gen, begint met de aandacht te vesti-
gen op de geheel Denemarken
bedekkende 1:100.000-serie in 34 bla-
den. Vervolgens worden genoemd de
Topografische Atlas (161 pp.) in drie
talen met kaarten op dezelfde schaal
en de bladen respektievelijk van
Bornholm (1:50.000), de parel van de
Oostzee, en van de Faeroer Eilanden
(1:100.000). Tenslotte wordt gewezen
op de kartering van de ijsvrije kust-
gebieden van Oost- en West-
Groenland resulterende in een serie
van 78 topografische kaarten
1:250.000 en een reeks orthofotobla-
den 1:100.000, de laatste momenteel
in produktie, een prestatie om mee
voor de dag te komen!
Fl et Karttakeskus Map Centre)
van de Maanmittaushallitus, de Fin-
se topografische dienst te Helsinki,
wijst op haar serie wegenkaarten
1:200.000 die met 19 bladen het ge
fiele land bedekt. Vervolgens wordt
gewezen op het afzonderlijke blad
1:100.000 van de Alands Eilanden,
een van de meest populaire Skandi
navische toeristengebieden, en op
een aantal detailbladen varierend
van 1:25.000 tot 1:50.000 van
Midden- en Zuidfinse Steden. Bij-
zondere aandacht wordt besteed aan
Fins Lapland, waarvan een reeks
kaarten voor openluchtrekreatie is
uitgegeven, onder meer een blad
1:100.000 voor sportvissers en water-
toeristen van het Inarimeer, het
grootste meer in dit gebied.
De kaarten van de Noorse Statens
Kartverk te Hönefoss, ten westen
van Oslo, nemen de meeste ruimte in
deze brochure in. Allereerst wordt de
serie autokaarten 1:250.000 in 21
bladen met legenda's in het Noors
en Engels vermeld. Vervolgens wordt
door middel van bladwijzers de aan
dacht gevestigd op de topografische
kaart 1:50.000 die met liefst 727 bla
den het gehele land (bijna acht maal
Nederland) bedekt, eveneens met
tweetalige legenda's en een kontour-
interval van 20 meter. Streken met
imponerend natuurschoon (Noord-
kaap, Hardangervidda, Lillehammer,
Snöhetta, Jostedalsbre) zijn boven-
dien nog op schalen varierend van
1:50.000 tot 1:100.000, voorzien van
toeristische informatie, weergegeven.
De Kartförlaget van de Lantmäte-
riet, de Zweedse topografsiche dienst
te Gävle, wijst op haar auto- en toe-
ristenkaarten met legenda's in het
Zweeds, Engels en Duits van respek
tievelijk Zuid-Zweden op 1:250.000
en Midden- en Noord-Zweden op de
schaal 1:400.000 met vermelding van
afstanden, bezienswaardigheden,
kampeerplaatsen, motels, jeugdher-
bergen en openluchtbaden. Vervol
gens wordt gewezen op de eveneens
drietalige Fjällkartan-serie 1:100.000
in 13 bladen van het Zweeds-Noorse
grensgebied, waarop onder meer tra-
ces voor zomer- en wintertrektochten
en berghutten zijn ingetekend. De
berggebieden van Jämtland, Härje-
dalen en Dalarna zijn bovendien in
30 bladen, bekend als de Groene se
rie, meer gedetailleerd op de schaal
1:50.000 afgebeeld, terwijl de Bla
Kartan, de Blauwe serie, een gede-
tailleerde wegenkaart 1:100.000, in
134 bladen vrijwel geheel Zweden
(elf maal Nederland) bedekt. Ten
slotte zijn aan Gotland en Öland, de
eilanden van zon en wind, Zwedens
meest populaire vakantie-oorden,
nog eens afzonderlijke toeristische
1:100.000-bladen gewijd.
De brochure is gratis verkrijgbaar
bij elk van de bovenvermelde karte-
ringsdiensten. De uitgave zou vol-
maakt zijn geweest als ook IJsland
had meegedaan, maar dat is ook de
enige aanmerking die gemaakt kan
worden.
F.J. Ormeling sr
Matching the map projection to the
need. Special publication number 3
of the American Cartographic Asso
ciation. Bethesda, Maryland, 1991.
30 pp. ISBN 0-9613459-5-0.
Deze publikatie is samengesteld door
de Committee on Map Projections
van de American Cartographic As
sociation, die op haar beurt weer
een onderdeel vormt van de Ameri
can Congress on Surveying and
Mapping (ACSM). Zij is de derde
van een serie körte populaire verhan-
delingen over kaartprojekties, moge-
lijk gemaakt door de ACSM ter on-
dersteuning van de publiciteits-
kampagne rondom de uitverkiezing
van de Robinsonprojektie (zie KT
1989.XV.3). De eerste twee, respek
tievelijk getiteld Which map is best
en Choosing a world map, hebben
intussen hun weg gevonden. Het hui-
dige geschrift bestaat uit 12 bijdra-
gen verlucht door talrijke illustraties
en geschreven door een keur van
Amerikaanse kartografen. Onder
hen bevinden zieh Arthur H. Robin
son (de 'grand old man in U.S. car-
tography'), Richard E. Dahlberg (re-
dakteur van het tijdschrift
Cartography and Geographie Infor
mation Systems, voorheen The Ame
rican Cartographer) en John P. Sny-
der (bekend om zijn Album of map
projections 1989) elk met twee bij-
dragen.
De publikatie gaat uit van de weten-
schap dat elke poging tot afbeelding
van de bolvormige aarde in het plat
te vlak onvermijdelijk tot vervormin-
gen en vertekeningen leidt. Eigenlijk
zijn de termen vervormingen en ver
tekeningen weinig gelukkig, daar zij
associaties oproepen aan fouten en
onjuistheden waardoor de betreffen
de projektie in diskrediet geraakt.
Toch kunnen talrijke projekties on-
danks hun vervormingen voor be-
paalde, duidelijk begrensde doelein-
den zeer bruikbaar zijn. Dit wordt
op afdoende wijze geillustreerd door
de Mercatorprojektie, een konforme
projektie van de aardbol op een
raakeylinder. Op deze projektie wor
den lijnen met een konstante hoek
ten opzichte van het noorden, dus
lijnen met een vaste kompaskoers,
loxodromen genoemd, als rechte lij
nen afgebeeld, hetgeen haar belang
verklaart voor de zee- en luchtvaart.
Wil men de kortste verbinding tus-
sen twee punten op aarde, de groot-
cirkel of orthodroom, als rechte lijn
weergeven dan wordt de gnomoni-
sche of de equidistante azimuthale
projektie gekozen, ofschoon beide,
evenals de Mercatorprojektie, grote
oppervlaktevervormingen vertonen.
Het komt er dus steeds op aan zieh
op het toekomstig gebruik van de
geplande kaart te bezinnen en een
projektie te kiezen die zo veel moge-
lijk aan de wensen van de praktijk
beantwoordt. Dit was natuurlijk al
lang bekend, maar in het verleden
weerhield het ingewikkelde reken- en
konstruktiewerk kartografen ervan
met afwijkende projekties te experi-
menteren. Tegenwoordig maakt de
Computer het mogelijk vrijwel moei-
teloos reeksen projektievarianten te
genereren in normale, transversale
dan wel in scheefassige posities.
De onderhavige publikatie geeft een
reeks voorbeelden van speeifieke ge-
bruikerseisen waaraan door toepas-
sing van bepaalde projekties kan
worden tegemoet gekomen. Onder
62
KT 1991.XVII.4