KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT I996-XXII-2 Verkeersintensiteiten 1990 39.000] Motorvoertuigen etmaal 120.0001 Vrachtauto's etmaal Verkeersintensiteiten 1990 Motorvoertuigen Vrachtauto's aantal etmaal 40.000 20.000 0 Cursussen Een van de manieren is het geven van körte cursussen. Zo konden de bijna 500 deelnemers aan het Symposium GIS V&W 1995 kiezen uit een zestal körte Workshops. Daarvan was er een met als thema 'gis en Kartografie'. Deze Works hop werd tweemaal gehouden en nog moesten mensen te- leurgesteld worden. Verder biedt de Meetkundige Dienst een aantal gerichte Gis-cursussen van 1 of 2 dagen aan, waaronder een voor gis en Kartografie. Deze is in 1995 een- maal gegeven. Kaartgenerator Ook gebruikers zonder specialistische kennis van gis of au- tomatisering willen Gis-data raadplegen en daarmee kaarten maken. Daarvoor is de kaartgenerator Rwsmap ontwikkeld op basis van het programma ArcView2. Hiermee wordt het mogelijk om vanuit een Gis-applicatie op eenvoudige wijze kaartjes te produceren voor rapporten, besprekingen en ter- reinbezoek. Daarvoor is Rwsmap voorzien van standaard- lay-outs, een symbolenbibliotheek en de nodige topografi- sche ondergronden. Maar ook voor het verantwoord maken Figuur 1. t/rfNaar beter leesbare kaarten in mer, met als onder- schrift: 'Fout: gefal len boren niet in een kaart'. Figuur 2. De verbe terde versie van fi guur 1, met als on- derschrifi: 'Door ge- bruik van grootte zijn verschillen di- rect duidelijk van eenvoudige kaartjes blijft kennis van kartografie nodig. Daarom is door de Technische Universiteit Delft on- derzocht, hoe deze kennis in Rwsmap kan worden aangeboden. Een echt kartografisch kennissysteem is nu nog niet mogelijk, maar een gerichte karto- grafische help-functie wel. Meer hier- over is te vinden in het artikel van Th. Tijssen eiders in dit nummer. Een uit- gebreide beschrijving van Rwsmap is te vinden in [1] Handleiding MER-kartografie Sinds 1986 is voor grote werken, zoals de aanleg van nieuwe hoofdwegen en spoorlijnen, een milieu-effect rappor- tage wettelijk verplicht. Dit betekent dat bij het vaststellen van een geschik- te trace-lokatie rekening moet worden gehouden met de milieu-effecten, die het gevolg kunnen zijn van de aanleg en het gebruik van de nieuwe spoor- of autoweg. Er wordt gekeken naar de aard en de omvang van de effecten die de verschillende traces veroorzaken. Door een zo gunstig mogelijke lokatie voor het trace te kiezen wordt getracht negatieve gevolgen te minimaliseren. Daarnaast wordt onderzocht, welke aanvullende maatregelen nodig zijn om het milieu rond het gekozen trace zoveel mogelijk te ontlasten, zoals bij- voorbeeld het plaatsen van geluids- schermen. Ook wordt gekeken naar mogelijkheden voor compenserende maatregelen, zoals het inrichten van een nieuw natuurgebied, ter vervan- ging van verloren gegane natuurwaar- den. Dit alles wordt vastgelegd in een milieu-effectrapport, meestal kortweg mer genoemd. Een gemiddelde mer bevat een grote hoeveelheid informatie. Deze informa- tie wordt aangeboden in de vorm van tekst, figuren en kaarten. De lezers van een mer gaan meestal selectief door deze informatie heen. Het is daarom van belang dat zij een en ander aange boden krijgen in een makkelijk toe- gankelijke vorm. Uit onderzoek is ech ter gebleken, dat veel MER en niet aan deze eisen voldoen: ze zijn wel volledig en bevatten alle noodzakelijke infor matie, maar ze zijn ook erg omvang- rijk en weinig toegankelijk. Daarom heeft de Dienst Weg- en Waterbouw- kunde van Rijkswaterstaat initiatieven ontplooid om hierin verbetering te brengen. In dat kader verscheen begin 1994 een handleiding met adviezen voor au- teurs, om de toegankelijkheid van hun teksten in een mer te vergroten [2]. 40

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografisch Tijdschrift | 1996 | | pagina 50