Ruimtelijk Informatie Systeem Enschede B. Coelman Een leidraad voor pakketkeuze voor een integraal vastgoedinformatiesysteem Het jaar 1992 was voor de gemeente Enschede het afsluitende jaar van de opbouw van een eerste integraal vastgoedinforma tiesysteem. De jaren daarvoor zijn de vele bestanden gevormd voor dit complexe systeem en is daarnaast een vergaande selectieprocedure uitgevoerd, welke heeft geleid tot de keuze en invoering van het VG+ systeem van de firma K+ V van Alphen. Dit artikel zal globaal de uitgangspunten behandelen als leidraad bij de keuze van zo'n omvangrijk integraal vast- goedsysteem. Knelpunten en doelstellingen Geen enkele gemeente zal vandaag de dag zelf zo'n enorm en complex systeem als een vastgoedinformatie systeem ontwikkelen. Daarvoor zijn de risico's te groot, zowel in financiele als in beheersmatige zin. Ver voordat de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) begon na te denken over de zogenaamde GFO's (Gemeentelijke Functionele Ontwerpen) was Enschede aanvankelijk wel van plan de gehele problematiek zelf aan te pakken. Daarvoor zijn de afgelopen jaren vele onderzoeken uitgevoerd en rapporten geproduceerd en zijn de vele bestanden opgebouwd, die de basis vormen van het vastgoedinformatiesysteem. Flet algemene informatie- en automatiseringsbeleid van de gemeente werd begin 1990 echter omgebogen naar een zoge naamde 'pakketten'-filosofie, dat wil zeggen, dat er alleen nog maar Systemen aangeschaft mochten worden die eiders al (in delen) operationeel zijn. Op basis van deze beleidsherziening is in het eerste kwartaal van 1990 de bestaande 'Definitiestudie Vastgoedinformatie' uit 1985-1986 aangepast (verder in dit artikel aangeduid met Definitiestudie-90). Op grond van de in deze definities tudie vastgelegde uitgangspunten is een zeer uitgebreide selectieprocedure uitgevoerd, gericht op de op dat moment bekende en op de markt zijnde integrale vast- goedinformatiesystemen. Het Ruimtelijk Informatie Systeem Enschede (RISE) is in 1984 als project gestart. In de Definitiestudie-85 was de probleemstelling reeds vastgelegd. Daarin werd gepo- neerd dat de steeds hogere eisen die worden gesteld aan de informatievoorziening, worden bepaald door: de uitbreiding van de gemeentelijke taken en de groter wordende complexiteit van de vraagstukken op het gebied van stadsontwikkeling, ruimtelijke ordening, stadsbeheer enz.; de meer en meer integrale aanpak van problemen (coördinatie van portefeuilles, projectgroepen). Deze heeft een toename van de vraag naar en het aanbod aan informatie tot gevolg, die dwars door de bestaande organisatie gaat; de toenemende participatie van de burger; de steeds krapper wordende geldmiddelen. Deze factoren vragen om het scheppen van een basisregi- stratie vastgoed, die door de gehele gemeentelijke orga nisatie kan worden gebruikt ten behoeve van het uit- voeren van specifieke taken. Daarbij werden een drietal knelpunten onderscheiden. Ten eerste is er een tekort aan informatie. Juist die informatie die een bestuurder, manager, ontwerper, uit- voerder, beheerder of voorlichter nodig heeft, is er niet of is niet actueel, niet betrouwbaar of moeilijk te berei- ken. Het tweede knelpunt is echter dat er een dusdanige over- maat aan gegevens bestaat, dat de gewenste informatie er veelal niet of maar moeilijk uit is af te leiden. Ten slotte blijkt vaak dat er onvoldoende samenhang is. Daardoor is de informatie, die vanuit verschillende invalshoeken bij bestuur, management en dergelijke binnenkomt, niet eenduidig en soms tegenstrijdig en ver- toont zij weinig of geen onderling verband. Ten behoeve van de Definitiestudie-85 is met behulp van de Universiteit Twente (Bestuurskunde) een inventari- satie uitgevoerd bij alle gemeentelijke diensten, waarna er een analyse van de genoemde knelpunten is gemaakt. Uitgaande van deze inventarisatie is de omvang van de basisregistratie bepaald, alsmede de participanten en mogelijke afnemers. De gehele analyse, het systeemconcept, de datamodellen en de definiering van de gegevens zijn in de Definitie studie-85 vastgelegd. Uitgaande van de in 1985 gedefinieerde uitgangspunten zijn voor de Definitiestudie-90 de probleemstelling en de opdrachtformulering/doelstelling bepaald De opdrachtformulering luidde als volgt. Het uitvoeren van een definitiestudie teneinde: 1te zoeken naar de mogelijkheden om de informatie voorziening betreffende vastgoed te verbeteren; 2. een bedrijf te selecteren voor de levering van een standaardpakket ten behoeve van een basisregistratie vastgoed, op grond van het huidige informatie- en automatiseringsbeleid; KT 1993.XIX.2 29

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1993 | | pagina 31