Prof. Ormeling instrueert enkele deelnemers aan het seminar in Bangkok, dat werd
verzorgd door de ICA-kommissie voor Opleiding en Training.
de betreffende periode van 4 jaar
door de Algemene Vergadering aan
de kommissie zijn opgelegd. Meestal
laten die doelstellingen nog de nodi-
ge ruimte. Voor deze kommissie
bestünden de doelstellingen uit de
revisie van het ICA-leerboek Basic
Cartography, en uit het organiseren
van bijeenkomsten ('seminars') om
kennis over te dragen aan ontwikke-
lingslanden. In feite worden de
werkzaamheden echter bepaald door
de inzet en werkkracht van de kom-
missieleden. Een aantal leden van
een kommissie wordt door de (door
de Algemene Vergadering gekozen)
voorzitter 'geerfd' omdat ze al in de
kommissie zitting hadden; een kom-
missievoorzitter heeft daarnaast de
mogelijkheid om ICA-lidstaten te
vragen om vertegenwoordigers aan te
wijzen, maar hij hoeft niet iedereen
te nemen. Hij zal proberen leden te
werven waarvan hij weet dat ze de
mogelijkheid hebben om te partici-
peren in het kommissiewerk. Dat
houdt in dat ze tenminste eens per
jaar gedurende de zittingsperiode
van vier jaar in Staat moeten zijn
om een week vrijaf en reisgeld van
hun organisatie los te krijgen. Dat
leidt er meestal toe dat je terecht
komt bij mensen die al een zekere
positie in hun organisatie hebben be-
reikt. De ICA belijdt met de mond
dat ze jonge mensen in de kommis-
sies vertegenwoordigd wil zien, en te-
vens zoveel mogelijk vrouwelijke
kartografen, maar bovenstaande be-
perking verhindert dat in feite. Het
verhindert helaas ook dat mensen
uit Oost-Europa of ontwikke-
lingslanden aktief participeren.
Van de bemanning van CET behoor-
de de helft, afkomstig uit de Vere-
nigde Staten, Groot-Brittannie,
Duitsland, Japan, Israel, Belgie en
Nederland, tot de harde kern die bij
de meeste door de kommissie geor-
ganiseerde aktiviteiten aanwezig kon
zijn. CET is een bijzondere kommis
sie omdat er in de periode 1987-1991
twee voorzitters waren: prof. Richard
Dahlberg uit de Verenigde Staten en
ondergetekende. In de vorige werk-
periode van de kommissie viel de
toenmalige voorzitter door ziekte
uit, waardoor de werkzaamheden stil
vielen. Om een herhaling te voorko-
men werd het voorzitterschap nu op
deze wijze versterkt.
De aktiviteiten van CET eindigden
met een 'grande finale': een
geslaagd seminar in Bangkok in juli
1991, waar twee weken lang door een
ploeg van acht docenten aan 80 deel
nemers uit Zuidoost-Azie werd ge-
toond hoe je de basisaspekten van
de kartografie moest onderwijzen.
Er werd door het gastland Thailand
na afloop gevraagd om over twee
jaar een dergelijk seminar nogmaals
te organiseren. Daarvoor was er in
juni jl. (samen met de ICA-kommis-
sie die zieh met de geschiedenis van
de kartografie bezighoudt), in Upp-
sala een seminar georganiseerd over
de manier waarop de geschiedenis
van de kartografie moet worden on-
derwezen. In de voorgaande drie
jaar waren er vergelijkbare seminars
geweest, en wel over het ontwerpen
van kaarten met computergesteunde
technieken (München, 1988); het on-
derwijs in het gebruik van geografi-
sche informatiesystemen (Baltimore,
1989); het leren van kartografie ten
behoeve van milieubescherming (En-
schede, 1989); en het onderwijs in de
integratie van kartografie, remote
sensing en GIS (Budapest, 1989).
Afgezien van deze bijeenkomsten
van de kommissie zijn er ook nog
aparte vergaderingen geweest om de
voortgang van de revisie van het
leerboek Basic Cartography te orga
niseren, o.a. in Huntsville, Alabama.
Voor de financiering van zijn aktivi
teiten in de vier jaar durende perio
de tussen twee Algemene Ledenver-
gaderingen krijgt een kommissie van
een internationale vereniging een be
paald geldbedrag; in ons geval was
dat gelijk aan de kosten van twee re-
tourtjes naar Bangkok. De fondsen
van de ICA worden gevormd door
de lidmaatschapsgelden van de
lidstaten, de lidmaatschapsgelden
van de overige leden (zoals internati-
onaal opererende bedrijven) en in
toenemende mate ook uit de in-
komsten uit de publikaties, die op
het ogenblik de lidmaatschapsgelden
lijken te overtreffen. Vanwege de be-
perkte middelen moeten de kommis-
sies, om de benodigde aktiviteiten te
kunnen ontplooien, buiten de ICA
andere bronnen aanboren. In de
praktijk dragen de organisaties waar
de kommissieleden toe hören meestal
aan de benodigde fondsen bij (in
ons geval waren dat bijvoorbeeld de
Rijksuniversiteit Utrecht en de NVK,
die 1000 gülden per jaar aan het
werk van de kommissie bijdroeg).
Daarnaast zijn er eigen inkomsten in
het geval eigen publikaties zouden
kunnen worden verkocht. En tenslot-
te is er zeer welkome hulp van Spon
sors. In het geval van CET werd fi-
nanciele bijstand verleend door
Siemens München, Intergraph Ne
derland en Eurosense Nederland;
daarnaast heeft het ITC ons voor
een seminar de ruimte en andere fa-
ciliteiten ter beschikking gesteld.
Met name door de bijdragen van de
Sponsors is het mogelijk geworden
om de verslagen ('proeeedings') van
de in de periode 1987-1991 door
CET georganiseerde seminars te
8
KT 1991.XVII.4