KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT mist hij de aspecten GIS, GIS-modellen en ruimtelijke analyse/gegevens bij de werkgroepen. Voorzitter Hoogendoorn-Beks bracht naar voren dat er natuurlijk raakvlak- ken zijn. Daarom is een goede samen- werking belangrijk. De accenten van de werkgroepen verschillen voldoende! Kraak voegde hieraan toe dat de GIS- component vanzelfsprekend onder de automatiseringshulpmiddelen valt. Koop herinnerde de vergadering er aan dat door de werkgroep aanvankelijk voor de nieuwe naam 'Ruimtelijke In- formatie Technologie' was gekozen welke door het bestuur is verworpen. Ormeling senior vroeg zieh af of er een parallelliteit is met de internationale ICA-commissies en/of de ICA-model van Standing' en niet-'standing' werkgroe pen na te volgen was? Ormeling junior en E.S. Bos meldden dat hoewei stan ding commissies in principe altijd blij- ven bestaan, de standing commission on Advanced Technology aanstaande September in Barcelona opgeheven zal worden omdat de commissie de laatste tijd weinig heeft gedaan en de techno- logie overal gei'ntegreerd is met andere onderwerpen binnen de kartografie. De ICA heeft geen speciale commissie voor GIS. Aan de internationale para- plu-organisatie IUSM, waarvan de ICA lid is, is een werkgroep GIS gekoppeld. GIS is niet een onderwerp dat als iets zelfstandigs zal blijven bestaan. Vervolgens vroeg Ormeling senior zieh af welke NVK-werkgroepen contacten hebben met de ICA-commissies. Is Nederland internationaal goed verte- genwoordigd Hierop noemde de voorzitter alle verte- genwoordigingen op binnen de ICA- commissies en -werkgroepen. Bij bijna elke commissie of werkgroep is een betrokkenheid. Afgelopen 24 maart is een bijeenkomst in Nederland geweest van het ICA-bestuur, de voorzitters van de ICA-commissies en -werkgroepen en NVK-werkgroepen. Er is een actieve internationale inbreng van de Neder- landse vertegenwoordigers. De heer Ormeling senior gaf hierop aan dit zeer bemoedigend te vinden. De voorzitter besloot op dit moment de vergadering voor tien minuten te schorsen voor een körte koffiepauze. Om 11.45 uur werd de vergadering voort- gezet met een toelichting van mw. Blok op het jaarverslag van de redactie van het Kartografiscb Tijdschrift. Zij bracht naar voren dat de samenwerking met Geosesia inmiddels heeft geresulteerd in een gezamenlijk nummer van het KT en Geodesia dat alle NVK-leden afgelopen januari hebben ontvangen. Op basis van de terug ontvangen antwoordkaar- ten, waarop de lezers via een vijftal vra- gen hun mening kwijt konden over het proefnummer en de nieuwe lay-out, heeft de KT-redactie een aantal opties geformuleerd voor verdere samenwer king in de toekomst: 1. KT en Geodesia gaan verder ieder huns weegs; 2. de huidige samenwerking wordt voortgezet, maar geen gemeenschap- pelijke nummers meer; 3. de huidige samenwerking wordt voortgezet en over een jaar weer een gemeenschappelijk nummer; 4. verdergaande samenwerking en prak tische/ organisatorische integratie met per jaar 8 x Geosesia en 3X KT; 5. volledige integratie, resulterend in een nieuw tijdschrift dat alle betrok- ken vakgebieden bestrijkt. De KT-redactie kiest voor de derde optie. Mw. Blok vroeg hoe de vergade ring tegenover deze keuze Staat. E.S. Bos meldde hierop dat hij het voor- stel van de KT-redactie van harte wil ondersteunen. Ras was 00k deze me ning toegedaan. De heer Van der Schans wilde eigenlijk graag 12 gezamenlijke nummers. Waar- om niet optie 4? Van Elzakker bracht hier tegenin dat dan de eigen identiteit teveel verloren gaat. Ormeling junior bracht naar voren dat de redactie van Geodesia deze optie inmiddels niet meer hanteert. Alleen de opties 3 of 5 zijn nog mogelijk. Voorzitter Hoogendoorn-Beks trok de conclusie dat de ledenvergadering de keuze van de redactie ondersteunt en hiermee kiest voor een volgend gemeen- schappelijke nummer in 1996. Van der Schans merkte naar aanleiding hiervan op dat in een nieuw gemeen schappelijk nummer meer het kaartge- bruik alsmede de aspecten ontwerp, visu- alisatie en GIS aan de orde moeten komen. Mw. Blok antwoordde dat in een volgend combinatie-nummer meer verschillende onderwerpen aan bod zullen komen. De vergadering complimenteerde de KT-redactie met een applaus voor de totstandkoming van het gemeenschap- pelijke nummer. Het heeft enorm veel inzet van de redactie gevergd. 1995-XX1-2 20* «SAKUBIR Na de werkgroepen kwam de Neder- landse vertegenwoordiging in ICA-com missies en -werkgroepen aan de orde. Vanwege de veelheid aan verslagen werd besloten de verslagen niet een voor een aan de orde te laten komen. E.S. Bos, iCA-vice-president, bracht naar voren dat Nederland internatio naal een behoorlijke rol speelt. Van der Steen lichtte zijn verslag van de activiteiten van de ICA-Commission on Map Production Technology nader toe. De commissie is bezig met de revisie van het Compendium on Cartographic Techniques. Het zal worden aangevuld met een tweede deel over digitale tech- nieken. Dit nieuwe deel komt in 1997 gereed. Het compendium is vooral van belang als leidraad voor het onderwijs. Bestuursorganisatie In een notitie, die te zamen met de uit- nodiging voor de ledenvergadering aan alle leden was toezonden, presenteerde het bestuur een nieuwe bestuursorganisa tie voor de NVK. Het voorstel werd door de heer Kraak nader toegelicht. De heer Kraak zette uiteen dat het bestuur op basis van de resultaten van de enquete onder de leden en de discussie rond het adviesrapport Met de NVK naar de 2ie eeuu) voorstelt een kernbestuur met vijf leden in te stellen dat wordt onder- steund door een algemeen bestuur met daarin vertegenwoordigers van alle actie ve onderdelen van de vereniging (maxi maal 16 leden). Hiermee wordt een extra bestuurslaag gecreeerd binnen de NVK. Reden voor de verandering is de behoef- te om de betrokkenheid van de werk groepen, commissies (congrescommissie, (in te stellen) PR-commissie), ICA-verte- genwoordigingen en de KT-redactie te vergroten. Door de snelle veranderingen worden contacten steeds belangrijker en ontstaat er meer behoefte aan coördinatie. 71

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1995 | | pagina 73