Körte samenvattingen van de artikelen in Kartografisch Tijd
schrift 1995.XXI.3:
C. Koeman - Ferjan Ormeling verlaat de redactie van het
Kartografisch Tijdschrift
De auteur is redacteur geweest van Kartografie, de voorloper van
het KT. Meer dan 25 jaar geleden benoemde hij Ferjan Ormeling
als redacteur. De auteur bespreekt de ontwikkelingen van de
tijdschriften gedurende de afgelopen 25 jaar met de nadruk op de
bijdragen van Ormeling.
J.J.C. Piket - Het profiel van twintig jaargangen Kartografisch
Tijdschrift: kartografie tussen geografie en geografie
De artikelen die sinds 1975 in het KT zijn versehenen kunnen wor
den ingedeeld in drie categorieen: 1. 'gidsartikelen', 2. 'assesori-
sche' artikelen en 3. 'doorlopers'.
Op grond van deze classificatie kunnen drie fasen in de ontwik-
keling van de kartografie in Nederland sinds 1975 onderscheiden
worden.
Chr.J. Snabilie - Berichten en Netwerk; 20 jaar verslaggeving
in het Kartografisch Tijdschrift
De rubriek Berichten bestaat langer dan het KT in zijn huidige
vorm. De rubriek Netwerk is bedoeld om te informeren over het
'wel en wee' en de activiteiten op ons vakgebied. Ferjan Ormeling
gaf ons een goed voorbeeld.
G.W.J. Van Omme - 'Zo kan het... maar zo kan het 00k!'
Verbeteren aan Verbeteringen
Zo kan het... maar zo kan het 00k! is een rubriek die sinds 1973
in het KT verschijnt. Uit inventarisatie van de (siechte) voor-
beelden blijkt dat het grootste deel van de misstappen bestaat
uit het verkeerde gebruik van visuele variabelen.
R. Hootsmans - Het Kartografisch Tijdschrift gei'llustreerd
1975-1994
Voor een goede indruk van de mate van illustratie in het KT is
een inventarisatie gemaakt van vrijwel alle nummers van het KT
in de periode 1975-1994.
De mate van illustratie in het KT is goed, maar kan nog beter.
A.J. Kers - Vijfentwintig jaar kartografische periodieken. Wat
stond er zoal in? Een kwantitatieve beschouwing
In de periode 1969-1995 kwam onder het redacteurschap van prof.
dr. F.J. Ormeling 105 maal de officiele Nederlandse kartografische
periodiek uit. Uit een analyse blijkt dat het aantal artikelen per
jaargang in die periode eerst toenam en zieh later consolideerde.
P.C.J. van der Krogt - Twintig jaar historische kartografie in
het Kartografisch Tijdschrift
Twintig jaargangen KT bevatten in totaal 65 artikelen betreffen
de de historische kartografie. Daarmee weerspiegelt het KT zeker
00k de ontwikkelingen in de Nederlandse kartografie op histo
risch gebied. De verschijning van het historisch-kartografisch
tijdschrift Caert-Thresoor heeft geen merkbare invloed gehad op
de historische bijdragen in het KT.
P.W. Geudeke - FJO en de topografie
De afgelopen 25 jaar heeft de topografische kartografie een gro-
te ontwikkeling doorgemaakt. Daarbij zijn 3 perioden te onder
scheiden. De periode 1969-1975 kent nog weinig nieuwe ont
wikkelingen. In de periode 1975-1989 is er een toenemende
aandacht voor thematische toepassingen van topografische
kaarten. In de periode 1990-1994 vinden de grote technologi
sche veranderingen plaats.
A.H. Verroen - Stadskartografie in 25 jaar Nederlandse karto
grafische tijdschriften, 1970 - 1995
Tot 1970 werd stedelijke kartografie alleen beoefend bij de land-
meetkundige afdelingen van Amsterdam, Den Haag en
Rotterdam. Met de vraag naar meer themakaarten en de opkomst
van moderne grafische technieken begon de evolutie van de stads
kartografie.
C.A. Blok - Aandacht voor atlaskartografie. Tendensen in
ruim een kwart eeuw informatievoorziening op atlasgebied
Enkele opvallende ontwikkelingen op het gebied van atlaskar
tografie uit de afgelopen 25 jaar worden aangestipt. Er komen
drie tendensen naar voren. 1. De publikaties markeren vaak
belangrijke gebeurtenissen in de Nederlandse atlaskartografie.
2. De publikaties hangen vaak samen met een concreet produkt.
3. De publikaties gaan vaak over nationale/regionale atlassen of
over schoolatlassen.
C.P.J.M. Van Elzakker - Ontwikkelingen in de thematische
kartografie
Veel veranderingen vonden hun oorzaak in technologische ont
wikkeling. Een kaartgerichte wijze van denken maakte steeds
vaker plaats voor een benadering die meer gericht is op de
geografische informatievoorziening en de rol die thematische
kaarten daarbij kunnen speien.
F.H. Boersma - Gissen naar kaarten. 20 jaar op zoek naar
'Automatisering in de kartografie'
Het gebruik van Computers in de kartografie was in 1978 nog
een noviteit. In 1995 speelt kartografische communicatietheorie
een hoofdrol in 'visualisering van Gis'.
Technische produktie en toepassingen zijn in het KT uitstekend
aan de orde zijn gekomen, theoretische achtergrond redelijk.
Commerciele Software kreeg iets te veel nadruk, toegankelijk-
heid van bestanden en documentatie daarentegen te weinig.
J. van Westen - Dichtbij of veraf. Relatieve Plaatsbepaling. De
kaart als hulpmiddel voor de 'verdwaalde' mens
De auteur bestudeert schematische voorstellingen zoals kaarten
van niet-westerse culturen in een poging de grondslagen van die
culturen te begrijpen en te betrekken in zijn waarneming van de
wereld. Als beeidend kunstenaar verwerkt hij zijn bevindingen
in landschapsbeschrijvingen (topografieen) om zo zijn plaats te
kunnen bepalen in een complexe wereld.
B. Sneller - Van luchtfoto tot beslissing
Dankzij remote-sensing-technieken hebben gebruikers van
ruimtelijke informatie toegang tot enorme hoeveelheden actu-
ele gegevens. Bij het bewerken van satellietbeelden speelt het
gebruik van een digitaal terreinmodel een belangrijke rol.
F.J.M. van der Wel - Visualisatie van veranderingen; het
gebruik van remote-sensing-data in monitoringoperaties
De rol van remote-sensing-data in monitoringoperaties wordt
toegelicht, waarbij veranderingen in landbedekking die zieh
gedurende een bepaalde periode hebben voorgedaan worden
ge'identificeerd. Deze dynamische 'veranderingsinformatie'
wordt veelal op een statische wijze weergegeven. Het ligt meer
voor de hand om de mate van dynamiek te representeren.
R.M. Hootsmans B.J. Köbben - Kartografische produktie
van remote-sensing-beelden. Integratie van remote-sensing-
informatie in een kartografische boodschap
Bij de vakgroep Kartografie is een methode uitgewerkt die laat
zien dat voor elke vorm van integratie van remote-sensing-
informatie in een kartografische boodschap wel degelijk een
oplossing bestaat die binnen een omgeving waar men met
remote-sensing apparatuur werkt vrijwel altijd voorhanden is.
