Tijd, ruimte en veranderingen Waarde KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT I995-XXI-3 Het chronologisch rangschikken en systematisch vergelijken van de ver schallende momentopnamen resulteert in een basis voor de detectie en identi- ficatie van veranderingen. Teneinde een beeld te krijgen van de mate waarin een gebied veranderd is, is een eenduidige kartografische weergave van de 'veran- deringsinformatie' gewenst. De introductie van informatiesystemen en het op grote schaal beschikbaar komen van digitale geografische gege- vens (zoals remote-sensing-data), wer- pen een nieuw licht op de analyse en visualisatie van veranderingsinforma- tie. De combinatie van verschillende bestanden is eenvoudiger geworden en de middelen om dynamische informa- tie op een meer dynamische wijze weer te geven zijn toegenomen. In het onderstaande zal het gebruik van zoge- naamde dynamische variabelen in aan- sluiting op de toepassing van grafische variabelen voor de visualisatie van ver anderingen worden toegelicht. Er zal eerst nader worden ingegaan op de rela- tie tussen tijd, ruimte en attribuut en de betekenis van remote-sensing-data voor de afleiding van veranderingsin- formatie. Geografische data verschaffen informa- tie over de complexe werkelijkheid door de omgeving te beschrijven aan de hand van de positie ('waar') en attribu- ten ('wat', 'hoeveel') van objecten. Deze objecten kunnen in de loop der tijd niettemin worden onderworpen aan veranderingen, waarbij het volgen- de onderscheid kan worden gemaakt: veranderingen van binnenuit han gen samen met de aard van een fenomeen, waardoor er zieh min of meer voorspelbare wijzigingen voordoen als onderdeel van een proces, bijvoorbeeld een groeipro- ces waarbij veranderingen per sei- zoen kunnen worden gekarakteri- seerd; veranderingen van buitenaf refere- ren aan de gevoeligheid of weer- stand van een verschijnsel in relatie tot natuurlijke en menselijke ingre- pen. De waarde van geografische data als abstractie van de werkelijkheid is dien- tengevolge gebonden aan de tijd (actu- aliteit). Het belang van deze constate- ring is overigens afhankelijk van de tijdschaal waarop veranderingen zieh voordoen (dynamiek), zoals hiervoor reeds aangegeven. Het tijdsverloop hoeft overigens niet noodzakelijkerwijs volgens een 'lineair' traject te verlopen. Een oppervlakte met land- bouwgewassen kan een progressieve toename in omvang ver tonen, maar tegelijkertijd kunnen de gewassen elkaar vol gens een bepaalde cyclus opvolgen. Daarnaast komt het voor dat objecten geen eenduidige relatie met de factor tijd verto nen en dat een ontwikkeling een meer willekeurig traject volgt, opgelegd door ingrijpende wijzigingen van buitenaf. Veranderingen kunnen zieh op verschillende manieren manifesteren en daarbij zowel de ruimtelijke als niet-ruimte- lijke eigenschappen van objecten bei'nvloeden. Figuur 1 geeft een schematisch overzicht van de verschillende aspecten van temporele veranderingen. Locatie Het signaleren van de plaats alwaar een verandering zieh heeft voorgedaan is misschien wel de meest primaire uiting van veranderingsinformatie. Informatie over de locatie van een verandering kan worden gei'nterpreteerd in termen van verplaatsing, uitbreiding/inkrimping en aan-/afwezigheid. Omvang Wanneer informatie over de locatie van een verandering duidt op een ander proces dan verplaatsing, dan is er sprake van een verandering in omvang. De combinatie van informatie over de hoeveelheid toe-/afgenomen of verdwenen/verschenen gebied en over de plaats waar dit zieh heeft voorgedaan, levert een structurele bijdrage aan het inzichtelijk maken van de dyna miek van een gebied. Vorm Een object dat onder invloed van de tijd in ruimtelijke zin ver ändert, kan een geheel andere vorm aannemen. Het informa- tiegehalte van dit soort veranderingen is echter laag, omdat er of sprake is van een vormvaste ruimtelijke indeling (rechthoe- kige percelen), öf van een min of meer willekeurige vormver- andering die geen unieke relatie vertoont met het beschouwde fenomeen/proces (stadsuitbreiding). Aard Het feit dat er zieh een verandering heeft voorgedaan biedt vaak niet voldoende houvast; veelal wordt gekeken naar een toe- of afname van een bepaald type landgebruik (bijvoorbeeld toename van bebouwd gebied). Daarnaast kan informatie over de aard van deze verandering gewenst zijn (bijvoorbeeld toe name bebouwd gebied ten koste van agrarisch land of ten kos te van glastuinbouw). Een object kan dezelfde geografische positie en attributen behouden, terwijl de waarde van zo'n attribuut een verande ring kan vertonen. In het onderzoek van Moen et al. [4] wordt bijvoorbeeld op basis van een satellietbeeld per rasterelement het percentage heidebedekking afgeleid; er kunnen dientenge- volge 'heidepixels' worden onderscheiden met verschillende bedekkingspercentages. Tempo In een kwantitatieve zin kan de vergelijking van landbedek- king/landgebruik op verschillende tijdstippen informatie ople- veren over de dynamiek van een gebied. Bijvoorbeeld, tussen 1990 en 1994 heeft stad A zieh met 20 hectare uitgebreid. Voorzichtigheid is echter geboden, omdat een verschijnsel zieh 85

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1995 | | pagina 95