niet haalbaar is. De getoonde resul-
taten bij de deelprocessen maken
echter duidelijk dat de digitale foto-
grammetrie in kombinatie met de
visualisatie- en analysetechnieken van
een modern vector- en raster-GIS op
efficiente wijze allerlei nieuwe Pro
dukten kan opleveren.
Het tweede deel van het middagpro-
gramma begon met een bijdrage van
drs. M.A. Damoiseaux, werkzaam bij
de Meetkundige Dienst van de Rijks-
waterstaat. Onder de titel 'Van Water-
staatskaart naar WIS' hield hij een
lezing over de voorgeschiedenis en de
huidige stand van zaken met betrek-
king tot de Nederlandse waterstaats-
kartografie, van het eerste blad uit
1864 tot aan de actuele ontwikkeling
van een Waterstaatkundig Informatie
Systeem (WIS, gebaseerd op Are/
Info). Via een vooronderzoek
geinventariseerde wensen leidden tot
het voorbereiden van een praktische
en minder 'volle' zesde druk van de
Waterstaatskaart die helder en duide
lijk is, gekoppeld aan de ontwikkeling
van het WIS. Om redenen van effi-
ciency werd echter een dikke streep
gehaald door deze nieuwe uitgave van
de Waterstaatskaart. Omdat uit een
gebruikersonderzoek en een demo van
blad Tiel duidelijk werd, dat ook
buiten Rijkswaterstaat een aantoon-
bare behoefte bestaat aan een water
staatkundig informatiesysteem, ver-
leende de Hoofddirectie alsnog toe-
stemming om het WIS-project te con-
tinueren met een minimum aan mede-
werkers en een geldopbrengende
exploitatie. Het WIS-systeem moet
produktierijp zijn per 1 januari 1994,
de datum waarop alle werkzaamhecfen
aan de Waterstaatskaart tot de
geschiedenis van de kartografie zullen
behoren.
De laatste lezing over het onderwerp
'Het ontwikkelingstraject van een
Rivieren-GIS' werd verzorgd door dr.
M.J. Kraak. In zijn eerste lezing had
Kraak al aangekondigd over het
Rivieren-Gis te zullen spreken, en dit
met name als voorbeeld van een
samenwerkingsproject van de Facul-
teit der Geodesie met derden, in dit
geval de Rijkswaterstaat en Logiste-
rion. Dit GIS-project kan worden
gezien als de toekomstige opvolger
van de Rivierenkaart, die sinds 1821
reeds een lange weg van vele herzie-
ningen en (kartografische) aanpas-
singen kent. Het huidige vervaardi-
gingsproces van deze kaart is sterk
geautomatiseerd, maar tegen de voor-
delen die een GIS de gebruiker biedt
zal de traditionele kaart het waar-
schijnlijk moeten afleggen. Kraak
schetste hoe in een voorstadium van
het project vragen zijn geanalyseerd
als welke geografische informatie
dient te worden opgenomen, en de rol
van het GIS in antwoord op vragen
van gebruikers. Vervolgens is aan de
structuur van het GIS gewerkt,
waarbij is nagegaan hoe de verza-
melde geografische informatie moet
worden opgeslagen. Gekozen is voor
opslag in 4 lagen: topografie, hoogte-
gegevens, puntgegevens en admini-
stratieve gebieden. Op basis van de
opgestelde criteria is van een proefge-
bied door terreinverkenning en digita-
lisering van bestaand kaartmateriaal
een testbestand vervaardigd. De ont-
wikkelde GIS-applicaties voor de
benadering van de bestandsgegevens
zijn o.a. simulatiemodellen voor bijv.
inundatie en navigatie. Met de ontwik-
kelde applicaties is het bestand door
de gebruikers getest, waarbij gelet is
op welke vragen de gebruikers aan het
bestand stellen, welke informatie
wordt gemist en waar eventuele aan-
passingen gewenst zijn. De conclusies
die uit de gebruikerstest werden
getrokken zijn dat de gemiste infor
matie mee valt en dat voor de taakuit-
oefening van Rijkswaterstaat deze
GIS-opzet voldoet.
J.H.R. van der Schuit, J. Werner,
G. Staal
De NVK in 1991
Ook 1991 is een jaar geweest waar de
NVK trots op mag zijn: een nieuwe
NVK-publikatiereeks, het Kartogra-
fisch Woordenboek, de presentatie
van de NVK op de ICA-conferentie in
Bournemouth t.b.v. ICA 1997, een
National Report op diskette, concrete
plannen voor een nieuwe opleiding
MBO-kartografie en diverse studie-
dagen van de werkgroepen. Ook mag
niet onvermeld blijven dat oud-voor-
zitter van de NVK, drs. E.S. Bos, tot
een van de zeven ICA-vice-presi-
denten is gekozen.
Algemene ledenvergadering en Bui-
tengewone ledenvergadering
Op de ledenvergadering in maart is na
een bestuursperiode van acht jaar
afscheid genomen van E.S. Bos en
J. Russchen, respectievelijk voorzitter
en secretaris van de NVK. Hun taken
zijn overgenomen door mw. W.J.M.
Hoogendoorn-Beks en J.H.R. van der
Schuit.
Een schorsing van de vergadering
leidde tot het vezoek van ruim 50 leden
aan het bestuur om drs. G.F. Willems
het erelidmaatschap van de vereniging
te verlenen. In vervolg hierop is door
het bestuur een buitengewone leden
vergadering bijeengeroepen waarop
unaniem werd besloten de heer Wil
lems tot (het zesde) erelid van de ver
eniging te maken.
PBNA-cursus en MBO-kartografie
Op het gebied van de opleidingen in de
kartografie was 1991 een bewogen
jaar. Het PBNA overweegt vanaf 1992
definitief te stoppen met het geven van
de cursus Technisch KartograafDoor
Sterke veroudering is het niet langer
verantwoord de cursus op de huidige
wijze voort te zetten. Diverse onder-
zoeken en initiatieven hebben getracht
bijdragen aan een actualisatie (o.a.
meer (GIS/CAD-)automatisering) te
leveren. Dit heeft de dreigende
beeindiging van de cursus niet kunnen
voorkomen.
Daarentegen heeft het Vaktechnisch
Lyceum Utrecht concrete plannen
ontwikkeld voor een vakrichting Kar
tografie op MBO-niveau. Het ziet er
naar uit dat het lyceum in 1992 of 1993
met de nieuwe opleiding van start kan
gaan.
ICA-conferentie Bournemouth
Op de ICA-conferentie te Bourne
mouth heeft Nederland zieh met
diverse lezingen, posterpresentaties,
een goed verzorgde tentoonstelling en
diverse promotie-artikelen (NVK-
sweaters en National Report) op
opvallende en goede wijze gepresen-
teerd. Ook bij de ICA-awards trad
Nederland op de voorgrond: de Topo-
grafische Dienst en het Staring Cen
trum vielen in de prijzen.
Op de General Assembly heeft de
NVK haar National Report in de vorm
van een diskette met kaartfragmenten
gepresenteerd. Daarnaast heeft
Nederland zieh officieel kandidaat ge-
10
KT 1992.XVIII.2