Körte samenvattingen van artikelen
in Kartografisch Tijdschrift I995.XXI.4
R. Knippers B. Köbben
Het monitoren van landbedekking in Zuid-Frankrijk
Onderwijs in remote-sensing classificatietechnieken
Dit artikel beschrijft de opzet van een project voor het mo
nitoren van de landbedekking in het dal van de Calavon,
Departement Vaucluse, Zuid-Frankrijk met behulp van re-
mote-sensing-beelden en classificatietechnieken. Het pro
ject is vooral bedoeld om Studenten in de kartografie aan de
Universiteit Utrecht en het ITC te Enschede het werken met
deze beeiden met behulp van diverse technieken aan te
leren. Daarnaast wordt geprobeerd om een beter inzicht te
krijgen in de mogelijkheden en problemen bij het verzame-
len van trainingsdata en bij de verschillende classificatie
technieken.
EJ.M. van der Wel
Hoe komen remote-sensing-gegevens dichter bij de gebrui-
ker? Ervaringen uit het CAMOTlUS-project
Dit artikel gaat in op het belang van gebruikersondersteu-
ning voor, tijdens en na het classificatieproces dat informa-
de onttrekt uit remote-sensing-data. Kwaliteitsinformatie,
bij voorkeur gevisualiseerd, bevordert het juiste gebruik van
deze data en steh de gebruiker in Staat om uitspraken te
doen over de geschiktheid van het eindresultaat voor de be-
oogde toepassing.
Monitoring, gebaseerd op afzonderlijke classificaties, kan
eveneens baat hebben bij informatie over de kwaliteitscom-
ponenten; in plaats van de nauwkeurigheid van de uit-
gangsdata te maximaliseren, kan gestreefd worden naar een
voldoend hoge nauwkeurigheid. Het camotius Classificatie
Monitoring Tool dat op dit moment wordt ontwikkeld,
beoogt de afleiding van optimale resultaten door de gebrui
ker dichter bij het classificatieproces te brengen - visuele in-
formatie-overdracht past in het streven naar meer begrip.
RC.J. van der Krogt
De Amsterdamse atlasproduktie in de jaren 1630: een
nacbtmerrie voor de bibliograaf
In een van de varia-sessies tijdens de i6e Internationale
Conferentie voor de Geschiedenis van de Kartografie ging
Peter van der Krogt dieper in op een van de grootste pro
blemen in de samenstelling van de nieuwe bibliografie van
Nederlandse atlassen: het voorkomen van onstabiele edi-
ties'. Het bibliografische principe van het beschrijven van
het 'ideale exemplaar' is daardoor niet mogelijk. In dit
nummer volgt de vertaalde tekst van de lezing.
E. Okhuizen
Nederlandse kartografen in dienst van tsaar Peter de Grote
Tot ca. 1700 versehenen gedrukte kaarten van Rusland uit-
sluitend in West-Europa. Tijdens de i8e eeuw vond het
drukken van kaarten van Rusland 00k in Rusland zelf
plaats. Het was gedurende de regering van tsaar Peter de
Grote dat deze overgang was ingezet. Hiertoe maakte de
tsaar allereerst gebruik van Nederlandse hydrografen en gra-
veurs die aangesteld werden dit werk in Russische over-
heidsdienst te verrichten. Onder het bevel van de Vice-Ad-
miraal van de Russische marine Cornelis Cruys werd in
1699 het gehele koersverloop van de Don opgemeten. Om
de manuscriptkaarten te laten graveren en drukken werden
deze overgebracht naar Amsterdam waar zij door H. Don-
cker jr. tot atlas werden gebonden en uitgegeven in 1703-
1704. Andere Nederlanders met hydrografische capaciteiten
tekenden manuscriptkaarten van verschillende Russische
wateren en rivieren, allereerst van de Zee van Azov, de eer-
ste verovering van de tsaar aan het einde van de I7e eeuw.
Na in 1699 een eerste manuscriptkaart van Zuid-Rusland te
hebben laten graveren en drukken door Jan Thesingh in
Amsterdam, verordineerde Peter de Grote dat manuscript
kaarten van het Russische grondgebied voortaan in Rusland
zell moesten worden gegraveerd en gedrukt (m.u.v. Cruys'
atlas). Voor dit doel werden Nederlandse graveurs als Adri-
aan Schoonebeeck (1698-1705) en Pieter Picaert (vanaf
1702) gecontracteerd. Andere Nederlanders graveerden
vooral stadsgezichten, zeeslagen en belegeringen. De afge-
beelde gebieden betroffen allereerst de Finse Golf en omge-
ving, vervolgens die van de Zee van Azov en de Zwarte Zee.
Dit waren niet toevallig de conflictgebieden met de vijan-
den Zweden en Turkije.
D. de Vries
De 'Map of the Holy Land' (1838) door C. WM. van de
Velde
Het geografisch toneel van de bijbel heeft in het verleden de
belangstelling getrokken van veel grote kartografen, met
name Nederlandse. De Map of the Holy Land van Van de
Velde behoort echter tot een geheel ander genre, namelijk
tot de 'biblical geography, een door de Amerikaanse theo-
loog Edward Robinson gestichte school. Deze Steide zieh
ten doel de actuele geografie en topografie van Palestina te
beschrijven om daarin het bijbelse verhaal te situeren. Dat
was dus iets geheel anders dan de historische topografie van
de bijbel die kartografen inspireerde tot het maken van
tientallen 'Bible maps'.
P.C.J. van der Krogt
Wereldatlasjes
Ter gelegenheid van de uitgave van de Boskabouter wordt
een kort overzicht gegeven van de geschiedenis van kleine
atlassen. De eerste atlas op klein formaat verscheen in 1577
en was een verkleinde, goedkopere uitgave van het The
atrum Orbis Terrarum van Abraham Ortelius (1570), dat als
de eerst uitgegeven moderne atlas beschouwd kan worden.
Eind i6e, begin 17? eeuw neemt de produktie van kleine we
reldatlasjes een grote vlucht: blijkbaar was er bij het minder
draagkrachtige publiek 00k grote vraag naar geografische en
kartografische informatie. In de i8e eeuw verändert het
type. De kleine atlas wordt meer geprodueeerd als atlas om
op reis bij zieh gedragen te worden, in de zak. In de jaren
1730 verschijnt voor het eerste de term zakatlas (Het Franse
Atlas de Poche in 1734 en het Nederlandse Zakatlas in 1739).
Na een inzinking in de I9e eeuw blijkt dat zakatlassen uit de
eerste helft van de 20e eeuw nog steeds van dit type te zijn.
De Boskabouter is van een nieuw type: het atlasje als relatie-
geschenk en reclamemiddel voor de grotere uitgave.