Hakim - latere Portugese ontdekkers
de weg gewezen.
De Mexicaanse hoogleraar Miguel
Leon Portilla beschrijft vervolgens de
weinig bekende kaartprodukten van
Azteken en Mayas van vöör de invasie
der Spanjaarden. De stijl van deze pre-
Columbiaanse kaarten, gekenmerkt
door afwijkende voorstellingen in
bonte kleuren, veelal geschilderd op
katoen, wijkt af van wat in Europa
gebruikelijk was. Ook van deze nala-
tenschap is weinig bewaard gebleven.
Onder de weinige exemplaren die door
Hernän Cortes tijdens de verovering
van Mexico aan Karel V werden
gezonden bevindt zieh de Kaart van
Teozacualco afkomstig van de Mix-
teken in de huidige Staat Oaxaca.
Hierop komen naast ideografische
schrifttekens namen in het Spaans
voor waardoor dit document als het
wäre de funetie van de Steen van
Rosette vervult.
In Mexico zelf werden circa 15 pre-
Columbiaanse handschriftkaarten
teruggevonden. Hieronder bevindt
zieh onder meer een manuscriptkaart,
bekend onder de naam Codex Vindo-
bonensis, wederom afkomstig van de
Mixteken, waarop met kleurrijke Sym
bolen Steden, dorpen, bergen, rivieren
enz. zijn weergegeven. Ook de in het
vermaarde antropologisch museum in
de hoofdstad aanwezige enorme plat-
tegrond van Tenochtitlan (Mexico-
stad; 2,38 X 1,68 m) met stratenplan,
kanalensysteem en eigendomgrenzen
zou van vöör de verovering dateren
hoewel daarop notities uit latere tijd
voorkomen. Auteur Portilla neemt
aan dat zieh in Mexicaanse biblio-
theken, archieven en musea nog veel
kaartmateriaal bevindt dat op nader
onderzoek ligt te wachten. Voorlopige
verkenning wijst uit dat de stijl van dit
materiaal hoewel uit de koloniale tijd
daterend overwegend onmiskenbare
pre-Columbiaanse trekken vertoont.
Mei-Ling Hsu, hoogleraar aan de Uni-
versiteit van Minnesota, beschrijft de
manuscript zeekaart (20,5 x 560 cm)
gebruikt door de Chinese Admiraal
Zheng Ho die tijdens de Ming-
dynastie tussen 1405 en 1433 zeven
handelsexpedities leidde en doordrong
tot de ingang van de Perzische Golf en
de oostkust van Afrika. Op zijn kaart
zijn de zeeroutes in stippellijnen aan-
gegeven, dikwijls voorzien van bijzon-
derheden over riffen, ondiepten en
van zeilinstructies waaruit het gebruik
van het magnetisch kompas blijkt.
Met het artikel van prof. Alfredo Pin-
heiro Marques van de Universiteit van
Coimbra over de Portugese karto-
grafie wordt de niet-westerse karto-
grafie verlaten en komen we op meer
bekend terrein. De Portugezen
maakten gebruik van astronomische
navigatie en leidden een tijdperk in
van transoceanische ontdekkings-
reizen. Zij creeerden een nieuw
wereldbeeld dat gretig, veelal door
bedrijfsspionage, door andere naties
werd overgenomen. Een jaar nadat
Bartholomeus Diaz de zuidpunt van
Afrika bereikte waren zijn ontdek-
kingen reeds geregistreerd op de kaart
van de Duitse kartograaf Henricus
Marcellus. In 1502 wist de Italiaan
Cantino de Portugezen een anonieme
kaart te ontfutselen, die, bewaard te
Modena, voortleeft als de kaart van
Cantino. Voor de eerste maal in de
geschiedenis presenteert dit document
een herkenbaar, bijna volledig wereld
beeld dat de Nieuwe Wereld, Afrika,
India omvat en zelfs in ruwe
omtrekken Oost-Azie weergeeft. Als
zodanig is deze kaart nauwkeuriger
dan die van zijn Spaanse tegenhanger
Juan de la Cosa. Talrijke kaarten die
in de 16e eeuw in Europa werden
gedrukt berusten op gegevens van de
Portugezen. Zelfs de Mercatorpro-
jectie is volgens prof. Marques geba-
seerd op prineipes van de Portugese
astronoom Pedro Nunes.
Onder de resterende artikelen verdient
dat van prof. Norman J. Thrower van
de Universiteit van Californie vermel-
ding, die de evolutie van de karto-
grafie in de 18e en 19e eeuw tot weten-
schappelijke diseipline behandelt.
Voorts schetst Jean Philippe Grelot
van het IGN, Parijs, in enkele forse
pennestreken de ontwikkeling van de
luchtfotografie en fotogrammetrie
alsmede de opmars in de kartografie
van de Computer en het gebruik van
satellietbeelden.
Interessant is nog de bijdrage van
Aleksandr S. Sudakov van de Centrale
Administratie van Geodesie en Karto
grafie in de voormalige Sovjetunie.
Hij wijst er op dat Sovjetkartografen
tussen beide wereldoorlogen Siberie
van de Oeral tot de Stille Oceaan
hebben getrianguleerd, gewaterpast
en op 1:1 miljoen hebben gekarteerd.
Na 1945 werd het gehele Sovjetrijk ter
grootte van 22.500 000 km2 in 40 jaren
tijds op circa 250.000 bladen op de
schaal 1:25.000 in kaart gebracht, een
indrukwekkende, bij nader inzien
bijna ongeloofwaardige prestatie, die
zou neerkomen op een produktie van
ruim 6000 bladen per jaar! Tijdens de
Koude Oorlog waren de grotere
schalen echter niet toegankelijk voor
het publiek. Moskovieten - zo vertelt
Sudakov - plachten Hongaarse
kaarten te gebruiken om in de omge-
ving van de hoofdstad de weg te
vinden. Bovendien werden zoals
bekend op kleinere schalen, waarmee
minder geheimzinnig werd omge-
sprongen, objecten weggelaten en ver-
vormingen toegepast. Het zou interes
sant zijn te weten of de NATO zieh
ook dergelijke kunstjes heeft veroor-
loofd. Hoewel er in 1991, toen
Sudakov zijn artikel schreef, reeds
veel in de Sovjetunie was veranderd
constateert hij dat het vrijgeven van
kaartbladen op de schalen 1:25.000 en
1:100.000 nog door militairen werd
tegengehouden.
Tenslotte geeft mevr. d'Andigne de
Asis, programma-specialist bij de
Unesco, een nuttig overzicht van de
kartografische activiteiten van deze
organisatie. In samenwerkimg met
internationale vakorganisaties is de
Unesco sedert jaren bezig met de uit-
voering van een indrukwekkend kar-
teringsprogramma waarvan reeds tal
rijke bladen zijn versehenen. Dit pro-
gramma omvat kleinschalige geologi
sche, tektonische, metallografische,
hydrogeologische, bodemkundige,
klimatologische enz. kaarten van
werelddelen veelal op schalen 1:12,5
en 1:15 miljoen.
Resumerende kan worden gesteld dat
de Unesco Courier, die zoals bekend
maandelijks in 35 talen verschijnt, met
deze aflevering de kartografie een
belangrijke dienst heeft bewezen. Op
aantrekkelijke wijze is hier een beeld
gegeven van de eeuwenlange worste-
ling van de kartografische gemeen-
schap met de haar toevertrouwde
materie. Ik twijfel er niet aan of dit
beeld zal iedere belangstellende, vak-
genoten inbegrepen, aanspreken. Met
name in het kartografie-onderwijs zal
van deze verzameling artikelen een
nuttig gebruik kunnen worden ge-
maakt.
F.J. Ormeling sr.
Tichelaar, T.R. (red.), Proceedings of
the Workshop on Toponymy (held in
Cipanas, lndonesia; 16-28 October,
1989). Cibinong, Indonesie:
Bakosurtanal, 1990. ISSN 0126-4982.
68
KT 1992.XVIII.2