moeten richten op het vinden van
oplossingen in de vorm van scholing
en advisering.
Dat kaarten van niet-kartografen
strekken tot lering en vermaak werd
ook weer eens getoond door Nico
Bakker. Hoewel het stopzetten van de
traditionele cursus 'kartografisch
tekenaar' van de PBNA anders zou
doen vermoeden, zijn er nog steeds
veel elementen van kartografische
kennis onontbeerlijk in het digitale
kartografische tijdperk. Een verant-
woorde kaartproduktie vraagt om die
traditionele vakkennis, aldus Bakker.
Dat het handhaven van kwaliteit in het
GIS-tijdperk steeds moeilijker wordt,
werd duidelijk in de daarop volgende
lezing van Sjef van der Steen. Hij is er
van overtuigd dat het gebruik van
stroomdiagrammen, met name bij het
gebruik van Computers, een zeer posi-
tieve invloed heeft op kwaliteitscon-
trole: elke produktiestap kan worden
weergegeven en daarmee elk controle-
moment in die kaartproduktie.
Johan Smeulders was de laatste
spreker van de tweede dag. Als voor-
zitter van de werkgroep Kaartpro
duktie maakte hij gebruik van de gele-
genheid om kennis te geven van een
naamsverandering van de werkgroep:
Van kaartreproduktie naar kaartpro
duktie. Het omschakelen van conven-
tionele naar digitale produktietech-
nieken en de daardoor ontstane ver-
schuiving van activiteiten ligt hieraan
ten grondslag. Ook de bezetting van
de werkgroep veranderde hierdoor.
Een aantal werkgroepleden van het
eerste uur werden gememoreerd en
tevens werd Ton van Kesteren, die
afscheid nam als secretaris van de
werkgroep, bedankt voor het vele
werk. Met een fraaie diavoorstelling
waren de toehoorders vervolgens
getuige van het 'ontstaan' van een
nieuw werkgroep-logo.
De derde dag van het lustrum had als
motto 'toekomst' en daarbij stond het
onderwijs centraal. De dag werd
geopend door Rob de Wijs, kartogra-
fiedocent aan de Hogeschool Utrecht.
Hij maakte nog eens duidelijk dat er
door GIS en automatisering nieuwe
mogelijkheden en nieuwe gebruikers
zijn ontstaan, die vakkundige karto
grafische ondersteuning nodig
hebben. Het is daarbij belangrijk, dat
de moderne kartograaf over vol-
doende kennis van GIS en automatise
ring beschikt. Wat betreft de MBO-
opleiding Technisch Kartograaf had
Rob de Wijs groot nieuws. Eerder had
Nico Bakker de PBNA-cursus ten
grave gedragen, maar nu kon de
opvolger in de vorm van een deeltijd-
opleiding aan het OGCU (onderdeel
van het Vaktechnisch Lyceum
Utrecht) worden voorgesteld. De
eerste cursus Start al in februari 1994.
Ook in Duitsland is de opleiding van
MBO-kartografen een zorg van de
kartografische vereniging aldaar.
Wolfgang Meissner, werkzaam bij de
afdeling Geodesie en Kadaster van de
stad Dortmund en voorzitter van de
werkgroep Opleiding van de Duitse
Kartografische Vereniging, werkt
sinds 1986 aan richtlijnen voor karto
grafische opleidingen. Dit geschiedt in
samenspraak met de overheid, het
bedrijfsleven en de vakbonden. Als
resultaat hiervan is onlangs de 'Lei-
draad voor de opleiding van karto-
grafen' (Ausbildungs-leidfaden Karto
graph, Kartographingereed
gekomen. Dit prachtig verzorgde
handboek bevat zowel theoretische
blokken voor zelfstudie, als prakti
sche oefeningen waarbij begeleiding
van ervaren docenten vereist is.
Na het maken van een groepsfoto, in
de kou en tegen de fraaie achtergrond
van Rolduc (lustrumgeschenk van de
firma Agfa), werd het programma
voortgezet met een drietal demonstra-
ties.
Menno-Jan Kraak, docent aan de
Technische Universiteit Delft, gaf een
toelichting op het in eigen beheer ont-
wikkelde cursuspakket 'Digitale Ter-
reinmodellen'. Hiermee kunnen Stu
denten in het kader van computerge-
10
KT 1994.XX. 1