JM uitgaven van de Mercator-Hondius atlas verschillen nauwe- lijks van elkaar, kaarten zijn feitelijk niet veranderd en ook zijn er nauwelijks nieuwe toegevoegd (de 1606-uitgave telde 144 kaarten, die van 1630 had er 164). Behalve in het Latijn en het Frans zijn er ook geen uitgaven in andere talen gemaakt. Omstreeks 1630 kwam er echter een kaper op de kust: Wil lem Jansz. Blaeu. De uitgave van een nieuwe atlas, die de verouderende Mercator-Hondius atlas kon vervangen, moest een lucratieve bron van inkomsten gesehenen heb- ben. In 1630 verscheen bij Blaeu een kaartboek met 60 kaarten, dat hij zeer suggestief Atlantis Appendix, sive pars altera (Aanvulling op de Atlas, oftewel deel twee) noem- de20. De Atlas was natuurlijk die van Mercator. Het moet voor Henricus Hondius en zijn zwager Johannes Janssonius, die de leiding van de Hondius-uitgeverij had- den, een forse tegenvaller geweest zijn dat Blaeu - die ten- slotte geen nieuweling in de kaartenuitgeverij was - hen nu ook op atlasgebied ging concurreren. Zij lieten het er niet bij zitten en wilden zo snel mogelijk ook een 'aanvullende atlas' uitgeven. Het lukte Janssonius nog in 1630 de Atlan tis Maioris Appendix, sive Pars Altera met 80 kaarten uit te geven, een jaar later verscheen een soortgelijke uitgave met het adres van Henricus Hondius, met daarin vele andere kaarten. Dit appendix is een snel vervaardigde navolging van Blaeu's uitgave en hoewel op de titelpagina beweerd wordt dat de kaarten 'nunc primum editas' (voor het eerst zijn uitgegeven), geldt dat voor minder dan de helft van de kaarten. De concurrerende uitgeverijen van Hondius-Janssonius en Blaeu probeerden elkaar de loef af te steken met steeds weer grotere atlassen: de eendelige Atlas werd na een paar jaar een driedelige Atlas Novus (Nieuwe Atlas), de drie delen groeiden uit tot zes delen en ontwikkelden zieh daar- na tot de Atlas Maior (grote atlas), die door Blaeu in 1662 en door Janssonius' erfgenamen in 1675 uitgegeven is. De titel Atlas was aanvankelijk voorbehouden voor het werk van Mercator en zijn opvolgers. Blaeu noemde zijn eerste complete atlas Theatrum Orbis Terrarum sive Novus Atlas (in de Nederlandse uitgave: Toonneel des Aerdriicx, ofte Nieuwe Atlas), dat is enerzijds een verwijzing naar het werk van Ortelius - dus een ander werk, niet van Mercator - anderzijds geeft Blaeu aan dat zijn atlas die van Mercator vernieuwt. Janssonius, de uitgever van Mercators Atlas, geeft zijn nieuwe uitgaven vervolgens de titel Novus Atlas sive Theatrum Orbis Terrarum (in het Nederlands Nieuwen Atlas ofte Werelts-beschrijvinge). Bij de uitgaven van de atlantes majores is de verwijzing naar Ortelius geheel ver- dwenen en komt het kosmografische element weer terug: Atlas Maior sive Cosmographia Blaviana en Joannis Jans- sonii Atlas Major sive Cosmographia Universalis. Het scheppingsverhaal, bij Mercator het eerste deel van de Atlas, was weliswaar door Hondius overgenomen en zelfs in het Frans en Engels vertaald (resp. 1609 en 1636), maar werd toch meer en meer beschouwd als een inleiding op het deel met de kaarten. In de Nederlandstalige en Duitse uitga ven (resp. 1633 en 1634) en later ook in de Latijnse en Franse uitgaven (beide 1638), is het vervangen door een meer toepasselijke inleiding over de geografie. De atlassen van Blaeu hebben deze tekst van Mercator vanzelfsprekend nooit bevat. Het veelvuldig gebruik van de naam 'Atlas' in alle verschil- lende uitgaven leidde er toe dat 'Atlas' niet langer meer gezien werd als de eigennaam van het kaartboek van Mer cator en zijn opvolger, maar als de soortnaam. De Atlas wij- zigde zieh in de eerste 40 jaar van de 17e eeuw van een onvoltooide kosmografie (scheppingsverhaal plus moderne kaarten) in een complete atlas (kaarten en geografische beschrijvingen)! De eerste die in Frankrijk de naam atlas voor een uitgave overnam is Alexis-Hubert Jaillot, die zijn uitgave van de kaarten van Sanson in 1681 de titel Atlas Nouveau gaf (op de frontispiece plaatste Jaillot echter de werelddragende Hercules 'L'Hercule Francois' in plaats van Atlas!)21 (figuur 7). Omstreeks 1680-1683 verscheen ook in Engeland het eerste werk met de naam Atlas: hier betreft het een coproduktie tussen de drukker 'at the Theater' te Oxford en de boekhandelaars Steven Swart, Moses Pitt en Johannes Janssonius van Waesbergen (opvol ger van Johannes Janssonius) te Amsterdam. Zij planden een Engels equivalent van de Atlas Maior onder de titel The English Atlas. Door allerlei moeilijkheden kwamen er slechts vier delen uit22. Na de uitgave van de atlantes majores zette de betekenis- verruiming zieh nog voort. Er worden ook door particulie- ren verzamelde collecties kaarten mee aangeduid, zowel gebonden als ongebonden, en zowel bestaande uit alleen kaarten alsook uit kaarten, topografische prenten, tekenin- gen e.d. Via deze stap is 'atlas' de soortnaam geworden van de collecties topografische prenten en kaarten, zoals we die thans in de meeste archieven aantreffen. Daarenboven werd het ook de soortnaam voor allerlei plaatwerken, ook de niet-topografi sehe. 2 STEMMA ATLANTIS Ex Ettfebtj prxparatione Euanpelica lib. i. cap.f.ejuod ille annotauit ex SacboniatoneThcemce butoricof d TbiloneHlblio ad perbum Perfo Et partim ex Viodoro Siculo. IlluS,CrSaturmd ^uPPlter Olympus. j-,euca|£ori Elius Prometheus. J Terrenus \>elIndigena}C(t lus cognomine, fiüe'Soi j ™exTitea/t» rex Tba- Titea filia. alias Terra. Vxorforor Rhea. lapetus cui ex Clp f mene Oceani filia. J Bafilia. [Epimetheus. Bstilus. rSolpuerin Eridano Hyperion J Joror Bafilia. (.Luna. Dagon deus thiliSibintrum,lup(iterArnu al diciui, A^oti colebatur. Hefperus. Atlas. Alcyonc. Merope. EledVra. Celeno. Tayeta. Steropc, •■Atlas cui ex Tlcime Oceani filia. ercurrus. \Maia auexloue. Tabel 1. Stamboom van Atlas volgens Mercator (uit eerste editie van de Atlas. 1595). 16 KT 1994.XX.3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1994 | | pagina 18