dukten aan te boren.
Rand McNally's aandacht voor de Amerikaanse trans-
port- en toerisme-industrie begon al vroeg in de geschie-
denis van het bedrijf. AI direct bij de stichting als onaf-
hankelijk bedrijf in 18685 kreeg het opdrachten door te
specialiseren in het drukken van treinkaartjes, verslagen
en wervende literatuur voor de snel groeiende spoorweg-
industrie, en dat viel samen met het moment dat Chi
cago zijn centrale positie in het continentale spoorweg-
netwerk van de VS verwierf. Dat bracht Rand McNally
dus bij na onvermijdelijk tot de kartografie (de eerste
kaart werd gedrukt in 1872), in de vorm van wervende
kaarten voor de spoorwegen, kaarten gedrukt op affi-
ches en dienstregelingen, en spoorwegroutekaarten. De
op de spoorwegreiziger georienteerde, zeer succesvolle
Business Atlas (later omgedoopt in Commercial Atlas
and Buying Guide) en de daarvan afgeleide 'Pocket
Map' serie, kwamen voor het eerst op de markt in 1876
resp. 1878. In 1900 was Rand McNally de leidende
Noordamerikaanse kaartenuitgever geworden, en hele-
maal een van de grootste uitgevers.
Men moet zieh Rand McNally dus voorstellen als het
kartografische equivalent van Sears, Roebuck of Mont-
gomery Ward, warenhuisketens die Chicago ook als
basis hadden, en die praktisch het fenomeen van de
postorderbedrijven in de VS uitvonden. Alle drie deze
bedrijven buitten hun locatie middenin het spoorwegnet
van de natie maximaal uit, omdat ze zieh realiseerden
dat de verbetering van de binnenlandse transportinfra-
struetuur de ontwikkeling en verkoop van goedkope
Produkten mogelijk maakten binnen een gebied zo groot
als een generatie eerder nog ondenkbaar was geweest.
Rand McNally verkocht in de eerste plaats kaarten
omdat het constant nieuwe Produkten ontwikkelde, en
vaak bestond die ontwikkeling simpelweg uit het
opnieuw brengen van dezelfde Produkten voor verschil-
lende markten. In de tweede plaats gebeurde het door
een aggressieve en creatieve reclame voor zijn Pro
dukten, bijvoorbeeld door atlassen door middel van
inschrijving te koop aan te bieden, of door potentiele
klanten om locale geografische of statistische informatie
te vragen6. Dergelijke technieken kwamen Rand
McNally goed van pas bij de overgang van het spoor-
wegtijdperk naar dat van de auto.
Rand McNally's 'Blazed Trails' en hei begin
van hei Federale Wegennel
De eerste Amerikaanse kaart die speciaal was ont-
worpen om autowegen aan te geven, verscheen in de
Chicago Times-Herald in 1895, en gaf de route van een
plaatselijke autorace weer7. Vanaf 1901 werden route-
boeken ('route books') uitgegeven, die lange afstands-
automobilisten in eerste instantie van stad naar stad
stuurden door middel van met nummers gecodeerde ver
bale wegbeschrijvingen. Ze waren populair tot het
moment waarop de VS gingen deelnemen aan de Eerste
Wereldoorlog (1917] en ze werden meestal vergezeld
door een verscheidenheid aan kaarten, met inbegrip van
strookkaarten ('stripmaps') zoals die ook al bij Ogilby
voorkwamen, en stadsplattegronden. Automobilisten
clubs en toeristenverenigingen voegden vaak kaarten
van door henzelf uitgezette routes toe, en de meeste
routeboeken bevatten ook regionale kaarten die de
onderlinge relaties tussen de in elk boek beschreven
routes aangaven. Deze regionale kaarten waren over het
algemeen klein en tamelijk schematisch, en ze konden
alleen maar in samenhang met de tekst worden gebruikt,
omdat de wegennummers alleen naar de verbale wegbe
schrijvingen verwezen, en niet ook in het terrein längs de
wegen waren aangegeven. Dat was het hoofdbezwaar
van deze boeken. Bij afwezigheid van bijbehorende mar
keringen in het terrein kon men de verbale aanwijzingen
makkelijk verkeerd uitleggen, en als men eenmaal de
juiste weg kwijt was, was het een hele toer voor automo-
bilisten om hem weer terug te vinden.
Gedurende deze periode werd de bouw van betere auto
wegen door twee soorten semi-overheidsorganisaties
gestimuleerd. In de eerste plaats waren er automobilis-
tenclubs; dergelijke verenigingen werden in de meeste
grote Steden in de VS opgericht, ze waren gericht op
rij-enthousiasten en op toeristen voor wie ze in reisinfor-
matie en assistentie voorzagen. Daarnaast waren er
autoweg-verenigingen, dat wil zeggen consortia van
plaatselijke en nationale bedrijven die gericht waren op
het identificeren, verbeteren en markeren van bepaalde
transcontinentale routes, zoals de Atlantic Highway, die
längs de oostkust liep van Maine naar Florida. Wer
vende kaarten werden vervaardigd om het publiek over
het bestaan van deze autoroutes te informeren, maar
datzelfde publiek moest zijn toevlucht nemen tot de rou
teboeken om ze in detail te kunnen volgen, omdat alleen
de meer bekende en beter gefinancierde autowegen,
zoals de Lincoln Highway (die van New York naar San
Francisco liep, de huidige US Highway 30), gemarkeerd
waren. Maar zelfs deze meer bekende wegen waren zo
gebrekkig van borden voorzien dat reizigers er dikwijls
over klaagden hele dagen bezig te zijn geweest om de
kwijtgeraakte route weer terug te vinden8.
Rand McNally had vanaf het jaar 1904 wegenkaarten
uitgegeven, maar deze kaarten waren meestal bestemd
voor plaatselijke doeleinden. Hun uitvoering was vaak
grof, en er was geen sprake van enigerlei standaardi-
satie: zoals het losse en siecht onderhouden autonet
volgden ook de Rand McNallykaarten geen standaard-
programma.
De Amerikaanse partieipatie in de Eerste Wereldoorlog
zorgde wat dit betreft voor een ommekeer. Want, terwijl
de Amerikaanse buitenlandse politiek ervan uitging dat
het conflict de 'oorlog was die aan alle oorlogen een
einde zou maken', maakten militaire planners zieh geen
illusies over het probleem een dergelijk groot land te
verdedigen in het tijdperk van de verbrandingsmotor
zonder over een vast net van autowegen te kunnen
beschikken voor het transport van gemotoriseerde uit-
rusting en personeel. Daarom kreeg de bouw van 'inter-
state highways', autosnelwegen voor verkeer tussen de
verschillende staten, waar het bedrijfsleven en de auto-
mobilistenclubs al jaren om gevraagd hadden, opeens
KT 1992.XVII1.3
17