Tendensen in de
informatievoorziening
op atlasgebied
199S-XXI-3
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
foto's, diagrammen, grafieken enzovoort gebruikt om het
verhaal zo volledig en aantrekkelijk mogelijk te kunnen ver
teilen. De in de loop der tijd veranderde opvatting over wat
'atlas' mag heten blijkt uit de volgende twee citaten, afkom-
stig uit respectievelijk 1982 en 1992: 'Bij de kartografische
atlassen zien we een zekere erosie van het begrip atlas optre-
den. Vooral bij de atlassen bestemd voor de publieksmarkt
wordt het kaartendeel steeds meer overwoekerd door tekst,
foto's, diagrammen en dergelijke. Zolang de kaarten nog een
belangrijk deel van het geheel vormen zien wij deze uitgaven
nog steeds als echte atlassen; waar de ondergrens ligt is nau-
welijks vast te stellen.' [5] en 'Het rigide gezichtspunt dat een
atlas een kaartenboek is en daarom alleen maar kaarten hoort
te bevatten, vermindert de nuttigheid van het atlasconcept.
Dat geldt des te meer waar de nieuwe Hypercard omgeving
ons in Staat steh allerhande dementen zoals tabellen, matri-
ces, foto's en tekeningen naast kaarten op te nemen in digi
tale atlassen, waardoor er een grotere variatie in de presenta-
tiemiddelen kan ontstaan.' [4]. Hoewel het hier gaat om de
meningen van twee verschillende auteurs geeft het tweede
citaat toch goed de hedendaagse opvatting weer, terwijl het
eerste citaat nu als verouderd beschouwd kan worden.
Bij een elektronische atlas kan de gebruiker zelfs in Staat wor
den gesteld om zijn eigen Verhaal' te maken: de meest
geavanceerde produkten stellen de (gevorderde) gebruiker in
Staat om elke gewenste combinatie van ruimtelijke gegevens
die de atlas bevat, te analyseren en te visualiseren. Toch is 00k
hier de 'ingebakken' verhalende component, bijvoorbeeld in
de vorm van een 'default'-volgorde waarin de informatie
indien gewenst - bekeken kan worden, belangrijk. In feite
vormt dat het belangrijkste verschil tussen een elektronische
atlas en een GIS. Als definitie voor het begrip elektronische
atlas kan daarom gelden: 'een geautomatiseerd geografisch
informatiesysteem dat is gerelateerd aan een bepaald gebied
of een bepaald thema, in samenhang met een specifiek doel
met een aanvullend verheilend vermögen waarin kaarten een
dominerende rol speien' [6], Alhoewel de gebruiksmogelijk-
heden van een elektronische atlas in de meeste gevallen verder
reiken dan die van een gedrukte atlas [6], zal het papieren
produkt voorlopig overigens niet verdwijnen, al is het alleen
maar omdat het zo gemakkelijk ter hand te nemen is en over-
al gebruikt kan worden, zonder afhankelijk te zijn van appa-
ratuur.
Bovengenoemde veranderde opvattingen en de technologi
sche vernieuwingen komen onder meer naar voren in recen-
te nationale atlassen. In het begin van de beschouwde perio-
de waren de opvattingen op dit gebied nog sterk bepaald
door de ideeen die door Salichtchev waren ontwikkeld bin
nen het kader van de van 1956 tot 1976 bestaande Commissie
voor Nationale Atlassen van de Internationale Geografische
Unie [7]. Nationale atlassen waren sterk inventariserend, in
een vaste volgorde van thema's werd een zo nauwkeurig moge
lijk beeld van een land gegeven. Na een beschrijving van het
fysisch milieu - dat mogelijkheden biedt, maar 00k Seperkin-
gen oplevert voor menselijke activiteiten kwamen respectie
velijk de demografische, economische en culturele aspecten van
het land aan bod. De atlas werd beschouwd als het nationale
visitekaartje, en de gebruikers waren vooral wetenschappers. In
de loop van de jaren zeventig veranderen de doelstellingen ech
ter. Een nationale atlas moet dan probleemgericht zijn, nega-
tieve aspecten van een samenleving moeten 00k aan bod
komen. De mens komt meer centraal te staan, want hij is tot
op grote hoogte in Staat het fysisch milieu aan te passen aan zijn
wensen. Nationale atlassen worden 00k
toegankelijker voor een breder publiek
[8]. Het eerder genoemde verhalende
vermögen wordt belangrijk geacht; kaar
ten worden samen met andere grafische
voorstellingen ge'fntegreerd in de teksten
van gedrukte atlassen, en in de digitale
Varianten maakt de Hypermedia-achtige
struetuur integratie mogelijk.
Enkele andere trends waren al zichtbaar
in de jaren vijftig en/of zestig, en zetten
door in de beschouwde periode. Zo is de
produktie van atlassen in de afgelopen
vijfentwintig jaar verder toegenomen.
Er verschijnen 00k steeds meer verschil
lende soorten atlassen, met name 00k
produkten die zieh richten op 'het grote
publiek', zoals gezins- en foto-atlassen.
De internationalisering als gevolg van de
concurrentie, met name op het gebied
van school- en gezinsatlassen, neemt
verder toe. Er verschijnen steeds meer
licentie-uitgaven. Nieuw is het gebruik
van satellietbeelden in atlassen. Tenslot-
te doet een aantal facsimile-uitgaven
vermoeden, dat het historische belang
van vroege kartografische produkten
wordt erkend.
Aan bovenstaande ontwikkelingen is in
diverse artikelen in de Nederlandse kar
tografische periodieken aandacht besteed
(zie de referenties aldaar). In deze para-
graaf wordt nader op de publikaties in de
afgelopen vijfentwintig jaar ingegaan. Als
ze allemaal worden overzien, zijn er drie
algemene tendensen waarneembaar.
1. De publikaties markeren vaak belangrij-
ke gebeurtenissen in de Nederlandse atlas-
kartografie.
Allereerst is er in 1977 het honderdjarig
bestaan van de Bosatlas, en het afscheid
van prof.dr. F.J. Ormeling sr. als redac-
teur van die atlas. In de tweeentwintig
jaar waarin Ormeling die funetie vervul-
de zijn er heel wat Verbeteringen in de
atlas doorgevoerd. De auteur merkt op
dat de leerling-kaartgebruikers van
schoolatlassen nooit geraadpleegd zijn in
Nederland [9]. Eiders is dat wel het
geval, met name in Engeland door
Sandford. Verder wordt in hetzelfde jaar
de Atlas van NederlanA, eerste editie
(1963-1977), afgesloten (het Supplement
verschijnt overigens in de periode 1978-
1981). De kartografendagen van de NVK
worden aan deze gebeurtenissen gewijd,
48