Bhinneka Tunggal Ika: Toponymie in Indonesie T.R. Tichelaar BHINNEKA TUNGGAL IKA, het motto in het wapen van de Republik Indonesia, laat zieh ongeveer vertalen als 'Verschillend maar toch Een'. Het typeert de samenstelling van de Indonesische natie uit heterogene, maar door de geschiedenis verbonden etnische groepen. Het verwoordt ook kernachtig de bedoeling van de standaardisatie van geogra- fische namen, die sinds enige jaren met hernieuwde energie wordt nagestreefd door de autoriteiten in dit meest uitgestrekte edandenrijk ter wereld. Achtergronden De afgelopen decennia zijn in Indonesie verschillende omvangrijke basiskarteringsprogramma's ten uitvoer gebracht. Nieuwe topografische kaartseries moesten de Nederlands-Indische en (militaire) Amerikaanse bladen uit de jaren dertig en veertig vervangen, die voor grote delen van de archipel nog steeds dienst deden als het meest gedetailleerde topografische basismateriaal. Waar in elk land in ontwikkeling een schrijnende behoefte wordt gevoeld aan recente topografische kaarten als ondergrond voor de inventarisering van hulpbronnen en de daarop te baseren ruimtelijke plan- ning, geldt dit wel in zeer Sterke mate voor Indonesie. Dit land legde immers van meet af aan grote prioriteit bij het binnenlands regionaal-economisch beleid, gecen- treerd rond de 'transmigrasi'-programma's die tegelij- kertijd overbevolkte eilanden moesten ontlasten en dun- bevolkte gebieden tot ontwikkeling brengen. Hoewel de randvoorwaarden in veel opzichten waren veranderd, zag men zieh bij de naoorlogse nationale basiskartering ten dele nog voor dezelfde hindernissen gesteld als bij de landopnamen uitgevoerd door de Topografische Dienst van Nederlands-Indie. Met name het probleem van de schrijfwijze van geografische namen, in Indonesie gecompliceerd door de ingewik- kelde en nog onvolledig doorgronde taal kundige situatie op veel eilanden, werd wederom ervaren als een te siechten barriere. Met de verbetering van de technieken om nauwkeurige terreininformatie uit luchtfotografie en andere remote- sensing-technieken te verkrijgen, werd het verzamelen van naaminformatie te velde een prominenter onderdeel van de topografische terreinverkenning. De automatise- ring van de kartografie, het aanleggen van digitale topo grafische, thematische en namenbestanden en de wens deze te integreren in geografische informatiesystemen deed daarbij een nieuwe urgentie ontstaan voor stan- daardisering van geografische namen. Voor Bako- surtanal1, de producent van de nieuwste topografische kaartseries van Indonesie, was dit alles aanleiding om nieuwe initiatieven te ondernemen om te komen tot officiele standaards voor de vastlegging van namen. Daarmee werd een draad opgepakt die Nederlands-Indi sche voorgangers een halve eeuw eerder hadden laten liggen. In Aardrijkskundige benamingen in Midden- en Oost- Java, een bijdrage aan het jaarverslag van de Topografi sche Dienst in Nederlands-Indie over 1915, beschreef L.F. van Gent het belang van etymologisch inzicht in geografische namen als volgt: nimmer zijn deze namen zonder beteekenis, zij verschaffen steeds gegevens, die het vergemakkelijken een blik te slaan in het zieleleven, den gedachtengang van den Javaan wanneer de aard der begroeiing, de vorm van de bergen, de gesteldheid van den bodem, de al dan niet zuiverheid van het water in de benaming is neergelegd, verduidelijken zij soms het geographisch beeld een ander maal voeren plaatsen, bekend uit oorlogen, terug tot tijden van Inlandsche beroeringen en van strijd Het artikel, zonder wetenschappelijke pretentie geschreven vanuit de optiek van de topograaf, beoogde slechts: het practische doel dat de topograaf zieh beij- vere de aardrijkskundige benamingen zooveel mogelijk naar behooren te schrijven, en dat hij belang leert te stellen in zijne omgeving. Een laatste citaat beschrijft de prille antecedenten van de huidige aandacht voor de behandeling van geografi sche namen van de kant van de autoriteiten: Op oudere kaarten is weinig zorg besteed aan de beschrijving, en werden de namen in den regel vermeld gelijk zij geluid hadden voor het gehoor van den opnemer. Daar het personeel van den Topographischen Dienst vöör 1890 grootendeels bestond uit vreemde- lingen, die zieh de landstaal moeielijk eigen maakten, was het weergeven der namen zeer gebrekkig. Menige foutief geschreven benaming ontglipte aan het oog van den correctorf.jonvoldoende kennis van de Javaansche taal had voorts onjuiste schrijfwijze ten gevolge. Aangezien thans alle benamingen door de betrokken bestuursambtenaren en daarna door taalkun- digen worden verbeterd, zijn dergelijke fouten op nieu- KT 1993.XIX.3 57

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1993 | | pagina 59