M.J. Kraak
i995-XXI-2
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
is het aantal werkgroepleden uitgebreid
tot acht. De bezetting van de werk-
groep bestaat momenteel uit: Aalders
(TU Delft), v.d. Boogert, Damoiseaux
(Meetkundige Dienst), Koop (Univer-
siteit Utrecht), Kraak (TU Delft),
Kuunders (TU Delft), Schokker (ITC)
en v.d. Veen (RIVM).
De werkgroep heeft zieh gebogen over
een nieuwe naam van de werkgroep.
Begin 1995 zal een beslissing moeten
vallen.
De werkgroep Kaartgebruik in
1994
In 1994 besloot de Algemene Leden-ver-
gadering van de NVK om de aanbeveling
tot het instellen van een werkgroep
Kaartgebruik over te nemen uit het rap-
port Met de NVK naar de 21 ste eeuw van
de commissie Toekomst NVK.
Deze aanbeveling kwam natuurlijk niet
uit de lucht vallen. In het verleden is er
al op verschillende studiedagen aan-
dacht besteed aan het gebruik van kaar-
ten, en in het Kartografisch Tijdschrift is
er al lange tijd een aparte rubriek
Kaartgebruik. Maar naarmate steeds
meer gebruikers van ruimtelijke infor-
matie de afgelopen jaren door de tech-
nologie in Staat werden gesteld om zon-
der tussenkomst van kartografen hun
eigen kaartbeelden re genereren (veelal
in een GIS-omgeving), kwam 00k steeds
vaker de vraag naar voren wat die
gebruikers nu precies willen met een
kaart. Daarbij gaat het niet meer alleen
om de door kartografen vervaardigde
gedrukte kaarten, maar steeds vaker om
de vele verschillende kaarten die op het
beeldscherm verschijnen bij de explora-
tie, analyse en uiteindelijk 00k presenta-
tie van ruimtelijke informatie in een
geografisch informatiesysteem.
Het is de taak van kartografen om er
voor te zorgen dat kaarten (of die nu
alleen op het scherm verschijnen of wor
den gedrukt) zo goed mogelijk aan hun
doel beantwoorden. Daartoe is het aller-
eerst noodzakelijk om die doelen nauw-
keurig te bepalen, met andere woorden
om te bepalen hoe kaarten funetioneren
bij het gebruik van ruimtelijke informa
tie. Daarnaast moet 00k rekening wor
den gehouden met allerlei factoren bui-
ten de kaart zelf, die het gebruik ervan
bei'nvloeden, zoals bijvoorbeeld de
eigenschappen van de gebruikers en de
gebruiksomgeving (bijvoorbeeld het
waarnemen van kaarten op beeldscher-
men).
De nieuwe werkgroep Kaartgebruik zal
op dit gebied de körnende jaren binnen
Nederland een coördinerende rol moe
ten gaan vervullen. De werkgroep zal
moeten trachten om kennis van kaartge
bruik te verzamelen en op gestruetureer-
de wijze ter beschikking te stellen aan de
leden van de NVK, onder meer via studie
dagen en publikaties.
Gedurende het gehele jaar 1994 heeft de
werkgroep Kaartgebruik nog de aandui-
ding 'in oprichting' behouden. De reden
hiervoor was dat het denkproces over de
speeifieke doelstellingen en de samen-
stelling van de werkgroep nog niet kon
worden afgerond. Ook de afbakening
van het werkterrein ten opzichte van de
andere NVK-werkgroepen (met name de
werkgroep Kaartbeheer en de nieuwe
werkgroep Kartografie en Vormgeving)
dient zorgvuldig te geschieden. Over
wogen kan worden om enkele echte
kaartgebruikers, dat wil zeggen niet-kar-
tografen, op te nemen in de werkgroep.
Het probleem daarbij is echter dat er zo
veel verschillende soorten kaartgebruik
en kaartgebruikers zijn (vergelijk bij
voorbeeld het gebruik van kaarten op
school, van wegenkaarten in de auto, van
historische kaarten of van allerlei thema
tische kaarten bij geografisch onder-
zoek). Het is daarmee moeilijk om een
paar representatieve gebruikers te selecte-
ren. Daarom kan misschien beter
gedacht worden aan een werkgroep die
bestaat uit een kern van slechts enkele
kartografen, die geinteresseerd zijn in
kaartgebruik, en die 'projectgroepen' kan
instellen voor bepaalde aspecten of vor-
men van kaartgebruik. In zo'n project-
groep kunnen dan ook de gebruikers zelf
worden opgenomen.
Een eerste project dat zieh nu aandient is
het gebruik van fietskaarten: de fietsers-
bond ENFB heeft de NVK namelijk ge-
vraagd om mee te werken aan een voor-
lichtingsfolder over het gebruik van
fietskaarten. Met dit project kan de
werkgroep in 1995 wellicht van de aan-
duiding 'in oprichting verlost worden.
Mocht u interesse hebben in het lid-
maatschap van de projectgroep Fiets
kaarten, of van de werkgroep Kaart
gebruik in het algemeen, dan wordt u
verzocht contact op te nemen met:
Corne van Elzakker (ITC, Postbus 6,
7500 AA Enschede, tel. 053-874478).
C.P.J.M. van Elzakker
De NVK-begeleidingscommissie
ogcu- cursussen kartografie in
1994
De eerste cursus Technisch Kartograaf I
is gestart met 20 deelnemers. De in-
houd van de cursus en de organisatie is
aangepast naar aanleiding van de erva-
ringen met deze eerste cursus. De twee-
de cursus Technisch Kartograaf II startte
in februari 1995. Het maximum aantal
deelnemers per cursus is beperkt tot 20.
Er is verwarring gezaaid over de cursus-
namen cq. aanduiding van het niveau.
Achtereenvolgens werden de volgende
aanduidingen gebruikt:
B - A (b laagste niveau, o.a. in Geodesid)
A - B (a laagste niveau, o.a. in KT.XX.4)
Deel 1-2
I - II (huidige aanduiding bij het
OGCU).
De laatste aanduiding wordt gehand-
haafd.
De commissie is accoord gegaan met
een cursus per jaar (afwisselend I en Ii),
welke steeds Start in de eerste maanden
van het kalenderjaar.
Na de uitreiking van de getuigschriften
wordt een verslag naar het KT gestuurd.
De begeleidingscommissie bewaakt de
kwaliteit en het niveau van de cursus
sen door controle van:
leerdoel- en niveau-omschrijvingen
wervings- /voorlichtingstekst
aeeeptatie van aspirant cursisten (con
trole niveau)
leerstof-omschrijvingen
de dictaten papers.
Bovendien:
de commissieleden kunnen op ver-
zoek de toetsvragen en opdrachtre-
sultaten inzien;
de commissie wordt uitgenodigd voor
de eindbeoordelingsvergadering;
de commissieleden kunnen lessen en
practica bijwonen.
R. T. de Wijs
TÜltKiYE CUMHUKiYtTi
Yc UAr yypbiH a/ib AHbi 4P
64