A
NGT GEODESIA KARTOGRAPISCH TIJDSCHRIFT
1995-1
maand in Den Haag participeert in de
Joint European Conference on gis!
Nederlander H. J. Festen (Soest)
mocht als conferentievoorzitter de ope-
ning verrichten.
Prof. H. Stoewer van de Deutsche
Agentur für Raumfahrtangelegenheiten
gaf in de openingsvoordracht een „spa-
tial view" op gis en voorspelde verder
benutten van aardobservade. Vervol
gens presenteerden ddgi (Duitse ravi)
en eurogi zieh keurig.
Aansluitend waren er in het blok „Gl
in Europe" lezingen van een Japanner
en een Vietnamees. De Tokyo Gas Co
wint het in de nutswereld niet alleen
vanwege de fraaie toponimia op kaart
en scherm, maar boven vele 00k in
massaliteit: 37 000 km gasleiding voor
7,5 miljoen klanten. Niet alleen eigen
vestigingen zijn via een wan verbün
den, maar een link met „Road Admini
stration Centers" zorgt zelfs voor een
„society network". (Van eiders is mij
niet bekend dat een nutsbedrijf voor
haar storingsmonteurs al on-line is aan-
gesloten op een wegengegevensbank.)
Geeft Japan zo mogelijk een toekomst-
beeld voor Europa, de volgende spreker
gaf een ander vergelijk.
T. T. Hoa Binh (vn) constateerde dat
de Europese landen belangrijke verko-
pers van Gis-componenten zijn. Over
heden in ontwikkelingslanden kennen
een PC en AutoCAD als maxima. Zelf
schrijft men daar dan hulpprogramma's
bij. De Vietnamees nodigde 00k na
mens zijn collega's uit tot een andere
markt- en prijspolitiek.
Vervolgens waren er veel parallele voor-
drachten over technologie, voor de
nutswereld en voor lokale overheden
(onder de laatste noemer ressorteerde
00k de bijdrage van ondergetekende
over Gis-inzet in de sector wegen bij de
Rijkswaterstaat). Van enkele volgt een
impressie.
B. Lauterbach (d) sprak over Gis-ge-
bruik bij het flatteren van extreme
transporten bij het Hessische Lande
samt für Strassenbau. Jaarlijks behan
delt men daar 4500 aanvragen voor uit-
zonderlijk grote of zware transporten,
grotendeels routine-arbeid. Automati-
sering vergt een centrale wegen
gegevensbank met 00k tijdelijke gege-
vens (bijvoorbeeld beperkingen door
werkzaamheden). Net als eiders levert
het intensief gebruik controles van de
gegevensbank op. Het schermbeeld be-
vat uiteraard een wegennet in vector-
vorm en een tekstdeel. Sommige auto
matisch gevonden problemen moeten
nog interactief worden getoetst. Voor
dit doel werden 00k duizenden grafi
sche documenten als bouwtekeningen
en foto's gescand. Het eigenlijke proces
is een iteratief toetsend routezoeken.
(Het gebruikte rdbms is Oracle en het
Gis-pakket Star-Carto.) In plaats van
met twee personen kan het toetsend
werk nu door een persoon worden ge-
daan. Interessant was het beeld dat
werd gegeven van de investeringen ver
sus de afschrijvingsperiode van de ver-
schillende componenten van GIS (zie
tabel).
Components
Innovation Cycles
(years)
Costs
Hardware
3-5
5
Software
- 10
15
Data capture
initial 5-20
80
Data usage
>50
S. Hodgson (vs) sprak over het gebruik
van automatische schema's ter ver-
rijking van bestaande digitale verzor-
gingsnetwerken en Systemen. Zeer hel
der beschreef hij daarbij 00k de ideale
automatisering: met genoeg geld en
beslist zonder bestaande Systemen en
gegevens. Normaal is het tegenover-
gestelde het geval en dat levert dus
migratiepaden op...
R. Webb (uk) constateerde dat na de
Gis-introductie op kantoren van nuts-
bedrijven de storingsmonteurs nog met
analoge kaarten het terrein worden in-
gestuurd. Er bestaat dan onder andere
een risico dat ze die persoonlijk bij-
houden en behouden. Southern Water
Services completeerde daarom de elek
tronische „data cycle" door de buiten-
dienst te voorzien van een mobiel Gis.
Men heeft daarin drie funeties: elek
tronische kaarten, schetsfaciliteiten en
formulieren.
U. Neunfinger (d), werkzaam bij sicad
producent Siemens Nixdorf ag, gaf een
verkopersvisie op Gis-trends. Ook hij
zag „integrated off-line use of geo-da-
ta" op laptops in bedrijfsauto's. Hij re-
lativeerde de kosten van zijn produkt
fundamenteel door vergelijking met de
kosten van gegevens. Relativerend was
ook voor dit Gis-gehoor dat gis niet do
minant is in „overall-iT-solutions". Hij
ziet verder eindgebruikers programme-
ren met gis en muldmedia onder ms-
Windows en verwacht een nog te stan-
daardiseren vraagtaal gql. Een Gis-pak-
ket is volgens deze spreker zelden goed
voor een organisatie. (Wat men nodig
heeft is siCAD/open, sicad/
view en eventueel nog een ander
pakket...) Ook een aparte Gis-afdeling
leek hem niet altijd ideaal. Er is geen
reden Gis-inzet voor het beheer van
verzorgingsnetten te combineren met
Gis-inzet voor marketing. In die zin
kunnen er rationeel geografische ge-
gevenseilanden blijven.
Afsluitend kan worden gesteld dat de
congressen van am/fm/gis op Europees
niveau sterk het karakter van een plat-
form dragen. De helft van de deel-
nemers (in totaal ruim 200) hield een
lezing of was bij de organisatie be-
trokken. Het belangrijkste deel van de
lezingen was niet gericht op academi-
sche theorievorming, maar op uitwisse-
ling van Gis-implementaties in organi-
saties. De proeeedings teilen bijna 300
pagina's en zijn te koop bij het am/fm-
secretariaat in Basel.
Adri den Boer
NCG/GIS-studiedag DLM/DKM
Op 6 oktober 1994 vond bij de Topo-
grafische Dienst in Emmen een studie-
dag plaats over de relatie tussen Digitale
Landschaps-Modellen (dlm) en Digi
tale Kartografische Modellen (dkm).
Deze studiedag was georganiseerd door
de Subcommisie gis van de Neder-
landse Commissie voor Geodesie
(ncg), in samenwerking met de werk-
groep Onderwijs en Onderzoek van
de Nederlandse Vereniging voor Karto-
grafie. Een dertigtal personen uit
wetenschap en praktijk was uitgeno-
digd om aan deze bijeenkomst deel te
Het onderscheid tussen dlm en dkm
wordt onder meer gemaakt in het door
Duitse topografische diensten ontwik-
kelde atkis (Amtlich Topographisch-
Kartographisches I nformationssystem)
dlm beschrijven daar het terrein, de
topografie, in termen van terreingeo-
metrie en terreinattributen, dit alles in
principe ongeacht de latere grafische
weergave. dkm daarentegen beschrijven
uitsluitend het kaartbeeld als verzame-
ling van grafische uitdrukkingsvormen
(symbolen, lijndikten, kleuren en tek-
sten). Dit fundamentele onderscheid
werd, vanuit theorie en praktijk, op de
studiedag bediscussieerd.
51