zo kan het... maar zo kan het ook!
We hebben in KT 1993.XIX.4 gezien dat aantallen weergege-
ven door middel van grijswaarden niet het gewenste beeld bij
de lezer oplevert. Een soortgelijk voorbeeld komt uit de perio-
diek Questa van de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen in
Utrecht.
In Questa nummer 1993-1 staan twee kaartjes afgedrukt die de
herkomst van de eerstejaars Studenten weergeven. Een kaartje
drukken we hierbij af (figuur 1). Er zijn een paar redenen om
dit kaartje eens wat nader te bekijken.
Op de eerste plaats valt er wat te zeggen over de inhoudelijke
weergave.
1 blokje is een sociaal geograaf
0 tot 0
0 tot 2
2 tot 4
4 tot 7
7 tot 18
Figuur 1. De oorspronkelijke kaarl uit Questa 1993-1.
Wat er weergegeven wordt is duidelijk: aantallen Studenten in
de sociale geografie naar postcodegebied. De aantallen zijn tot
een vijftal klassen teruggebracht en door middel van lichte en
donkere rasterpatronen in het kaartje weergegeven. Met de
legenda er naast is vast te stellen hoeveel Studenten er (onge-
veer) uit een bepaald postcodegebied komen. Het is echter
onmogelijk om dan de vraag te beantwoorden: 'Hoeveel maal
meer Studenten komen uit gebied A dan uit gebied B?' Er
mist essentiele informatie in het kaartbeeld als we 'aantallen'
met 'grijswaarden' weergeven.
In KT 1993.4 (aantallen slachtoffers bij de watersnoodramp
van 1953) is gekozen voor vierkantjes in drie verschillende
groottes. Dat gaf de mogelijkheid om vierkantjes te stapelen
om zo aan het vereiste aantal te komen. Bij niet al te ver uit-
eenlopende aantallen kan volstaan worden met symbooltjes
van gelijke grootte. In figuur 2 is dat principe toegepast.
KartLab FRWUU
Figuur 2. Een verbeterde versie van de kaarl uit figuur 1.
Op de tweede plaats is de grafische presentatie in figuur 1 niet
geweidig.
Wanneer we de juiste keuze gemaakt hebben voor de methode
van weergave zijn we er nog niet. Siecht gekozen rasters, lij-
nen, teksten, lelijke druk enzovoort doen allemaal afbreuk aan
efficient lezen van de informatie.
In figuur 2 is gepoogd de leesbaarheid zo groot mogelijk te
maken door de verschillende lijn- en vlaksymbolen zo te kie-
zen dat ze de eigenlijke informatie (de zwarte blokjes) zo min
mogelijk verstoren. Zo zijn er witte lijnen voor de grenzen van
de postcodegebieden en is de achtergrond egaal grijs om deze
lijnen goed zichtbaar te maken. De zwarte blokjes zelf hebben
een wit contourlijntje waardoor ze 'vrij' komen van de onder-
grond.
Soms kom je in de problemen als de aantallen te ver uiteenlo-
pen. Dan zou je eens kunnen kijken of het wel nodig is de
informatie zo gedetailleerd weer te geven en bijvoorbeeld kun
nen kiezen voor afronding van de oorspronkelijke gegevens.
Figuur 3 geeft zo'n oplossing. Hier gaat het om de huidige
woonplaats (postcodegebied) van afgestudeerde sociaal
KT 1994.XX.2
55