Hoe komen remote-sensing-gegevens dichter bij de gebruiker? Ervaringen uit het CAMOTius-project Inleiding 15 KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT I995-XXI-4 F.J.M. van der Wel Teledetectie; kwaliteitsbeheersing; onderzoek TREFWOORDEN Remote sensing; quality control; research keywordS Teledetection; contröle de qualite; recherche mots-CLES De informatie die uit remote-sensing-gegevens kan worden afgeleid, wordt in hoge mate bepaald door de ervaring eil de kennis van de gebruiker van een informatiesysteem. Onwetendheid over eigenschappen en de statistische betekenis van gegevens leidt niet zelden tot een teleurstellend resultaat. Gebruikers- ondersteuning moet daar verandering in brengen. Kartografen kunnen daarbij een rol speien, bijvoor- beeld door visuele overdracht van kwaliteitsinformatie. In dit artikel leest u er meer over. Satellieten die de aarde vanuit de ruimte 'bespieden' zijn een waardevolle leverancier van ruimtelijke gegevens gebleken. De kartografie heeft het be lang van deze remote-sensing-gegevens voor thematische studies met een in- ventariserend karakter reeds lang gele- den onderkend. Bekend zijn bijvoor- beeld de landbedekkingskaarten ('land cover'), die door middel van een al dan niet geautomatiseerd classificatieproces worden verkregen en informatie leve- ren over het soort begroeiing of be- bouwing (of het ontbreken ervan) in een bepaald gebied. Ciolkosz Kesik [1] stellen dat de door de satellieten opgenomen gegevens over het alge- meen op drie verschillende manieren in kartografische toepassingen kunnen worden gebruikt: exclusief, aanvullend en vervangend (zie 00k [2]). Naast the matische kaarten toont een toenemend aantal topografische en satellietbeeld- kaarten het kartografisch belang van deze gegevens. De wereldwijde behoef- te aan actueel en betrouwbaar kaart- materiaal op relevante schaalniveaus heeft zeker een stimulerende werking gehad op de exploratiedrang van kar tografen op het gebied van aardobser- Drs. F.J.M. van der Wel is werk- zaam als onderzoe- ker bij de vakgroep Kartografie van de Universiteit Utrecht (Postbus 80. Iis, 35°8 tc Utrecht, tel. OjO - 2S31372, e-mail: f. vanderwel@fhv. vatiegegevens [3]. De betrokkenheid van kartografen gaat echter verder dan alleen de presentatie van deze gegevens; het gehele informatieproces verdient de aandacht van een onafhankelijke ruimtelijke-gegevens expert, die in Staat is om - bij voorkeur - gevisualiseerde gebruikersondersteuning te leveren. De wijze waarop en het succes waarmee informatie uit re mote-sensing-gegevens wordt afgeleid, is nog steeds sterk afhankelijk van de mate waarin de gebruikers op de func- tionaliteit van een beschikbaar informatiesysteem leunen. Zolang voldoende kennis over de mogelijkheden van gege vens en methoden ontbreekt, bestaat het gevaar van een on- doordacht 'trial-and-error' proces, dat nog eens kan worden versterkt doordat men niet zelden onbekend is met de rand- voorwaarden die aan de gewenste informatie zijn gesteld. Het gevolg is dat de kwaliteit van de afgeleide resultaten (bijvoorbeeld identificatie van de aard van de landbedek- king) in Sterke mate afhankelijk is van de (persoons- en tijdsafhankelijke) ervaring en de vaardigheden van de ope- rator/gebruiker, en de door hem of haar gemaakte aanna- men. Het is duidelijk dat dit de herhaalbaarheid en objecti- viteit van de informatie-extractieprocedure nadelig bei'n- vloed. Bovendien werkt het - het toch al aanzienlijke en hardnekkige - misbruik van remote-sensing-gegevens in tal- rijke toepassingen in de hand. Onwetendheid met betrek- king tot de fysische eigenschappen en de statistische beteke nis van steekproefgegevens kan leiden tot een zinloze proce- dure met een teleurstellend resultaat, waardoor de geloof- waardigheid en acceptatie van remote-sensing-gegevens in mogelijk zinvolle toepassingsgebieden geweld wordt aange- daan (figuur 1). In dit artikel wordt gesteld dat een bepaald niveau van ge bruikersondersteuning is vereist om het informatiegehalte van de resultaten te verbeteren. Het kweken van begrip en inzicht zou de gebruiker dichter bij de remote-sensing-gege vens moeten brengen, een taak waaraan 00k (of juist?) kar tografen zieh moeten wijden. De aandacht wordt in het bij- zonder gevestigd op de extractie van landbedekkingsinfor- matie op basis van remote-sensing-gegevens met behulp van classificatiemethoden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1995 | | pagina 21