mmi
p.ra
KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT
voorkeur in overeenkomstige stijl gete-
kend zijn. Een complete atlas bevat te-
vens geografische beschrijvingen ter
aanvulling van de kaarten - alhoewel
men soms ook kan zeggen dat de kaar
ten de geografische beschrijvingen aan-
vullen.
Vele atlassen uit de i6e en 17c eeuw
werden in verschillende talen uitgege-
ven. We moeten daarbij wel beseffen
dat het verschil tussen de edities alleen
de gedrukte teksten betreft. De in
koper gegraveerde kaarten werden
voor andere taal-edities niet aangepast.
Teksten op de kaarten zijn in principe
in het Latijn. Overigens, de gegraveer
de koperplaten waren kostbaar en wer
den daarom in alle volgende edities ge-
bruikt, waarbij soms wijzigingen wer
den aangebracht.
Twee namen bepalen de ontwikkeling
van de moderne atlas: Abraham Orte-
lius en Gerard Mercator. Ortelius gaf
als eerste een boek uit dat een atlas in
moderne zin genoemd kan worden:
het Theatrum Orbis Terrarum uit 1570.
Aan Mercator danken we de aandui-
ding atlas', alhoewel Mercator met
zijn Atlas - postuum en incompleet
uitgegeven in 1595 - meer bedoeld had
dan een boek met geografische kaar
ten.
De koperplaten van Mercators Atlas
kwamen in het begin van de 17c eeuw
in handen van de Amsterdamse uitge-
ver Cornelis Claesz. en de graveur Jo-
docus Hondius. Gezamenlijk verzorg-
den zij in 1606 een nieuwe editie van
de Atlas, die met een aantal nieuwe
kaarten voltooid was en die voorzien
was van geografische beschrijvingen
van de diverse landen, in het Latijn.
Deze uitgave was de eerste grote
wereldatlas die in Amsterdam werd
uitgegeven. Reeds in 1607 volgde de
tweede uitgave van de Mercator-Hon-
I996-XXII-4
16)
Hertogdom (1 t/m 4)
Graafschap (5 t/m 11)
Markgraafschap H.R.R. (12)
Heerlijkheid (13 t/m 17)
I Overig (A. B, C)
Groningen
Rrieslaftd
A
Drenthe
Qyerijs'sel
■:/Rql(andsA;>
GerreM-:?ri'tPAeä:
hZeeland
Bräbärit
Antwerpen
5
V.läähdere'ri
Limpurg
•:::::Henegouwen;
B
erijk
Luxemburg-:.--
Figuur 1.
Hierarchische volg-
orde van de kaarten
van de Zeventien
Provincien.
Figuur 2.
Volgorde van de
kaarten van de Ze
ventien Provincien
in Janssonius' Atlas
Novus.
dius-atlas, zoals we deze atlassen thans noemen. In 1609
volgde de eerste uitgave in een andere taal, een Franse edi
tie. In 1612 overleed Jodocus Hondius en de uitgave van de
Atlas wordt voortgezet door zijn weduwe en zoons. Gedu-
rende 25 jaar na de uitgave van de eerste Mercator-Hondius
atlas konden de Hondiussen profiteren van hun monopolie
op het gebied van atlassen. Er was geen enkele concurrent
sinds Joan Baptista Vrients omstreeks 1612 gestopt was met
de nieuwe uitgaven van Ortelius' Theatrum. Er was dus ook
geen enkele Stimulans de atlas uit te breiden of te verbete-
ren. De ontwikkeling van de atlas beleefde in deze 25 jaar
een stilstand. Tien opeenvolgende uitgaven van de Merca
tor-Hondius atlas verschillen nauwelijks van elkaar, kaarten
zijn feitelijk niet veranderd en ook zijn er nauwelijks nieu
we toegevoegd (de uitgave van 1606 telde 144 kaarten, die
van 1630 had er 164). Behalve in het Latijn en het Frans zijn
er ook geen uitgaven in andere talen gemaakt.
Omstreeks 1630 kwam er echter een concurrent: Willem
Jansz. Blaeu. De uitgave van een nieuwe atlas, die de verou-
derende Mercator-Hondius atlas kon vervangen, moest een
lucratieve bron van inkomsten gesehenen hebben. In 1630
verscheen bij Blaeu een kaartboek met 60 kaarten, dat hij
zeer suggestief Atlantis Appendix, sive pars altera, dus een
toevoeging bij Mercators Atlas ('atlas' was nog niet een alge-
mene term voor een kaartboek)
Het moet voor Henricus Hondius en zijn zwager Johannes
Janssonius, die de leiding van de Hondius-uitgeverij had-
den, een forse tegenvaller geweest zijn dat Blaeu - die ten-
31