkheden onderverdeeld in
simpele, door soort bepaalde bewerkingen (bijvoorbeeld
'Teken kaart X') en kommandopalletes die toegang ge-
KT 1991.XVII.3
41