Het ontwerp voor een vervoerskaart voor het Westland P. Benjaminse Alweer enige jaren geleden ontstond bij mij het verlangen om meer op het gebied van vervoerskaarten te doen, een deelgebied van de kartografie dat in Nederland een onder- geschoven kind vormde. Niet alleen zijn vervoerskaarten vaak pover in leesbaarheid, ook esthetisch zijn ze vaak niet om aan te zien. De eerste aktie om tot meer inzicht te komen in hoe deze kaarten er anders uit zouden kunnen zien, was de aanleg van een kaartenverzameling van openbaar-vervoer- (OV-)kaarten uit de hele wereld. Daarvoor zijn destijds alle openbaar-vervoerbedrijven aangeschreven. Deze bedrijven stuurden in ruime mate hun lijnennetkaarten toe. Ook heb ik contact gezocht met Guus Andreas en Paul Mijksenaar om te proberen gemeenschappelijk orde in deze materie aan te brengen. Het ontvangen kaartmateriaal bleek een aardige vergelijking mogelijk te maken; zodanig dat er binnen de tentoonstelling Maps een aparte sectie voor deze kaarten kon worden ingericht. Mede om deze tentoonstelling te realiseren werd toen de Stichting voor Vervoerskartografie opgericht. Het Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) was, als opdrachtgever voor de kaart voor de Reiswijzer in Den Bosch en Eindhoven, inmiddels ook gei'nteresseerd geraakt in het thema standaardisatie OV-kaarten en vroeg mij om uitgangspunten voor een projectgroep op te stellen. Deze projectgroep is verder een eigen leven gaan leiden en nam daarmee de wind uit de Zeilen van de Stichting voor Ver voerskartografie. Het project vlotte echter niet erg en toen er na twee jaar eindelijk een testkaart voor Nijmegen werd gepresenteerd, bleek de kwaliteit daarvan niet boven een grauwe middelmaat uit te komen. Daarbij leken de wensen van de reizigers ook buiten beschouwing gelaten. Dat was voor mij dan ook aanleiding om zelf een enquete te houden onder de openbaar-vervoer-reizigers bij uitstek, namelijk de leden van Rover (Reizigers Openbaar Ver voer). In deze enquete werden vele mogelijke variabelen gepresenteerd met betrekking tot symboolkeuze, enkele of meerdere lijnvoering, beschrifting, corpsgrootte, kleurkeuze enzovoort. Daarnaast werd gevraagd welke dementen er in een stadsvervoerskaart zouden moeten worden opgenomen. Deze enquete had een goede respons en leverde, mede door de verwerking ervan door twee Studenten van de Hoge- school Utrecht studierichting Geoinformatica, vele dankba re inzichten op over de wensen van de reizigers. De eerste kaart waarin de enqueteresultaten konden worden verwerkt was een kaart voor het streekvervoer van West- nederland in het Westland. Alhoewel hier natuurlijk niet alle dementen met betrekking tot stadsvervoerskaarten konden worden opgenomen, is wel gepoogd om de kaart zoveel mogelijk diepte mee te geven. Allereerst werden in de ondergrond allerlei landschapsken- merken opgenomen, zoals differentiatie naar bebouwing, industriegebieden, sportparken, bos, duinen en, essentieel voor het Westland, de Glazen Stad. Aan deze ondergrond werd het wegenpatroon toegevoegd, alsmede Symbolen voor de stads- en dorpskemen. Voor de thema-informatie kreeg iedere vervoerslijn een eigen kleur, van gelijke waar- de, waarbij voorkomen moest worden, dat lijnen van dezelfde kleur naast elkaar zouden lopen of elkaar zouden kruisen. Tevens werden strengen van meer dan drie lijnen vervangen door lijnbundels om kleurinterferentie te voorko men. Aan de lijninformatie werden themasymbolen toege voegd voor eindhaltes, overstappunten en lijnnummerher- haling, waarin de kleuren van de lijnvoering weer terugkwamen. Als extra element werden de haltes opgeno men die ook in de dienstregeling voorkomen zodat een betere tijd/plaatsbepaling voor de reiziger mogelijk wordt. Naast een correcte weergave van de thema-informatie is ook geprobeerd deze kaart aantrekkelijk te maken voor de gebruikersgroep. Dit is gedaan door onder meer pictorale Symbolen te gebruiken om de stads- en dorpskernen aan te geven alsook door toevoeging van tekeningen van enkele bezienswaardigheden binnen het vervoersgebied, zoals het stadhuis van Delft, het Binnenhof en het Vredespaleis in Den Haag en de Euromast in Rotterdam. In de nieuwere kaarten voor andere vervoersgebieden van Westnederland is het aantal pictorale Symbolen nog verder uitgebreid. Een gewone lijnennetkaart wordt slechts dan geraadpleegd wanneer de reiziger een verbinding opzoekt. Een aantrekke- lijke lijnennetkaart zal de reiziger echter proberen te verlei den om vaker van het openbaar vervoer gebruik te maken. En daar gaat het bij deze kaarten om. Noot Paul Benjaminse is eigenaar van Carto Studio, Leidsestraat 32, 1017 PB Amsterdam (tel. 020-4220452, fax 020-6260873). 34 KT 1994.XX.3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1994 | | pagina 36